WK 2022: Voorbeschouwing tijdrit beloften mannen
foto: Cor Vos
Youri IJnsen
zondag 18 september 2022 om 19:50

WK 2022: Voorbeschouwing tijdrit beloften mannen

Wie maandagochtend 19 september graag met spanning wil opstaan, zet na zijn wekker beter gelijk de televisie aan. Het WK tijdrijden voor beloften bij de mannen gaat namelijk van start zonder een absolute tijdritspecialist die op het parcours in Wollongong gebombardeerd is tot topfavoriet. Hoe dat zit? WielerFlits blikt vooruit!

Historie

Het WK tijdrijden U23 kent een relatief korte historie. De eerste editie van dit evenement werd pas in 1996 georganiseerd. In dat jaar kwam de beloftencategorie namelijk pas tot stand. Gianluca Sironi werd de allereerste wereldkampioen ooit op dit onderdeel. De Italiaan kon bij de profs zijn belofte echter nooit inlossen. De eerste kampioen van naam was Thor Hushovd in 1998. In de jaren erna pakten Fabian Cancellara en Michael Rogers eremetaal. Zij zouden beiden later bij de profs meerdere wereldtitels in deze discipline bij elkaar fietsen.

België behaalde op dit onderdeel tot vorig jaar slechts één beloftenmedaille. In 2006 was dat dan wel direct een gouden plak. Dominique Cornu bleef dat jaar Michail Ignatiev en Jérôme Coppel voor. Een jaar later was supertalent Lars Boom de beste, met opnieuw Ignatiev en Coppel op de plekken twee en drie. Anders dan België wist Nederland wél meerdere medailles te winnen. In 2003 moest Niels Scheunemann alleen Markus Fothen voorlaten; een jaar later was Janez Brajkovič een kleine twintig tellen rapper dan Thomas Dekker.

Een bekend beeld, Bjerg met goud in zijn handen – foto: Cor Vos

Op dit onderdeel scoren vooral de Australiërs, maar ook Rusland en Duitsland wisten meerdere malen medailles mee naar huis te nemen. Toch ontbreken op de erelijst de écht grote namen. Of dat ook geldt voor de winnaars van de afgelopen jaren, valt nog te bezien. Met name Mikkel Bjerg krijgt het voordeel van de twijfel. De altijd nog maar 23-jarige Deen won drie jaar op rij, waarmee hij de enige meervoudige winnaar en dus recordhouder is. En dat is knap, want een belofte ben je slechts vier jaar. Bjerg won alle edities waaraan hij meedeed, maar kreeg in 2020 geen kans op vier op een rij vanwege de coronapandemie.

Laatste tien winnaars flag-wc WK tijdrijden U23
2021: flag-dk Johan Price-Pejtersen
2020: geen editie vanwege coronapandemie
2019: flag-dk Mikkel Bjerg
2018: flag-dk Mikkel Bjerg
2017: flag-dk Mikkel Bjerg
2016: flag-de Marco Mathis
2015: flag-dk Mads Würtz Schmidt
2014: flag-au Campbell Flakemore
2013: flag-au Damien Howson
2012: Anton Vorobyev
2011: flag-au Luke Durbridge


Vorig jaar

Adam Holm Jørgensen – onlangs nog ritwinnaar in de Ronde van de Toekomst – beet vorig jaar het spits af, maar lang kon hij niet van zijn hot seat genieten. Nieuw-Zeelander Logan Currie ging namelijk al snel onder hem door. Maar ook hij kon snel inrukken. Achtereenvolgend waren Magnus Sheffield en Luke Plapp sneller. De Australiër bleek een zeer scherpe tijd te hebben neergezet, want de een na de andere renner beet zijn tanden stuk op de tijd van Plappy. Lotto Soudal-prof Florian Vermeersch kwam heel dicht in de buurt, maar ook hij kon niet onder de tijd van de Australiër door. Hij gaf een seconde toe.

Er volgden dan slechts nog een paar renners, waardoor Plapp kon beginnen dromen van een wereldtitel. Søren Wærenskjold leek via een uitstekend middengedeelte heel dicht tegen de tijd van de Australiër aan te schurken, maar dat kwartje viel net de verkeerde kant op. Hij moest drie tellen prijsgeven op Plapp. Alleen huizenhoge topfavoriet Johan Price-Pejtersen volgde toen nog. Hij bleek een klasse apart nadat hij relatief rustig gestart was. Dat bleek de juiste indeling, want aan de meet was hij tien tellen rapper dan Plapp. Zo is Denemarken nu het land met de meeste U23-wereldtitels ooit. Dat deelden ze tot vorig jaar met… Australië.

flag-wc WK tijdrijden U23 2021, flag-be Brugge (30,3 kilometer)
flag-nr1 flag-dk Johan Price-Pejtersen in 34m29s
flag-nr2 flag-au Luke Plapp +10s
flag-nr3 flag-be Florian Vermeersch +11s
4. flag-no Søren Wærenskjold +13s
5. flag-nl Mick van Dijke +24s
6. flag-nl Daan Hoole +39s
22. flag-be Jenno Berckmoes +1m27s
Volledige uitslag
Volledig verslag

Het podium van vorig jaar – foto: Cor Vos


Parcours

Het WK vindt dus plaats in Wollongong. Deze stad ligt zo’n tachtig kilometer ten zuiden van de bekende stad Sydney en ruim tweehonderd kilometer ten noordoosten van de Australische hoofdstad Canberra. Wollongong dankt haar naam uit de taal van aboriginals, waar wollongong waarschijnlijk het geluid van de zee betekent. De Europeanen zetten hier voor het eerst voet aan wal in 1796, waarna kappers van cederhout de eerste inwoners waren. In 1834 werd vervolgens de stad gebouwd door Britse gedetineerden. Onder meer wijlen olympisch zwemkampioene Beverley Whitfield en voetballer Luke Wilshere zijn in Wollongong geboren. Die laatste kwam in de Eredivisie uit voor FC Twente en Feyenoord.

Industriestad Wollongong ligt dus aan zee, maar daar zullen de renners bijzonder weinig van zien. De beloften rijden quasi dezelfde route als de elite mannen en vrouwen, behoudens een kleine lus in North Wollongong ten hoogte van Fairy Meadow. Dat betekent dat ook zij zullen starten op Market Street. Wat volgt is een eerste, uiterst technische fase van deze tijdrit. Hard starten is er niet bij, want door de korte opeenvolging van haakse bochten en oplopende straten is dat niet haalbaar. De renners passeren onder meer de atletiekbaan van Wollongong, waarna Gipps Road vervelend omhoogloopt. Pas daarna kunnen ze gangmaken.

Al is dat ook maar relatief. Hoewel deze fase van de tijdrit in dalende lijn gaat, krioelen de tijdrijders wel via meanderende wegen om de campus van Wollongong University heen. Vervolgens komen ze voor een kort stukje uit op de Princes Highway, waarbij de reclamezuil van McDonald’s het richtpunt is. Die ligt aan een rotonde, waar de tijdrijders linksaf gaan. Aan het einde van die weg ligt Mount Ousley. Dit is een klim van ruim vier kilometer met de top buiten de stad, maar die klim rijden ze niet op. Na een kort stukje over Mount Ousley Road krijgen ze een rechtslinker om Dumfries Avenue parallel aan die weg op te draaien.

2022_UCI-WORLD-CHAMPIONSHIPS-WOLLONGONG_AUS-MEN-U23-FULL-1

Dumfries Avenue is een kort klimmetje van 700 meter met een gemiddelde stijging van 6,7%. Voor aspirantprofs zoals de beloften moet dat geen onoverkomelijke opgave zijn, maar tot aan de top blijft het lastig om in je ritme te komen. Op de top ligt overigens wel een tussenpunt met tijdswaarneming. Via Foothills Road en Cabbage Tree Lane blijft het in dalende lijn gaan tot aan treinstaton Fairy Meadows, waar de renners via Clifford Street opklimmen naar Elliot Street. Die brengt hen vervolgens over het treinspoor en de Memorial Drive-snelweg. De beloften gaan aan het eind van Elliot Street vervolgens rechtsaf.

De elite mannen en vrouwen gaan daar linksaf voor nog een noordelijk lusje, om daarna op dezelfde weg terug te keren. Dat is Squires Way. Hoewel dit parallel loopt aan het strand van Wollongong, zal dat de tijdrijders niet afleiden. Een groenstrook met palmen dwarsboomt namelijk het uitzicht op zee. Deze weg gaat wel lange tijd rechtoe, rechtaan. Hier kunnen de krachtpatsers hun ei kwijt en kunnen ze vermogens gaan wegduwen. Pas als ze kort na een kleine rotonde rechtsaf van de George Hanley Drive afslaan, zien de renners de zee. Dan is het nog net iets minder dan anderhalve kilometer tot aan de streep, de tweede tijdsmeting die er is.

De renners rijden dan op Clifford Road en die loopt totaan de rode vod van de laatste kilometer vervelend omhoog. Normaliter liggen hier ook een aantal verkeersremmers om afdalende auto’s vaart te laten minderen. Of die er nu ook liggen of dat ze zijn weggehaald, is nu niet duidelijk. Eenmaal boven is de spierwitte vuurtoren van Wollongong goed zichtbaar. Over een mooie, brede boulevard rijden de beloften daar naartoe, om vlak voor het lichtbaken rechtsaf te slaan richting de finish. Daar is de streep getrokken vlak voor het rugbystadion WIN Stadium. De totale afstand is 14,1 kilometer. Maar omdat ze dit rondje twee keer doen, zit er 600 meter extra tussen de eindstreep en de startlocatie.

Maandag 19 september, WK tijdrijden beloften: Wollongong – Wollongong
Aantal rondes: 2
Totale afstand: 28,8 kilometer
Hoogtemeters: 264
Start: flag-au 13.40 uur / flag-nl flag-be 05.20 uur
Finish: flag-au rond 17.00 uur / flag-nl flag-be rond 09.00 uur


Favorieten

Met Johan Price-Pejtersen stond er vorig jaar een echte tijdritspecialist aan het vertrek, net zoals het die jaren ervoor ook met Mikkel Bjerg het geval was. In deze lichting beloften is er eigenlijk niet een pure specialist op dit vlak aan te wijzen. Althans, niet als het om de topfavorieten gaat. Er doen namelijk een aantal veelzijdige talenten mee, die normaal gesproken ook de eerste plekken in deze tijdrit voor zich zullen opeisen. Bovendien staan er maandag ook een aantal profs op het startpodium, dat altijd meespeelt in deze titelstrijd.

Wærenskjold geldt als een absoluut toptalent – foto: Cor Vos

Een van hen is de absolute topfavoriet op dit parcours. Dat is toptalent Søren Wærenskjold. De 22-jarige prof van Uno-X uit Noorwegen heeft alles in zich om hier met de wereldtitel aan de haal te gaan. De lange, sterke Scandinaviër heeft naast zijn tijdrijderscapaciteiten ook een pijlsnel eindschot in zijn benen en dat duidt op explosiviteit. Gezien het feit dat hij ook goed in Belgische klassiekers tot zijn recht komt, geeft mee dat hij goed kan draaien en keren. Die facetten zijn vooral in het eerste deel van de beloftentijdrit van levensbelang. Met zijn aanzet na iedere bocht moet het dus goed zitten en met zijn grote motor is ook het laatste stuk op zijn lijf geschreven. Vorig jaar viel hij net buiten de medailles, wacht nu goud?

Zijn grootste uitdagers voor de wereldtitel komen uit Nederland en België. Te beginnen met Mick van Dijke. De tweedejaarsprof van Jumbo-Visma is net als de Noor 22 jaar en dingt dus voor het laatst mee naar deze wereldtitel. Vorig jaar veroverde hij nog de nationale tijdrittitel bij de beloften en won hij in opmaat naar het WK in België toen de tijdrit in de Flanders Tomorrow Tour. Van Dijke werd op dat WK toen vijfde, op 24 tellen van het goud, dertien van het brons en elf van de nummer vier destijds, Wærenskjold. Dit seizoen reed de Zeeuw slechts drie tijdritten en een proloog, al zegt dat niets over zijn kansen. De hardheid van het profbestaan en zijn bewezen tijdritcapaciteiten, maken Van Dijke titelkandidaat.

Van Dijke werd vorig jaar vijfde op de WK-tijdrit – foto: Cor Vos

Waar de twee ‘ervaren’ beloften vechten om een been, kan de derde er weleens mee heen gaan. En dat is een jonge hond. We hebben het namelijk over Alec Segaert. De 19-jarige Belg is pas eerstejaars belofte, maar zijn talent is onmiskenbaar. Afgelopen week werd nog duidelijk dat hij halverwege 2024 zijn profdebuut maakt bij Lotto Soudal, ondanks dat ook Jumbo-Visma hem een heel goed voorstel deed. Logisch ook, want Segaert heeft zijn overstap naar de beloften niet gemist. Hij werd in april meteen tweede tijdens de tijdrit in Le Triptyque des Monts et Châteaux, om begin mei de Belgische beloftentitel tijdrijden te pakken. Begin juli voegde hij daar ook het EK tijdrijden aan toe. Segaert is klaar voor goud.

De Belgen hebben op dit parcours echter nog een troefkaart in handen. Lennert Van Eetvelt is namelijk een van de beste beloften van het seizoen, met name in het rondewerk. De 21-jarige ploegmaat van Segaert bij Lotto Soudal U23 werd dit jaar tweede in Luik-Bastenaken-Luik voor beloften, de Ardense Pijl, de Giro d’Italia voor beloften en de Tour Alsace (met daarin onder andere een finish op La Planche des Belles Filles). Wel was hij de beste in de Vredeskoers en leek hij ook op weg naar het podium in de Ronde van de Toekomst, tot een keelontsteking hem noopte tot een opgave in het slotweekend. Onlangs werd hij nog zesde in een – weliswaar korte – tijdrit in de Ronde van Zuid-Bohemen, een Tsjechische 2.2-koers.

Segaert deed zijn verkenning in Australië al – foto: Cor Vos

Net als Lotto Soudal heeft ook Jumbo-Visma een tweede renner op het WK tijdrijden voor beloften die de regenboogtrui voor het grijpen heeft. We hebben het dan over de 21-jarige Duitser Michel Heßmann. De eerstejaarsprof is het schoolvoorbeeld waarom de ervaring in het WorldTour-peloton weleens van cruciaal belang kan zijn. Wie de resultaten van de jongeling er namelijk bij pakt, ziet geen uitschieters op profniveau. Maar toen Heßmann vorige maand tussen zijn leeftijdsgenoten de Tour de l’Avenir aandeed en voor zichzelf kon rijden, bleek pas hoe goed-ie was. Heßmann werd uiteindelijk derde in het eindklassement. Met een vierde en achtste plek op het EK en WK tijdrijden vorig jaar, start hij met ambitie.

Nog iemand die met medaillekansen naar Australië trekt, is een renner uit een niet-traditioneel wielerland. Wat heet: Kroatië pakte in de lange historie van het WK wielrennen slechts één medaille. Kanttekening in dit verhaal is wel dat Kroatië tot 1991 bij Joegoslavië hoorde. Desalniettemin is Josip Rumac de enige die ooit een medaille pakte. Hij werd derde tijdens de wegrit voor de junioren in Valkenburg, 2012. Fran Miholjević kan daar een tweede bij doen. Komend jaar is hij prof bij Bahrain Victoriouis en eerder dit seizoen boekte hij in de Giro di Sicilia zijn eerste profzege, na een sterke solo. De zoon van oud-prof Vladimir werd deze zomer Kroatisch elitekampioen tijdrijden en pakte op het EK U23 zilver achter Segaert.

Net als Ethan geldt zijn jongere broertje Leo Hayter als absoluut toptalent – foto: Cor Vos

Heel veel tijdritten kregen de beloften het afgelopen jaar niet voor hun kiezen. Zo waren vrijwel alle grote, zware rittenkoersen op U23-niveau zonder een individuele chrono. De verhoudingen zijn daarom ook niet altijd goed uit te leggen. Neem nu bijvoorbeeld Leo Hayter. Hij twijfelde halfweg 2021 nog openlijk of hij zijn carrière wel moest voortzetten. Een aantal maanden later won hij Luik-Bastenaken-Luik, verruilde hij Team DSM U23 voor Hagens Berman Axeon en won hij vervolgens op imponerende wijze de Giro d’Italia U23. Het leverde hem een profcontract op bij INEOS Grenadiers. Op dit parcours kan hij meedoen om de knikkers, al reed hij slechts één tijdrit dit jaar. Eind juni verlengde hij zijn Britse U23-titel.

Als gezegd doen er dus ook een aantal profs mee aan dit kampioenschap. Een van die jongens is nota bene de elite tijdritkampioen van zijn land. Een van de grootste wielernaties ter wereld, welteverstaan. Toch lopen de Spanjaarden in de regel niet over met tijdrittalenten. Dat was tijdens het nationaal kampioenschap in juni op Mallorca goed te merken. Niet dat het iets afdoet aan de titel van Raúl García, maar de 21-jarige renner van Equipo Kern Pharma stond de laatste jaren bij zijn leeftijdsgenoten nu niet echt te boek als absoluut toptalent. Toch heeft de Spanjaard recent de gehele Vuelta a España in de benen en dat kan van invloed zijn op zijn titelkansen in Wollongong. In positieve zin, dan toch.

García toonde zijn trui nog in de Vuelta – foto: Cor Vos

Ongeveer heel de ploeg van Groupama-FDJ U23 maakt komende winter de overstap naar de WorldTour-formatie van Marc Madiot. Het zijn er liefst zeven stuks, maar Eddy Le Huitouze is daar nog niet bij. De eerstejaars belofte heeft iets langer nodig dan leeftijdsgenoten en supertalenten Romain Grégoire en Lenny Martinez. Zij laten als puncheur en klimmer al heel het jaar een grote indruk achter. De 19-jarige Le Huitouze is dan weer een echte specialist in de tijdrit; hij versloeg die twee bovendien op het Frans U23-kampioenschap tijdrijden. Op het WK voor junioren werd Le Huitouze vorig jaar nog vijfde. Op het EK tijdrijden U23 was-ie goed voor brons, terwijl de Fransman top-9 eindigde in zijn andere tijdritten dit jaar.

Op een WK is het ook altijd uitkijken naar renners van buiten Europa. Hoewel de Verenigde Staten op het moment van schrijven geen grote naam afvaardigen op de startlijst en Australië zelfs helemaal ontbreekt, komt Nieuw-Zeeland met een gevaarlijke tijdrijder aan het vertrek. Dit betreft de 22-jarige Logan Currie. Hij werd vorig jaar nog elfde op het WK, waarmee hij onder meer Miholjević en García achter zich liet. Begin dit jaar werd hij nationaal kampioen, waar hij het Groupama-FDJ U23-duo Laurance Pithie en Reuben Thompson achter zich liet. Begin april voegde hij daar ook het U23-titel op het Oceanisch kampioenschap aan toe. Daarna reed hij een vlak jaar zonder uitschieters. Maandag, dan?

Eddy Le Huitouze, een echte specialist in het werk tegen de klok – foto: Cor Vos

Hebben we dan alle favorieten gehad? Nee, want daarvoor hadden we in totaal eigenlijk twaalf sterren moeten hebben. Op de laatste rij was er ook perfect plaats geweest voor Mathias Vacek uit Tsjechië en Lorenzo Milesi uit Italië. De toekomstig prof van Trek-Segafredo en de renner van Team DSM U23 beschikken beiden over een sterke tijdrit. Wat heet: in 2020 stonden ze beide op het podium van het EK tijdrijden voor junioren. Vacek greep daar de titel voor Marco Brenner, Milesi werd derde. Ook in die top-10: Miholjević (vierde), Juan Ayuso (vijfde), Le Huitouze (achtste) en Cian Uijtdebroeks (negende). Milesi won ook de tijdrit in Le Triptyque, maar hij en Vacek gaven op het EK begin juli niet thuis.

Toch zijn er in dit veld nog meer kapers op de kust die op een goede dag dichtbij de medailles kunnen eindigen. Denk dan bijvoorbeeld aan de Zwitsers Alexandre Balmer (prof bij BikeExchange-Jayco) en Fabian Weiss (vierde op het EK tijdrijden U23), Nederlands beloftenkampioen tijdrijden Axel van der Tuuk, de Colombiaanse tijdritspecialist en Pan-Amerikaans beloftenkampioen Juan Manuel Barbosa, toekomstig Movistar-prof Iván Romeo (Hagens Berman Axeon) en het Italiaanse rondetalent Davide Piganzoli. Allemaal kandidaten voor een top 10-notering, maar wie weet dat ze op een goede dag voor een stunt zorgen.

Nederlands kampioen tijdrijden U23 Axel van der Tuuk – foto: Cor Vos

Tot slot horen we de vraag: maar hoe zit dat dan met Denemarken en Australië, de landen die deze titel het vaakst wisten te behalen? Wel, dit jaar is dat niet het geval. Adam Holm Jørgensen en Carl-Fredrik Bévort doen mee namens de Scandinaviërs, maar beiden zijn geen hoogvliegers in het werk tegen de klok. Al krijgt die laatste van ons overigens wel de tijd. Hij is pas 19 en strandde op het WK tijdrijden voor junioren vorig jaar op een seconde van de bronzen medaille van Segaert. De inzending van het thuisland is dan weer onbekend, ook na contact met bondscoach Rory Sutherland. Naar verluidt start Australisch beloftenkampioen Carter Turnbull. Maar ook áls hij start, lijkt hij niet in aanmerking voor winst te komen.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Søren Wærenskjold
*** Mick van Dijke, Alec Segaert
** Michel Heßmann, Lennert Van Eetvelt, Fran Miholjević
* Leo Hayter, Raúl García, Eddy Le Huitouze, Logan Currie

Deelnemerslijst (FirstCycling)
Website organisatie


Weer & tv

Er wacht maandag tijdens het WK tijdrijden voor beloften enigszins gek weer. ’s Middags is er ruimte voor de zon, ondanks wat wolkenpartijen. Het kwikt stijgt tot een aangename en doenbare achttien graden Celsius. Wel waait er een harde westenwind aan 5 Beaufort. Dat betekent dat de wind in het eerste deel tot en met Gipps Road en ook op de hellende Dumfries Avenue pal tegenstaat. Daardoor kunnen er al meteen behoorlijke tijdsverschillen ontstaan. Er zullen renners zijn die meteen all out gaan en daarna zichzelf tegenkomen. Ook zullen er tijdrijders zijn die vanwege de wind wat behoudender starten voor een sterk slot.

Voor de vroege vogels is het WK tijdrijden voor beloften goed te volgen. Eurosport 1 en de Eurosport Player zijn er vanaf net voor de start om 05.10 uur live bij. Sporza volgt een kleine twee uur later. Daar kun je vanaf 07.00 uur inschakelen voor de verslaggeving. In het Wielercafé van WielerFlits kun je het verloop van de tijdrit volgen en bespreken in de chat.

13 Reacties
18 september 2022 14:04
Deze is voor Alec Segaert, hoe hij op het Europees kampioenschap huishield. Zal niet veel aan te doen zijn.
    18 september 2022 22:40
    Een licht voorbehoud bij de klimcapaciteiten van Segaert.
18 september 2022 15:39
Als je de kampioenen zo ziet dan is er uiteindelijk de laatste tien jaar niemand wereldkampioen geworden en vervolgens echte wereldtop tegen de klok. Geeft dus eens te meer aan dat top bij de jeugd geen enkele garantie geeft op wereldtop bij de profs. De meeste kampioenen uit het lijstje waren op dat moment wel een logische kampioen namelijk.
    18 september 2022 16:35
    Ja, al is Bissegger wel onlangs Europees kampioen geworden, die behoort wel tot de beste tijdrijders van dit moment.
    18 september 2022 16:49
    Bisseger onderstreept toch juist mijn punt?

    2016: 35e bij junioren
    2017: geen deelname
    2018: 11e bij u23
    2019: 23e bij u23

    En nu Europees kampioen bij de profs en een goede tijdrit op WK.
    18 september 2022 20:41
    Je doet heel hard aan 'cherry picking', FDJ.

    Dat Bissegger ook gewoon bij de jeugd een topper was blijkt o.a. uit:
    - als laatstejaars belofte (2020) werd hij 2e op EK ITT U23 (na Leknessund) en ook 3e in tijdrit Binckbank Tour (achter SKA en Küng, vóór Mads Pedersen en MvdP)
    - In 2019 werd hij 2e in de WK wegrit U23 (na Battistella, vóór Pidcock, Higuita, Kron, Foss), 3e in EK ITT U23, won hij ritten-in-lijn in de Tour de l'Avenir en de Tour de l'Ain...

    Dus neen, die bewijst je gelijk allerminst. Daarnaast moet je ook meenemen dat enkele toppers van nu de beloftencategorie simpelweg overgeslagen hebben...
    18 september 2022 21:19
    @Limal Jij leest niet goed wat ik zeg. Ik kijk even puur naar het lijstje wereldkampioenen op dit onderdeel. Daar staat een Bisseger niet tussen. Ik geef aan dat een wereldtitel geen garantie is voor een bestorming van de wereldtop is in het tijdrijden.

    Vervolgens draagt iemand Bisseger aan (wat absoluut een goed renner is). Die presteerde echter niets op de WK's in de tijdritten. Weg staat daar weer los van omdat ik de tijdrit als een aparte discipline zie.

    Nee, het was op de WK's dus niet zo dat Bisseger zich als wereldkampioen in de kijker reed, maar zich nu wel als wereldtopper profileert. Terwijl we dat Omgekeerd van een groot aantal oud winnaars op dit onderdeel niet kunnen zeggen.
    19 september 2022 04:57
    Vermoeiend
    19 september 2022 08:33
    @FDJ,

    "Als je de kampioenen zo ziet dan is er uiteindelijk de laatste tien jaar niemand wereldkampioen geworden en vervolgens echte wereldtop tegen de klok."

    Dat is een feit, als je enkel dit gezegd zou hebben had ik bij mezelf gedacht "volledig gelijk".

    "Geeft dus eens te meer aan dat top bij de jeugd geen enkele garantie geeft op wereldtop bij de profs."

    Ook hier ga ik mee akkoord - het ene leidt niet automatisch tot het andere.

    Wheely voegde wel toe dat het omgekeerde niet altijd telt - een hedendaagse topper zijn (zoals Bissegger) betekent niet automatisch dat je er bij de jeugd niet aan te pas kwam. Dit was wmb geen aanval op je initiële stelling, maar een aanvulling. Daarom vond ik het wat kleintjes dat je halsstarrig aan je stelling vasthield en Wheely's punt ondermijnde door de hieraan verbonden selectieve resultaten op te lijsten.

    "De meeste kampioenen uit het lijstje waren op dat moment wel een logische kampioen namelijk."

    Deze stelling deed de kritische denker in mij zich afvragen "huh, is dat werkelijk zo, of missen we iets door louter aan scorebordjournalistiek te doen?".

    Ganna was in zijn jeugd vooral baanrenner (waar hij al vroeg record na record van de tabellen reed), Evenepoel heeft nooit in de U23 gereden maar domineerde wel al bij de juniores, net zoals Pogacar. Mannen als Van Aert, Van der Poel en Roglic ontbreken om welbekende redenen ook bij de renners die ooit U23 kampioenschappen betwistten. Zo ook Bernal, een topper vanaf bij de jeugd die om één of andere reden (nationaliteit?) nooit zelfs maar de kans gekregen heeft om een WK te rijden!

    Door enkel naar ITT's bij de jeugd te kijken (en uitslagen bij wegwedstrijden te negeren) leg je ook een 'bias' in je stelling vanwege de grote afhankelijkheid van toegang tot de juiste voorbereiding en materiaal. Zo zag ik net Van Eetvelt zijn tijdrit afwerken, en het moge duidelijk zijn dat die nog nooit een windtunnel van dichtbij gezien heeft - tussen zijn oversized aërohelm en zijn schouders/rug zat een opening van 10 cm, dat creëert dus gewoon méér 'drag' dan een gewone helm. Als je dat vergelijkt met bvb. Leo Hayter en Bevort, daar valt op vlak van positie en materiaal niets meer aan te verbeteren. M.a.w., jeugdrenners van traditionele tijdrijders- (baanwielrenners-)landen als de UK en Denemarken kunnen een groot voordeel hebben op renners van andere nationaliteiten.

    Om al deze redenen kijk je volgens mij beter wat breder dan de nauwe casus van je initiële stelling (U23 ITT) ...
18 september 2022 20:50
Blijft toch erg matig dat volwaardige profs als van Dijke, Waerenskjold en Hessmann hier meedoen. Die gasten rijden buiten l 'Avenir en de kampioenschappen al een tijdje geen beloftewedstrijden meer..
    18 september 2022 21:45
    En ieder jaar zwengelt iemand deze discussie aan.
18 september 2022 20:15
Durft de U23-watcher van WF zijn naam niet meer boven het artikel te zetten?
    18 september 2022 22:44
    Schuifje vergeten om te zetten, denk ik. Scherp opgemerkt!

Reacties zijn gesloten.