WK 2017: Voorbeschouwing wegrit beloften
Wie volgt in het hol van de leeuw Halvorsen op? - foto: Sirotti
vrijdag 22 september 2017 om 08:00

WK 2017: Voorbeschouwing wegrit beloften

Een dag voor de vrouwen en twee etmalen voor de elite mannen, werken de beloften aankomende vrijdag hun wereldkampioenschap af. De koers geeft vaak een goed beeld van het wedstrijdverloop bij de andere wedstrijden. In thuisland Noorwegen verdedigt Kristoffer Halvorsen zijn titel. Hij kan als eerste belofte ooit twee keer goud veroveren in de U23-catgorie. Wie kunnen hier echter een stokje voor steken? WielerFlits blikt vooruit.

Historie
De beloftencategorie deed pas in 1996 haar intrede. Daarvoor sprak men over het WK voor amateurs; Danny Nelissen was in 1995 de laatste winnaar van dat kampioenschap. Sinds het ontstaan van het U23 WK heeft Italië het vaakst gewonnen. Zij leverden in 1996 (Giuliano Figueras), 1998 (Ivan Basso), 1999 (Leonardo Giordani) en 2002 (Francesco Chicchi) de winnaar. Daarna volgen Frankrijk en Noorwegen – het thuisland van dit jaar – met drie wereldtitels. Het mooie aan het WK voor beloften is dat de topfavoriet zelden tot nooit wint. In de laatste tien edities slaagde alleen Romain Sicard er in 2009 in om zijn status waar te maken.

Een podiumplek op het WK voor beloften staat wel garant voor een profcarrière. Toch betekent het niet automatisch dat de winnaar van vrijdag uitgroeit tot een wereldtopper. Van alle U23-wereldkampioenen kunnen we alleen van Basso en Michael Matthews stellen dat ze de absolute top hebben gehaald. Arnaud Démare timmert ook nadrukkelijk aan de weg. Een Nederlandse regenboogtrui in deze categorie zat er nog nooit in. Thomas Dekker is de enige met eremetaal thuis. In 2003 behaalde hij brons in Hamilton, een jaar later volgde er in Verona zilver. Johan Vansummeren (zilver in 2003) en Tom Van Asbroeck (brons in 2012) leveren de totaalscore van België.

Vorig jaar werd het beruchte waaier-WK in Qatar gereden. In de snikhete woestijnzon was het Pascal Eenkhoorn die de lont in het kruitvat stak. Hij kreeg in eerste instantie vier en later acht renners met zich mee. Toch waren zij als een muis voor de kat. Op dik tien kilometer van het einde werden alle vroege vluchters ingerekend, en was het wachten op de vooraf aangekondigde massasprint. De Fransen probeerden daar nog een stokje voor te steken, maar met name Noorwegen deed berenwerk. Dat bleek ook niet voor niets: na een goede lead out van Amund Grøndahl Jansen, was Halvorsen een half wiel sneller dan profs Pascal Ackermann en Jakub Mareczko.

Laatste tien winnaars flag-wc WK U23 op de weg
2007: flag-sk Peter Velits
2008: flag-co Fabio Duarte
2009: flag-fr Romain Sicard
2010: flag-au Michael Matthews
2011: flag-fr Arnaud Démare
2012: flag-kz Alexey Lutsenko
2013: flag-si Matej Mohoric
2014: flag-no Sven Erik Bystrøm
2015: flag-fr Kévin Ledanois
2016: flag-no Kristoffer Halvorsen

Parcours
Op het stadcircuit van Bergen is de start/finish op het Festplassen-plein. Vanuit het oude centrum trekt het peloton over vlakke en grotendeels rechte wegen naar de Solheimsvikken. Het daaropvolgende klimmetje ligt na vijf kilometer in de Årstad-wijk en gaat een kilometer lang aan 5%. Daarna volgt de scherprechter van deze koers: Mount Ulriken, ook wel Salmon Hill genoemd. Deze klim is anderhalve kilometer lang aan een gemiddelde stijging van 6,4%. De kenmerkende houten huizen sieren het uitzicht.

In de afdaling volgen enkele technische bochten, waarna het over vlakke en rechte wegen teruggaat naar het centrum. In de slotfase van de omloop zijn de straten grotendeels bedekt met kasseien, al ligt de finish gewoon op een asfaltweg. In de laatste kilometer liggen nog drie bochten, waardoor aanvallers uit het zicht kunnen blijven. De gehele omloop is 19,1 kilometer lang. De beloften malen het circuit tien keer af, waardoor het peloton een koers van 191 kilometer staat te wachten. Een lengte die in het U23-circuit niet heel veel voorkomt.

Beelden van de volledige omloop

Favorieten
Het WK voor beloften is vaak niet te voorspellen. Ook dit jaar is dat het geval. De lokale ronde in Bergen lijkt uitdagend, maar de koers moet nog laten zien of dit ook daadwerkelijk het geval is. Daarom is de U23-wedstrijd altijd de moeite waard om naar te kijken: ondanks het onstuimige en aanvalslustige karakter van dit soort wedstrijden, geeft het een goed beeld van hoe de koers kan lopen bij de profs. Bovendien is de deelnemerslijst er eentje om duimen en vingers bij af te likken. Behalve Adrien Costa, Edward Dunbar en Mark Padun, staan alle mondiale toppers uit het beloftencircuit aan het vertrek. Wie pakt de regenboogtrui?

**** flag-it Vincenzo Albanese

Vincenzo Albanese – foto: Sirotti

De Italianen hebben een volwassen selectie naar Noorwegen gestuurd. Zij starten met een prof als kopman. Vincenzo Albanese maakte qua resultaten misschien niet een opvallend debuutjaar door bij Bardiani-CSF, maar schijn bedriegt. Kévin Ledanois had in 2015 namelijk eenzelfde soort seizoen afgewerkt alvorens hij zich kroonde tot wereldkampioen. De reden dat de Italiaan al prof is, komt door het feit dat hij in 2016 zijn leeftijdsgenoten in het Italiaanse beloftencircuit veelal op een hoop reed. Albanese is iemand die heuvels goed verteert en bovendien een heel sterk eindschot heeft, maar hij is ook niet bang om het initiatief te nemen. Aangezien de kans groot is dat er een elitegroepje wegblijft of er een sprint van een omvangrijk peloton volgt, beschikt Albanese over de beste papieren.

*** flag-es Iván García & flag-by Aliaksandr Riabushenko

Iván García – foto: Roberto Bettini/BettiniPhoto ©2017

De Spaanse beloften zijn al jarenlang zoek op de radar. De opvolgers van Alejandro Valverde, Alberto Contador en Joaquím Rodríguez lijken er niet direct te staan. Wel is er een Spaanse spurter op komst, die bovendien een zware wedstrijd aankan. Dat bewees Iván García nog in de voorbije Vuelta a España. In de negentiende etappe naar Gijón trok hij na drie weken koers diep in de zware finale ten aanval. De Bahrain Merida-renner werd teruggepakt, maar in het sprintje dat volgde ging hij er alsnog bijna met de winst vandoor. Vorig jaar werd hij op het WK U23 al zevende. Garciá kan net als Albanese in meerdere scenario’s winnen.

foto: Twitter Aliaksandr Riabushenko

In 2004 hield Kanstantin Siutsou onze landgenoot Thomas Dekker van een – op basis van zijn seizoen – verdiende wereldtitel af. De Wit-Rus bleef in de finale buiten schot. Sindsdien wacht het Oostblok-land op een opvolger, die er dit jaar wel eens kan komen. Aliaksandr Riabushenko is namelijk een van de grootste talenten uit het huidige beloftencircuit. De 21-jarige Wit-Rus maakt komend seizoen zijn debuut bij UAE Emirates, en heel gek is dat niet. De Europees U23-kampioen van 2016 komt goed mee in de heuvels en beschikt daarnaast over een sterk eindschot. In principe staat hij op gelijke hoogte met Albanese, maar de Wit-Rus beschikt niet over een sterke ploeg. Andere landen kunnen hem isoleren.

** flag-no Kristoffer Halvorsen, flag-fr Damien Touzé & flag-au Michael Storer

Kristoffer Halvorsen – foto: Sirotti

Noorwegen veroverde tot op heden nog geen enkele medaille op dit WK. Dat is tegen het zere been van het gastland. Maar tijdens de beloftenkoers komt de Noorse ploeg met een dermate sterke ploeg op de been, dat er zelfs een kans op een clean sweep bestaat. Kopman bij het thuisland is uittredend kampioen Kristoffer Halvorsen. De 21-jarige sprinter staat te boek als een van de grootste talenten van zijn generatie. Halvorsen is namelijk niet een pure sprinter, want hij kan een parcours als deze ook aan. Enig probleem: in een klein groepje zal niemand met hem naar de meet willen rijden. In een pelotonssprint kan hij de klus dan – net zoals in 2016 – alsnog klaren.

Damien Touzé – foto: Sirotti

Waar Albanese en García al profs zijn en Riabushenko en Halvorsen (Sky) in 2018 ook die status hebben, blijft Damien Touzé waarschijnlijk nog een jaar belofte. De 21-jarige Fransman heeft zijn contract bij het continentale St. Michel-Auber 93 namelijk verlengd, omdat die ploeg in 2019 een ProContinental-status ambieert. Die beslissing zou weleens een goede keuze kunnen zijn van de Fransman. Touzé is bezig aan een heel constant seizoen met heel veel ereplaatsen. Door volgend jaar hetzelfde traject te kiezen, kan hij weer een stap maken. In de tweede rit van de Boucles de la Mayenne was hij dit jaar overigens al dichtbij zijn eerste profzege. Mathieu van der Poel remonteerde hem echter in extremis. De Fransman vindt in Bergen een parcours op zijn maat, en hij heeft aan de meet een ferm sprintje.

Michael Storer – foto: Sirotti

Australië beschikt over een aantal heel talentvolle jonge renners. Bij de profs rijden bijvoorbeeld al jongens als Caleb Ewan, Jack Haig, Alex Edmondson en Robert Power, maar ook bij de beloften rijden opnieuw enkele pareltjes. Dat had Sunweb in de smiezen, want zij pikten er voor de komende jaren twee uit. Een van hen is Michael Storer. De 20-jarige Australiër is tweedejaars belofte en kan op meerdere terreinen uit de voeten. Zo eindigde Storer in twee deelnames twee keer bij de eerste tien in de Ronde van de Toekomst. Ook in heuvelachtige eendagskoersen komt hij bovendrijven. Vooral in de lastige Italiaanse U23-eendagskoersen blaast hij zijn partij mee en daarom moet men hier rekening met hem houden.

* flag-ch Patrick Müller, flag-nl Fabio Jakobsen, flag-dk Michael Carbel Svendgaard & flag-be Jasper Philipsen

Patrick Müller – foto: Sirotti

Bij Zwitserland zijn ze op zoek naar iemand die de leegte van Fabian Cancellara kan opvullen. Daarvoor komt niemand bij de huidige generatie beloften tot op heden voor in aanmerking. Wel heeft het land de beschikking over een renner voor de klassiekers in spe. Patrick Müller is namelijk een renner die in de zwaardere eendagswedstrijden boven komt drijven. Een korte opsomming: tiende in Gent-Wevelgem U23, vierde in de Ronde van Vlaanderen U23, zevende in Luik-Bastenaken-Luik U23, derde in Rund um den Finanzplats U23 en – tussen de profs – onlangs twintigste in de GP de Wallonie. Kortom: de concurrentie is gewaarschuwd voor de veelzijdige Zwitser.

Fabio Jakobsen – foto: Orange Pictures / Jos Kafoe

Er is een gedeelde eerste plek als het gaat om de meeste UCI-zeges dit seizoen bij de beloften. Rondetalent Pavel Sivakov boekte er zeven, evenveel als onze eigen Fabio Jakobsen. De aanstaande prof bij Quick-Step Floors heeft dit seizoen laten zien meer te kunnen dan alleen sprinten. Ook in lastigere koersen wist hij zich te handhaven en bovendien durft Jakobsen te anticiperen. Als de situatie daarom vraagt, hoeft de Nederlands beloftenkampioen een massasprint dus niet af te wachten. Op die wijze wist hij dit seizoen onder andere Rund um den Finanzplatz U23 te winnen. In de Tour de l’Avenir won hij ook een lastige rit.

Michael Carbel Svendgaard – foto: Stölting Service Group (archief)

Denemarken is op de kampioenschappen in 2017 tot op heden heer en meester. In eigen land kroonde Kasper Asgreen zich tot Europees kampioen tijdrijden, terwijl Casper Pedersen de wegrit op zijn naam zette. Mikkel Bjerg voegde daar afgelopen maandag de wereldtitel tijdrijden bij de beloften aan toe. Met Michael Carbel Svendgaard hebben de Scandinaviërs een renner in huis die ook de U23-wereldtitel op de weg moet kunnen veroveren. De 22-jarige Deen klopt al een paar jaar op de deur. Een parcours zoals in Bergen behoort tot zijn mogelijkheden. Hij kan bovendien teren op snelle benen. Maakt hij het Deens feest compleet?

Jasper Philipsen

Jasper Philipsen – foto: BMC Development

België kreeg eerder deze week een bittere pil te slikken. Met Nathan Van Hooydonck wilden onze zuiderburen mikken op goud bij de beloften, maar de prof van BMC werd maandag ziek. Dat was ook een van de redenen waarom zijn tijdrit tegenviel. Gelukkig heeft de Belgische selectie nog een klepper in haar rangen. Jasper Philipsen mag dan wel eerstejaars belofte zijn, maar zijn resultaten spreken boekdelen. Hij won de hoog aangeschreven Le Triptyque des Monts et Chateaux, hij werd tweede in de Ronde van Vlaanderen U23 en de ZLM Tour U23 en de Belg boekte ritzeges in Giro d’Italia U23, de Tour Alsace en Olympia’s Tour. Philipsen kan rap aankomen en moet een lastige koers zoals deze aankunnen.

Sterke blokken en outsiders

Anders Skaarseth – foto: Sirotti

Zoals gezegd krioelt het op de deelnemerslijst van kanshebbers. Er zijn een aantal landen die meerdere potentiële wereldkampioenen in hun gelederen hebben. Thuisland Noorwegen bijvoorbeeld. Naast Halvorsen beschikken zij over Ole Forfang, Tobias Foß, Noors kampioen bij de elite Rasmus Fossum Tiller én Dimension Data-target Anders Skaarseth. Die laatste is misschien wel de grootste dark horse in het tactische steekspel van het thuisland. Skaarseth schuwt de aanval niet en is in een klein groepje bovendien niet traag.

Benjamin Thomas – foto: Sirotti

Frankrijk lijkt op voorhand het te kloppen land. Zij brengen met Benoît Cosnefroy – die afgelopen weekend met de GP d’Isbergues zijn eerste profzege realiseerde – en Jérémy Lecroq twee rappe mannen aan het vertrek, die beiden bewezen hebben een zware eendagskoers te kunnen afmaken. Tweedejaars prof Franck Bonnamour was in 2013 de enige die Mathieu van der Poels demarrage kon beantwoorden in Firenze; pas op de slotklim plooide hij. En dan hebben zij ook nog Benjamin Thomas, die twee maanden geleden na een ritzege in de Tour de Wallonie als derde eindigde achter winnaar Dylan Teuns.

Edoardo Affini – foto: Petros Gkotsis

Ook Italië mag men niet onderschatten. Met Albanese hebben ze een van de absolute topfavorieten in hun rangen. Maar ook de Squarda Azzurra kunnen een tactisch spel spelen. Daarin zouden Edoardo Affini, Italiaans beloftenkampioen Matteo Moschetti en vooral Nicola Conci hun kansen kunnen pakken. Alle drie zijn ze aanvalslustig en met name Conci beschikt in een klein groepje over een ferme versnelling. De drie mannen kunnen dus, samen met klimtalent Giovanni Carboni, gaan aanvallen. Albanese hoeft vervolgens alleen maar te counteren of te wachten op een eindsprint.

Stannard was tot voor dit jaar Nieuw-Zeelander – foto: Sirotti

De Australische beloften zijn al het gehele seizoen op dreef. Naast Storer hebben zij ook nog talenten als Jai Hindley en Robbert Stannard in de gelederen. Waar de eerste vooral in het zwaardere rondewerk komt piepen, zou Stannard weleens kunnen verrassen. Ook Denemarken komt met een deftige selectie aan het vertrek. Bjerg, Asgreen en de sterke Casper Pedersen – onlangs winnaar van de openingsrit in de PostNord Danmark Rundt – zijn al genoemd, maar ook Jonas Gregaard Wilsly is niet te onderschatten.

Pavel Sivakov – foto: Giro Valle d’Aosta

Met Pavel Sivakov beschikt Rusland over een van de twee meest talentvolle ronderenners in de leeftijd onder 23 jaar. De aanstaand Sky-renner is niet bang om de koers te maken. Dat liet hij al meermaals zien dit jaar. Derdejaars prof Artem Nych wacht nog altijd op zijn grote doorbraak, maar dat zou hier zo maar eens kunnen gebeuren. De renner van Gazprom-RusVelo klimt goed en is niet traag aan de meet. Colombia heeft met Álvaro José Hodeg en John Anderson Rodríguez twee outsiders voor de winst. Hodeg moet zijn kans wagen in een massasprint, terwijl Rodríguez mee kan schuiven met aanvallers. De eerstejaars prof is bovendien na een zware koers vrij rap.

Alan Banaszek – foto: Sirotti

Omdat er zoveel sterke blokken zijn, zouden een aantal eenlingen daarvan kunnen profiteren. Zo hoeft de talentvolle Poolse sprinter Alan Banaszek alleen maar te volgen. De tweedejaars prof is een van de snelste mannen in dit peloton. Kazachstan kan op twee paarden wennen. Sprinter Yevgeniy Gidich moet net als Banaszek vooral wachten en hopen op een sprint, terwijl de jonge Dinmukhammed Ulysbayev moet wegrijden. Datzelfde geldt voor Michal Schlegel bij Tsjechië en ook Luxemburg moet met Pit Leyder, Tom Wirtgen en Kevin Geniets niet wachten op een massasprint. De Amerikanen hebben eveneens een sterke ploeg, maar een uitgesproken favorieten hebben zij niet in huis. Wellicht kan Neilson Powless verrassen.

Bram Welten – foto: WielerFlits

Nederland gokt in Noorwegen op het sprint-scenario. De ploeg van KNWU-talentcoach Peter Zijerveld is gebouwd rondom Jakobsen en Bram Welten, de andere Nederlandse troef op eremetaal. Zij krijgen ondersteuning van Pascal Eenkhoorn, Julius van den Berg en wereldkampioen veldrijden Joris Nieuwenhuis. Bij de Belgen zijn de ogen dus gericht op Philipsen. Met Bjorg Lambrecht hebben zij een talentvolle klimmer in huis, maar het is de vraag of dit parcours zwaar genoeg voor hem is. De andere namen in de selectie van onze zuiderburen zijn Piet Allegaert, Stan Dewulf, Van Hooydoncks vervanger Senne Leysen en Emiel Planckaert.

Bjorg Lambrecht – foto: Sirotti

Favorieten volgens WielerFlits
**** Vincenzo Albanese
*** Iván García, Aliaksandr Riabushenko
** Kristoffer Halvorsen, Damien Touzé, Michael Storer
* Patrick Müller, Fabio Jakobsen, Michael Carbel Svendgaard, Jasper Philipsen

Deelnemerslijst (UCI)

Weer en TV
De weersomstandigheden van vrijdag gaan waarschijnlijk voor een zware koers zorgen. Het regent namelijk de gehele dag. En ondanks dat het kwik stijgt naar achttien graden Celsius, maakt windkracht vier uit het zuidoosten de gevoelstemperatuur waarschijnlijk lager. Al bij al omstandigheden die de koers op de kop zal zetten. Bij Sporza is de oorlog vanaf 14.45 te zien, Eurosport volgt om 16.00. Bespreek het verloop van het WK U23 op WielerFlits.

32 Reacties
22-09-2017 09:00
De Belgen worden met 1 klein sterretje danig in de underdogpositie geduwd. Ideaal !

Ik zet m'n geld toch op duiveltje-uit-een-doosje Benjamin Thomas. Op gelijkaardige parcoursen telkens opnieuw verrast ... waarom nu niet. Allez-y !
22-09-2017 09:05
@nietram
junioren mannen volgt later vandaag.
22-09-2017 09:09
@youri
Ah oké. Toch een beetje jammer dat er geen voorbeschouwing van de junior vrouwen komt. Zeker, omdat er voor de junior mannen wel een voorbeschouwing komt.
22-09-2017 09:20
Strakhov is ook een gevaarlijke outsider
22-09-2017 10:12
Als profs uit de WT inderdaad mee mochten doen is het zonde dat Oomen niet meedoet.
Ook van der Poel had hier een grote kans op winst.
22-09-2017 11:40
Zelfs geen volgtopic voor de vrouwen junioren? Elena Pirrone zo net begonnen aan haar solo, nog 20k te gaan.
22-09-2017 11:59
Hup Joris

Reacties zijn gesloten.