Wielerploegen 2020: Deceuninck-Quick-Step
Het is januari en dat betekent dat een nieuw wielerseizoen is begonnen. Net als ieder jaar trapt WielerFlits deze maand traditiegetrouw af met het voorstellen van alle WorldTour-Teams. Vandaag is het de beurt aan Deceuninck-Quick-Step, al jarenlang de meest winnende ploeg uit de WorldTour.
DECEUNINCK-QUICK-STEP 2020
Land: België
Sponsors: Deceuninck (kunststofverwerkingbedrijf) en Quick-Step (laminaatfabrikant)
Sinds: 2003 (Als Quick-Step met nevensponsoren)
UCI-code: DQS
Fietsensponsor: Specialized
Tenue 2020:
Het jaar van Deceuninck-Quick-Step
In de lange en succesvolle historie van de Deceuninck-Quick-Step zijn al zoveel historische overwinningen geboekt, dat het voor de renners heden ten dage lastig is om die te overtreffen. Eén renner uitgezonderd. Hij reeg afgelopen seizoen het succes aan elkaar en presteerde wat velen voor onmogelijk hielden. We hebben het nu over Julian Alaphilippe.
De tengere Fransman begon in januari al met winnen in de Vuelta a San Juan en hield dat vol tot in de Tour de France, waar hij naast twee ritzeges ook maar liefst veertien dagen de gele trui droeg. Pas in etappe 19 naar Tignes, moest hij het hoofd buigen voor Egan Bernal. Eerder al drukte hij zijn stempel op het voorjaar, met zeges in de Strade Bianche, twee ritten in Tirreno-Adriatico, Milaan-San Remo en de Waalse Pijl. Voeg daar een tweede plek in de Brabantse Pijl en vierde plek in de Amstel Gold Race aan toe en je kunt veilig stellen dat Alaphilippe dé man van het voorjaar was.
Met 68 zeges kroonde Deceuninck-Quick-Step zich opnieuw tot meest winnende WorldTour-ploeg. Het grootste aandeel in dat aantal is voor Elia Viviani. De Italiaanse topsprinter was goed voor tien zeges namens de ploeg, en de Europese titel namens zijn land. Ook Fabio Jakobsen was opnieuw zegerijk. De Nederlander noteerde in zijn tweede jaar voor de ploeg opnieuw zeven overwinningen, waaronder het Nederlands kampioenschap, de Scheldeprijs en twee ritzeges in de Ronde van Spanje.
In de kasseiklassiekers, van oudsher hét terrein van de ploeg, wist de ploeg wederom een onuitwisbare stempel te drukken. Zdeněk Štybar begon eind februari meteen goed met winst in de Omloop Het Nieuwsblad, een dag later deed Bob Jungels hetzelfde in Kuurne-Brussel-Kuurne. Florian Sénéchal won Le Samyn, Štybar veroverde ook de E3 BinckBank Classic, Jakobsen won opnieuw de Scheldeprijs en er werd in stijl afgesloten met een imponerende overwinning in Parijs-Roubaix door Philippe Gilbert. De ervaren Waal kon daarmee zijn vierde monument wegkruisen. Alleen Milaan-San Remo ontbreekt nog op zijn palmares.
Dan was er ook nog het opzienbarende eerste profjaar van Remco Evenepoel. De jonge Belg temperde bij aanvang van zijn wielerjaar de verwachtingen. Desondanks verbaasde hij vriend en vijand met zijn prestaties. Dat begon al in januari in de Vuelta a San Juan, waar hij lange tijd uitzicht had op winst in de tijdrit. Hij werd uiteindelijk derde.
Heel lang hoefde de pas 19-jarige REV niet op zijn eerste profzege te wachten. In de Baloise Belgium Tour was hij in de tweede rit naar Zottegem iedereen te snel af. Hij zou eindelijk ook het eindklassement winnen. Met afstand het meest indrukwekkende was zijn solo-overwinning in de Clásica San Sebastián, waar het parcours als een rode loper voor zijn klasse diende. Vijf dagen later won hij en passant ook het EK tijdrijden in Alkmaar. Deze prestaties bezorgden hem bijna alle Belgische sportprijzen die aan het eind van het seizoen werden uitgereikt.
De enige plek waar Deceuninck-Quick-Step ietsje minder voor de dag kwam, waren de klassementen. We hebben het dan alleen over het aantal gewonnen eindklassementen van drie stuks; Baloise Belgium Tour (Evenepoel), Ronde van Slowakije (Yves Lampaert) en de Tour of Guangxi (Enric Mas). Laatstgenoemde renner kende een degelijk seizoen – hij werd vierde in Algarve, 14e in Baskenland, 22e in de Tour – maar miste de uitschieter van een jaar eerder, toen hij op het podium van de Vuelta eindigde.
Aantal overwinningen: 68
Belangrijkste resultaten:
Parijs-Roubaix
Milaan-San Remo
Drie ritzeges Tour de France (+ 14 dagen gele trui)
Clásica San Sebastián
Vijf ritzeges Vuelta a España
Strade Bianche
Waalse Pijl
Baloise Belgium Tour
Omloop Het Nieuwsblad
E3 BinckBank Classic
Scheldeprijs
Transfers
Op de teamvoorstelling presenteerde Lefevere maar liefst elf nieuwe renners voor 2020, waarvan Sam Bennett de meest aansprekende renner was. De Ierse sprinter was tevens het middelpunt van een langslepende transfersoap. BORA-hansgrohe wilde lange tijd niet toegeven aan zijn wens om te vertrekken. Bij de Duitse ploeg werd hij in 2019 gepasseerd voor de Tour de France, maar in andere koersen kwam de nationaal kampioen van Ierland tot liefst dertien seizoenszeges.
Deceuninck-Quick-Step versterkte zich vooral in de breedte met het aantrekken van klimmer Mattia Cattaneo (Androni Giocattoli-Sidermec) en de snelle klassiekermanne Bert Van Lerberghe (Cofidis), Davide Ballerini (Astana) en Stijn Steels (Roompot-Charles). Daarnaast nam Bennett zijn vaste lead out-man Shane Archbold uit Nieuw-Zeeland met zich mee, met wie de topsprinter al jarenlang een uitermate succesvol duo vormt.
Ook investeert de Belgische WorldTour-ploeg opnieuw volop in talentontwikkeling met het aantrekken van Jannik Steimle, Ian Garrison, Andrea Bagioli en João Almeida. Vanaf juli is ook Mauri Vansevenant onderdeel van The Wolfpack. De 20-jarige zoon van oud-prof Wim Vansevenant baarde afgelopen seizoen opzien door een opvallende de Giro Valle d’Aosta te winnen en als zesde in het klassement van de Tour de l’Avenir te eindigen. Sprinter Steimle won als stagiair al het Kampioenschap van Vlaanderen, rasklimmer Bagioli won onder meer de Ronde van Lombardije U23 en zondetalent Almeida was in 2018 nog goed voor winst in de beloftenversie van Luik-Bastenaken-Luik.
Tegenover de komst van de elf renners staat het vertrek van acht renners, en dat zijn niet de minsten. Twee van de kopmannen hebben nieuwe oorden opgezocht. Gilbert keert na acht jaar terug bij Lotto Soudal, waar hij ook al tussen 2009 en 2011 onder contract stond. Sprinter Elia Viviani zet zijn loopbaan voort bij Cofidis, dat de stap naar de WorldTour maakt. In zijn kielzog heeft hij lead out Fabio Sabatini met zich mee genomen. Zijn collega met dezelfde rol – Maximiliano Richeze -is overgestapt naar UAE Emirates, waar hij herenigd is met Fernando Gaviria.
Het succesteam van Lefevere heeft ook afscheid moeten nemen van Enric Mas (tweede in de Vuelta 2018). De talentvolle Spaanse ronderenner is de nieuwe grote man bij Movistar. En hoewel hij kon bijtekenen, besloot Petr Vakoč nieuwe oorden op te zoeken. De Tsjech, die in januari 2018 in Zuid-Afrika werd aangereden door een vrachtwagen en daarvan zestien maanden moest herstellen, is een nieuwe ploegmaat van Mathieu van der Poel. Bij Alpecin-Fenix vormt hij samen met de Nederlander en Tim Merlier het koptrio in het klassieke voorjaar. Ook Eros Capecchi en Davide Martinelli vertrokken.
UIT
Philippe Gilbert (Lotto Soudal)
Elia Viviani (Cofidis)
Maximiliano Richeze (UAE Emirates)
Eros Capecchi (Bahrain McLaren)
Enric Mas (Movistar)
Petr Vakoč (Alpecin-Fenix)
Fabio Sabatini (Cofidis)
Davide Martinelli (Astana)
IN
Mattia Cattaneo (Androni Giocattoli-Sidermec)
Bert Van Lerberghe (Cofidis)
Davide Ballerini (Astana)
Stijn Steels (Roompot-Charles)
Andrea Bagioli (Colpack)
Ian Garrison (Deceuninck-Quick-Step)
Jannik Steimle (Team Vorarlberg)
João Almeida (Hagens Berman Axeon)
Mauri Vansevenant (neo-prof) – vanaf 1 juli 2020
Sam Bennett (BORA-hansgrohe)
Shane Archbold (BORA-hansgrohe)
Ambities voor 2020
Deceuninck-Quick-Step wil in 2020 de ingezette koers voortzetten. De Belgische ploeg zal – niet geheel verrassend – ook dit jaar weer mikken op de kasseiklassiekers. Een grote vervanger voor Philippe Gilbert is niet geworven, dus net afgelopen jaren krijgen de talenten uit de eigen gelederen de kans om op te staan en uit te groeien tot ster.
De kern voor het Vlaamse voorjaar zal opnieuw bestaan uit Kasper Asgreen, Tim Declerq, Bob Jungels, Iljo Keisse, Yves Lampaert, Florian Sénéchal en Zdeněk Štybar. Nieuwkomers Davide Ballerini, Jannik Steimle en Bert Van Lerberghe mogen zich ook in de debatten mengen. De onderlinge strijd zal dit jaar richting de Ronde van Vlaanderen nog heviger zijn, want er is mogelijk een plekje minder te verdelen. Julian Alaphilippe heeft namelijk aangegeven Vlaanderens Mooiste graag te willen rijden.
De Fransman kiest voor een heel andere seizoensopbouw. Zijn zeges in de Strade Bianche en Milaan-San Remo zal hij niet verdedigen en ook Tirreno-Adriatico staat niet op zijn programma. In plaats daarvan kiest hij voor wedstrijden in Argentinië (Vuelta a San Juan) en Colombia (Tour Colombia 2.1), om er daarna te staan in Parijs-Nice. In april staan vervolgens Dwars Door Vlaanderen, de Ronde van Vlaanderen en het Waalse drieluik op het programma. In de Tour de France heeft Alaphilippe géén klassementsambities (want niet de juiste ploeg), maar gaat hij vol voor ritzeges.
Op de teampresentatie werd opvallend weinig over de Tour de France gesproken. Natuurlijk staat het wel op de radar van Alaphilippe (ritten) en Sam Bennett (sprints), maar verder werd vooral vooruitgeblikt naar de Giro d’Italia. Dat is de wedstrijd waarin Remco Evenepoel zijn debuut in een grote ronde gaat maken.
In Boedapest, de stad waar de Giro start, begint de race met een individuele tijdrit die Evenepoel zou moeten passen. De grote vraag is hoe ver hij gaat kunnen komen in het klassement, al zegt hij zelf vooral op ritsucces te mikken. Iemand die dat ook wil doen is Fabio Jakobsen. Bij de Nederlands kampioen staat – net als bijna bij alle andere topsprinters – de Giro op het programma.
Voor de rondes van een week (en de Giro) schuift James Knox een plek op in de pikorde. De jonge Brit (een van de Deceuninck-Quick-Step-verrassingen van 2019) hoeft Mas niet meer voor zich te dulden en heeft dus iets meer speelruimte, al is daar nu wel Evenepoel bijgekomen. Jungels valt daar ook tussen weg, want de Luxemburger heeft zijn klassementsambities voorlopig in de ijskast gezet. Hij focust zich dit jaar op de eendagswedstrijden.
Selectie Deceuninck-Quick-Step 2020
Julian Alaphilippe
João Almeida
Shane Archbold
Kasper Asgreen
Andrea Bagioli
Davide Ballerini
Sam Bennett
Mattia Cattaneo
Rémi Cavagna
Tim Declercq
Dries Devenyns
Remco Evenepoel
Ian Garrison
Álvaro José Hodeg
Mikkel Frøhlich Honoré
Fabio Jakobsen
Bob Jungels
Iljo Keisse
James Knox
Yves Lampaert
Michael Mørkøv
Florian Sénéchal
Stijn Steels
Jannik Steimle
Pieter Serry
Zdeněk Štybar
Bert Van Lerberghe
Mauri Vansevenant (vanaf 1 juli 2020)
Totaal: 28 renners
San Sebastian is lastig, maar GVA rijdt er ook podium...
Ik kijk uit naar de lange klimmen, zeker omdat hij zich niet kan beheersen.
Maar dat hij zich moet bewijzen is wat flauw, als je EK tijdrijden wint, je wint San Sebastian, je rijdt de werelduurrecordhouder het snot uit zijn neus, zilver haalt op WK Tijdrijden...
Dan rijden er andere renners rond die veel minder brieven hebben na 10 profjaren en toch denken dat ze een grote klassieker of ronde kunnen winnen.
Hoog angstbijtgehalte ook, dat het de nieuwe Armstrong wordt.
Al met al denk ik dat DQS dit jaar weer de beste ploeg gaat zijn met de meeste overwinningen.
De kans is vrij groot dat het dit jaar wel iets minder kan worden maar dat is toch logisch na zo'n boerenjaar als 2019.
Toch denk ik dat ze 45+ overwinningen gaan behalen.
Zal Anderlecht er eerder bij nemen.
Zelfverzekerd maar absoluut niet arrogant.
En ja soms maakt hij nog een beginnersfoutje (kwa mentaliteit) in al zijn enthousiasme, maar vergeet niet dat hij nog een tiener is (tot 25/1 :-) )
En laten ze hem nog zo makkelijk rijden als in zijn eerste jaar. Ze weten dat als hij gaat, dat je mee moet zijn. Want weg=weg. Ze zullen dus wat meer op zijn wiel letten, en hem niet meer de zege "cadeau" doen zoals in San Sebastian.
En of hij ook de topper is als het lang bergop gaat, is nog af te wachten. Tot op heden heeft hij dat nog niet kunnen laten zien bij de profs.
Als hij het ergens moet gaan rapen, dan is het in mijn ogen in de tijdritten, en in ritten met flink wat hoogtemeters maar zonder het echte hooggebergte.
Maar wie weet gaat hij me verrassen...
Je lult uit je nek. Schei toch uit. Kijk San Sébastian opnieuw. 5 man wou meespringen met Remco. Amador en nog een Movie gingen vol gas maar kwamen niet dichter. Er was er een mee, maar die moest 'm late rije.
En een aantal km eerder was hij nog gelost. Als de kop van de koers dáár wat harder doorrijdt, dan komt evenepoel nooit meer vooraan. Of is jouw indruk dat hij het ook dan makkelijk had dichtgereden?
Ik weet, ALS telt niet in de topsport. En hij was als eerste bij de streep en dat is wat telt. Ik denk alleen dat ze hem de volgende keer niet laten terugkomen. Of de kopmannen meteen op zijn wiel zitten en niet een luitenant mee sturen of de achtervolging te laten doen.
En dan wordt winnen toch ineens een stukje lastiger.
En Movistar was al een hoog tempo aan het rijden en De Cauwer snapte het niet. Toen ging Amador zich nog platter leggen.
en Skujins reed er al voor. Je roept maar wat maar je ken er niks van. Echt.. triest.
x overwinningen + 30 sprintzeges.
Geen overtal, maar 1 tegen 1. En als er één topper van DQS mee zit, dan rijden ze daarachter niet. En als je dan net wat meer punch hebt of een betere sprint....
Vaak= De Omloop, KBK, E3 en Roubaix dit jaar.
De Ronde Gilbert, Ronde en E3 Terpstra.
Zo heb je niet altijd 'de rapste'/'de topfavoriet' nodig om te winnen. Dat is wat ik wil zeggen. Doen hun al 100 jaar. Dus dat kan met deze mannen dit jaar ook.
Maar ik kan me herinneren dat hij in de Brabantse pijl al enkele keren zelf aan de boom heeft geschud. In ddv ging hij van ver.
Wat bijv. Van avermaet zelden doet, is zelf openen. En als je wacht tot dqs zelf gaat openen, dan weet je dat ze proberen om met 3 sterke mannen vooraan te komen. Met de hele ploeg Op kop beginnen, en dan vol gas. En dan blijft er een selecte groep over met een overtal dqs. En dat spelen ze prima uit.
Maar als je als topper zelf het initiatief pakt zal er waarschijnlijk maar 1 van dqs meespringen. Geen overtal, geen spelletjes. Andere koers en andere kansen.
Helaas zijn er te weinig toppers die zó kunnen of durven koersen. Sagan, vd poel. En wie dan nog?
Allemaal al aanvallen opgezet van ver.
Goh toevallig een paar Quicksteppers bij.
Van Avermaet doet dat wel, het lukte hem in zijn beste jaren ook gewoon meerdere keren.