Rémi Cavanga heeft in de middeleeuwse straatjes van Toledo de winst gepakt in de negentiende etappe van de Vuelta a España. De Fransman maakte deel uit van de vroege vlucht, waaruit hij in de laatste 25 kilometer aanviel. Daarna wist hij knap stand te houden tot aan de finish.

In de negentiende etappe reed het peloton van Ávila naar Toledo, een rit over 165,2 kilometer. Al in de beginfase kregen de renners de enige klim van de dag voor de wielen geschoven, namelijk de Alto de la Paramera van derde categorie. Vanaf de top van deze klim ging het dan in dalende lijn en bleef het peloton op zo’n vijfhonderd tot zeshonderd meter boven zeeniveau rijden over glooiende wegen richting de finish in Toledo, waar de laatste kilometer oplopend was.

Al vroeg in de etappe werd de ontsnapping gevormd door elf renners, die zich losmaakten van het peloton. Op de Alto de la Paramera sloegen Silvan Dillier, Domen Novak, Shane Archbold, Rémi Cavagna, Lawson Craddock, Bruno Armirail, Tsgabu Grmay, Ben O’Connor, David de la Cruz, Nikias Arndt en Peter Stetina de handen ineen, waarna Armirail voor Cavagna en Grmay als eerste de top passeerde. De drie mannen waren echter ongevaarlijk voor het bergklassement.

Archbold laat zich terugzakken
Nadat Archbold zich had laten terugzakken in het peloton om zijn ploegmaats bij te staan, telde de kopgroep nog slechts tien renners. BORA-hansgrohe werkte samen met CCC Team, Katusha Alpecin en Caja Rural-Seguros RGA, waardoor de voorsprong van de vluchters nooit verder zou oplopen dan vier minuten. Bij het ingaan van de laatste zeventig kilometer bedroeg het verschil nog amper een minuut, toen in het peloton hard werd gevallen.

foto: Cor Vos

Bij een wegversmalling stond een groot deel van het peloton plots stil, waarbij met name Jumbo-Visma veel mannen met voet aan de grond had staan. Ook rode trui Primož Roglič en Miguel Ángel López waren erbij betrokken, maar beide klassementsrenners konden hun koers vervolgen. Dat gold niet voor Roglič’ ploegmaat Tony Martin en Marco Marcato van UAE Emirates, die de strijd moesten staken na de valpartij.

Terwijl Roglič en Jumbo-Visma hun wonden likten, nam Movistar plots het initiatief in het peloton. De Spaanse ploeg begon het tempo de hoogte in te jagen, waarmee de renners die betrokken waren bij de val in de problemen kwamen. In de achtergrond moesten Roglič en López voluit gaan om de onverhoopt opgelopen achterstand goed te maken, tot Movistar op 53 kilometer van de finish het tempo weer wat drukte. Daardoor kon iedereen terugkeren in het grote pak.

Behalve valpartij ook waaiers in het peloton
Daarmee was het peloton nog niet uit de problemen, want op 35 kilometer van de finish zorgde zijwind voor nieuwe strubbelingen. Het veld werd uiteengeslagen, waarbij onder anderen Rafał Majka, López, Wilco Kelderman en Alejandro Valverde in de voorste groep zaten. Tadej Pogačar en ook Roglič hadden zich laten verrassen, maar konden de schade in het vervolg herstellen. In de tussentijd reed de kopgroep nog altijd vooruit.

foto: Cor Vos

Door de trammelant in het peloton konden de vluchters weer uitlopen naar anderhalve minuut. Op 25 kilometer van de finish vond Cavagna het vooraan welletjes en reed weg. Na vijf kilometer had de Fransman al twintig seconden te pakken op zijn voormalige medevluchters, die in het vervolg een voor een werden ingerekend door het peloton. Onder anderen Sam Bennett had namelijk zijn zinnen gezet op de dagzege.

Met een voorsprong van een halve minuut sneed Cavagna de laatste twee kilometer aan, maar dan wachtte nog de oplopende laatste kilometer over de steentjes door het middeleeuwse hart van Toledo. De Fransman viel echter nooit meer stil en hield stand tot aan de finish. Vijf seconden later won Bennett de sprint om de tweede plaats. Ždenek Štybar en Philippe Gilbert maakten het succes van Deceuninck-Quick Step compleet op de derde en vierde plaats.