Meer dan 80.000 mensen worden zondag in het Belgische Heusden-Zolder verwacht voor wat – volgens organisator Koen Monu – het grootste WK veldrijden in de geschiedenis wordt. Toch mogen vooral de Nederlanders enthousiast zijn, want zij hebben in de persoon van uittredend wereldkampioen Mathieu van der Poel de absolute topfavoriet voor de wereldtitel in huis. WielerFlits blikt samen met organisator Monu vooruit op de lang verwachte mondiale titelstrijd .

Historie
In de 66-jarige geschiedenis van het WK veldrijden was België al acht keer gastheer, waarvan drie keer na de eeuwwisseling. Telkens kregen we het nodige spektakel te zien. In 2002, toen ook in Zolder, was Mario De Clercq de beste na een pittige strijd met Tom Vannoppen en Sven Nys. Vijf jaar later kreeg Hooglede-Gits het WK toegewezen, maar daar gingen in de modder zowat alle Belgen onderuit. Amerikaan Jonathan Page leek even te kunnen profiteren, maar Erwin Vervecken redde in extremis nog de Belgische eer. Dat was in 2012, in het Koksijdse zand, helemaal anders. De zeven gestarte Belgen gingen daar met de eerste zeven plaatsen in de uitslag aan de haal. Niels Albert, Rob Peeters en Kevin Pauwels mochten op het podium, waarna er een waar volksfeest kon losbarsten. Daar mikt men in Zolder, dat eerder gastheer was in 1970 (toen recordhouder Eric De Vlaeminck won) en zoals gezegd in 2002, weer op.

Foto: Marcel Koch

“Zoals het er nu naar uitziet, zit dat volksfeest er zeker in”, vertelt Koen Monu in een gesprek met WielerFlits. “In Koksijde, waar ik ook bij de organisatie betrokken was, gingen we vlot over de 60.000 supporters op het parcours. Ditmaal kunnen we 80.000 aanwezige fans aan, wat van dit WK de drukst bezochte cyclocross in de geschiedenis zou maken. Op dit moment zitten we al aan meer dan 45.000 tickets in voorverkoop en dat gaat alleen nog maar oplopen richting zondag. Om dat publiek op te kunnen vangen hebben we de omloop aangepast en enkele grote ruimtes gecreëerd voor de supporters. Dat was voor ons heel belangrijk, maar uiteindelijk is het sportieve zoveel belangrijker dan het aantal verkochte tickets en de persoonlijke winst. We gaan er een feest van proberen te maken, en als er een Belg wint, is dat natuurlijk des te groter. Daar was Koksijde recent nog een mooi voorbeeld van.”

Vorig jaar werd de mondiale titelstrijd gehouden in het Tsjechische Tabor. Vooraf werd er een mooie tweestrijd tussen Nederlands kampioen Mathieu van der Poel en de Belgische troef Wout van Aert verwacht, al gaven de kenners in een rondvraag van WielerFlits toen al een lichte voorkeur aan Van der Poel. De verwachte titanenstrijd barstte in de openingsronde dan ook los, totdat koploper Wout van Aert tot twee keer toe met een kettingprobleem te kampen kreeg en bijna een minuut verloor. Van Aert vocht echter terug en legde Lars van der Haar er zelfs nog op in de sprint voor de tweede plaats. Maar dit alles gebeurde ver achter de rug van een geëmotioneerde Mathieu van der Poel, die een jaar na de teleurstelling op het beloften-WK in zijn eigen Hoogerheide met zijn allereerste wereldtitel bij de profs aan de haal ging. Van der Poel was de eerste Nederlandse wereldkampioen veldrijden sinds Lars Boom in Treviso (2008).

Parcours
De omloop in Heusden-Zolder mag voor de renners eigenlijk geen verrassingen bevatten, omdat men sinds 2008 ieder jaar voor de Wereldbeker veldrijden op en rond het autocircuit komt crossen. De Nederlanders waren in die korte periode op deze omloop vrij succesvol, want met Thijs Al (2008), Lars Boom (2010), Lars van der Haar (2013/2014) en Mathieu van der Poel (2015) werden er al verscheidene overwinningen geboekt. Tussendoor waren ook Kevin Pauwels (2009/2011) en Sven Nys (2012) aan het feest in Terlaemen. Niet onbelangrijk, volgens Monu: “Wie hier al een Wereldbeker gewonnen heeft, en dat zijn er niet zo veel, komt met een streepje voor op de rest aan het vertrek. Op een parcours rijden waar je al eens succesvol bent geweest, mag je niet onderschatten. Dat kan vleugels geven. Zeker als je ook nog eens goed in vorm bent, zoals Mathieu van der Poel en Kevin Pauwels op dit moment.”

Foto: Marcel Koch

De voorbije edities leren ons dat de omloop in Heusden-Zolder vaak garant staat voor een pijlsnelle cross. In 2013 bedroeg het verschil tussen de eerste (Lars van der Haar) en de achtste aan de finish (Kevin Pauwels) slechts zeven seconden, wat aangeeft hoe klein het verschil tussen winst en verlies zondag wel eens zou kunnen zijn. Toch mogen we volgens Monu niet spreken van een halve wegkoers, zoals deze wedstrijd door criticasters genoemd werd. “We hebben een aantal aanpassingen gedaan om de wedstrijd zwaarder te maken. Dat was al te zien tijdens de editie van afgelopen jaar, toen Tom Meeusen na afloop versteld stond hoeveel hoogtemeters hij had moeten overwinnen op een omloop die volgens velen niet lastig was. ‘Het ziet er misschien als een makkelijke wedstrijd uit, maar eigenlijk is het dat helemaal niet’, zei hij toen. Dat is volgens mij een hele goede samenvatting van de omloop hier in Heusden-Zolder.”

Video: Adrie van der Poel verkent het parcours in Zolder (Het Nieuwsblad)

Wat houden die wijzigingen ten opzichte van de voorbije edities dan juist in? “Er zijn twee punten die grondig veranderen”, legt de organisator ons uit. “Aan het einde van de omloop is er sinds de editie van vorig jaar een steile klim bijgekomen. Iets daarvoor hebben we voor het WK een extra rennersbrug geplaatst, waardoor men over een afstand van 30 meter ditmaal geen zes meter, maar zestien meter hoogteverschil zal moeten overwinnen. Dat is zomaar even 10 meter meer, op een punt dat volgens mij cruciaal zal zijn. Als tweede belangrijke wijziging hadden we een tiental meter voor de haakse bocht parallel met de aankomstlijn twee boomstammen voorzien. Jammer genoeg zijn deze door de UCI afgekeurd.” De internationale wielerunie kwam met de verklaring dat men het parcours zonder deze hindernis al selectief genoeg vond en dat men polemiek rondom de boomstammen wilde vermijden.

Ook typisch aan de omloop in Heusden-Zolder is de lange asfaltstrook richting aankomst, dat deel uitmaakt van het Formule 1-circuit. Een cruciaal punt, volgens Monu. “Hier zullen de renners zo veel mogelijk de benen stilhouden om te recupereren. Er zal meer gerust worden dan aangevallen, maar wie nog iets overheeft kan daar wel van profiteren.” Vanaf de laatste bocht is het dus wel nog een eindje tot de finishlijn. Wat is de ideale positie om een eventuele eindsprint aan te gaan? “De tweede”, zegt de 56-jarige organisator. “Dan heb je nog net genoeg tijd om over de man voor je te komen en naar de overwinning te rijden. Dat hebben we in het verleden al een aantal keer gezien, maar dat is natuurlijk geen garantie. Een Lars van der Haar heeft het ook al vanop de kop geklaard in 2013, dus kan het alle kanten uit.”

Favorieten

Mathieu van der Poel – Foto: Marcel Koch

Op basis van de resultaten van de voorbije maanden én dat van de meest recente editie van de Wereldbeker in Heusden-Zolder, mag er eigenlijk geen twijfel over bestaan: Mathieu van der Poel trekt als topfavoriet naar dit WK. De Nederlander verloor sinds de Wereldbekercross van Namen op 20 december, op de tactische wedstrijd in Loenhout na, geen enkele wedstrijd meer en gaf afgelopen week in Hoogerheide een zoveelste demonstratie. “Het lijkt wel alsof hij op een bromfiets rijdt. Het gaat allemaal zo vlot en er is op dit moment weinig tegen te beginnen, denk ik. Hij is mijn topfavoriet. Of ik als Belgische organisator dan niet hoop dat er zondag een Belg met de zege naar huis gaat? Ik hoop vooral op een mooie strijd België-Nederland. Een echte battle der naties, dat zou ik mooi vinden. Als er een Belg wint, is er natuurlijk een extra reden om te feesten voor het talrijk opgekomen publiek, maar ik ben ervan overtuigd dat ook Mathieu van der Poel op de nodige sympathie kan rekenen.”

Het Belgische kamp zet daar in de eerste plaats Wout van Aert, dé slokop van dit seizoen met zestien overwinningen, tegenover. De 21-jarige Van Aert was sinds de terugkeer van Van der Poel na zijn knieblessure hem nog vijf keer te slim af, maar kreeg het sinds half december niet meer klaar om de wereldkampioen voor te blijven. In Namen, Lignières-en-Berry en Hoogerheide was Van Aert telkens wel diegene die het dichtst in zijn buurt wist te blijven. Toch ziet Monu niet de Belgisch kampioen, maar zijn poulain Kevin Pauwels – dit seizoen enkel winnaar in Ruddervoorde en Niel – als de man die het Van der Poel het lastigst kan maken. “Ik geef hem in ieder geval meer kansen dan Van Aert. Pauwels weet bovendien wat het is om wereldkampioen te worden in Zolder. Hij deed dat al in 2002, toen bij de junioren, én hij heeft al twee keer de Wereldbekermanche op zijn naam geschreven. Ergens rijden waar je al zo vaak op je best bent geweest, dat mag je niet onderschatten.”

Om de Belgische tandem op te vangen heeft Nederland twee extra troeven in zijn rangen, in de persoon van Europees kampioen Lars van der Haar en ex-wereldkampioen Lars Boom. Van der Haar was tijdens de meest recente cross in Heusden-Zolder de evenknie van Van der Poel, maar moest die laatste laten gaan door een lekke band. Hij reed de voorbije weken dan wel niet zijn beste uitslagen, maar hij is iemand die als geen ander weet wat pieken is. Ook Monu houdt rekening met zijn kansen. “Hij behoort tot de groep renners die hier al gewonnen heeft, dus mag je hem niet onderschatten. In Hoogerheide was hij lisschien niet op zijn best, maar iedereen weet dat hij daar geen omloop op zijn maat vond.” In Lars Boom – die aan WielerFlits liet weten dat hij na een zware Tour Down Under ook een drukke week richting WK achter de rug heeft – heeft de organisator minder vertrouwen: “Ik geloof niet dat hij goed genoeg is om de achterstand door zijn slechte startpositie goed te maken.”

Sven Nys – Foto: Marcel Koch

Tot slot is er nog een groepje outsiders, dat mits een superdag mee zou kunnen doen voor de overwinning op het WK. De tweede plaats van Martin Bina in 2013 en de derde van Corné van Kessel in 2014 bewijzen dat renners waarvan je het niet verwacht met dichte ereplaats of misschien zelfs met de prijzen kunnen gaan lopen. De Belgen Tom Meeusen, Laurens Sweeck en Sven Nys mogen we onder deze categorie klasseren. Zij zijn op papier misschien wel grote namen, maar bevonden zich in de voorbije weken nooit in de winnende positie in een grote wedstrijd. Toch zal niemand verbaasd zijn als straks een van hen met de titel aan de haal gaat. Een minder voor de hand liggende naam is die van Fransman Clément Venturini, vorig jaar zesde in Heusden-Zolder. De renner van Cofidis is misschien wel de enige niet-Belg of –Nederlander die we helemaal vooraan mogen verwachten, tenzij Duitser Marcel Meisen, Zwitser Julien Taramarcaz of Tsjech Radomir Simunek plots met superbenen op de proppen komt.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Mathieu van der Poel
*** Wout van Aert en Kevin Pauwels
** Lars van der Haar, Tom Meeusen en Sven Nys
* Clément Venturini, Laurens Sweeck, Michael Vanthourenhout en Tim Merlier

Programma
Zaterdag 30 januari
11:00 Junioren mannen
13:00 Beloften vrouwen
15:00 Elite vrouwen

Zondag 31 januari
11:00 Beloften mannen
15:00 Elite mannen

[poll id=”166″]