Voorbeschouwing: Ronde van Lombardije 2021
Als de laatste renners over de streep zijn gekomen in Bergamo, zetten we een streep onder de Ronde van Lombardije en eigenlijk ook een beetje het wielerseizoen. Tegenwoordig is de ‘Koers van de Vallende Bladeren’ al lang niet meer de afsluiter van het wielerjaar, maar toch voelt het wel zo. Nog één keer alles geven en dan begint het aftellen naar de voorjaarsklassiekers. Wie in aanmerking komen voor de zege? WielerFlits duikt in de koers!
Historie
Wanneer een Fransman in mijn tijd zei.
Dat hij wilde meedoen aan de Ronde van Lombardije.
Zette iedereen grote ogen op.
Ze verklaarden hem voor gek of megalomaan.
Géminiani, R. (uit het boek De Klassiekers)
De legendarische Franse wielrenner Raphaël Géminiani (1925) trotseerde als renner en ploegleider vele gevaren. De nu 96-jarige Géminiani zette in afdalingen zijn leven op het spel, ging over zijn limiet om de hoogste cols te bedwingen en stapte meer dan geregeld onderkoeld van de fiets na een barre tocht door de Alpen, Pyreneeën of het Centraal Massief. De man met de oogstrelende pedaaltred kende geen angst, maar peinsde er niet over om aan de start te verschijnen van de Ronde van Lombardije. La corsa delle foglie morte boezemt angst in, niet alleen bij Raphaël Géminiani.
De Ronde van Lombardije is van oudsher het laatste monument van het wielerseizoen en vindt dit keer bij hoge uitzondering een week ná Parijs-Roubaix plaats. Voor de eerste editie van Il Lombardia moeten we terug naar 1905. Journalist Tullo Morgagni, die kan worden gezien als de geestelijk vader van verscheidene Italiaanse wielerwedstrijden, kwam meer dan honderd jaar geleden met het idee om een wedstrijd te organiseren in de regio Lombardije. De wedstrijd stond in het teken van het duel tussen de uit Milaan afkomstige Pierino Albini en Giovanni Cuniolo uit Tortona.
Wat is nu het verhaal: Albini en Cuniolo namen het aan het begin van de twintigste eeuw tegen elkaar op in de zogeheten Italian’s King Cup. Cuniolo kwam uiteindelijk als overwinnaar uit de strijd, zeer tegen de zin van Morgagni, die op dat moment werkzaam was voor La Gazzetta dello Sport. Morgagni wist de hoofdredactie zover te krijgen om op 12 november 1905 een ‘rematch’ te organiseren tussen Albini en Cuniolo onder de naam Milaan-Milaan. Duizenden dolenthousiaste Milanezen trokken erop uit om de wielerhelden aan het werk te zien, maar zagen vervolgens een andere Italiaan als eerste over de streep komen.
Het was Giovanni Gerbi die de allereerste editie van de Ronde van Lombardije (of Milaan-Milaan, om helemaal correct te zijn) wist te winnen. De uit Asti afkomstige Gerbi won bovendien met meer dan veertig minuten voorsprong, wat anno 2021 nog altijd het grootste verschil is tussen de nummers één en twee in de herfstklassieker. De naam van Giovanni Gerbi duikt meer dan honderd jaar later nog altijd op in voorbeschouwingen zoals deze, en niet die van Albini en Cuniolo, ook al zag Morgagni het liever anders. Het bleek echter wel een blijvertje op de kalender, die Ronde van Lombardije.
Na Gerbi was het aan andere Italiaanse wielerpioniers om hun naam te vereenzelvigen met de koers. Gaetano Belloni won in 1915, 1918 en 1928, de veel te vroeg gestorven Giovanni Brunero in 1923 en 1924 en natuurlijk mogen ook Costante Girardengo (1919, 1921 en 1922) en Alfredo Binda (1925, 1926, 1927 en 1931) niet ontbreken op de erelijst. Succes in Lombardije was echter niet alleen maar voorbehouden aan de Italianen. Zo won Gustave Garrigou in 1907 als eerste Fransman de koers en ook Luxemburger François Faber, Henri Pélissier en Belg Philippe Thys zorgden voor de broodnodige afwisseling.
De Ronde van Lombardije is onlosmakelijk verbonden met kampioenen als Fausto Coppi en Gino Bartali. De flamboyante Coppi en de vrome Bartali waren tegenpolen, maar wisten tegelijkertijd het beste in elkaar naar boven te halen. Ze vochten gedenkwaardige duels uit, in Milaan-San-Remo, de Giro d’Italia maar ook in de Ronde van Lombardije. Coppi is met vijf zeges (1946, 1947, 1948 en 1949, vier keer op rij, en 1954) recordhouder, maar ook de naam van Bartali (winnaar 1936, 1939 en 1940) hoort in de eregalerij van de Ronde van Lombardije. Ze hebben bijgedragen aan de mythische status van deze wedstrijd.
Dat Italië met 69 overwinningen het lijstje succesvolste landen in de klimklassieker aanvoert, mag geen verbazing wekken. België en Frankrijk volgen op gepaste afstand, maar brachten wel 24 (twaalf om twaalf) winnaars voort. Onder meer tweevoudige winnaars Eddy Merckx, Roger De Vlaeminck en Philippe Gilbert deden een flinke duit in het Belgische zakje. Nederland is gedeeld vijfde op de lijst, samen met Ierland. Jo de Roo zorgde in de jaren zestig voor de eerste Nederlandse overwinningen, Hennie Kuiper rondde in 1981 een solo af en Bauke Mollema slaagde er in de editie van 2019 in om alle topfavorieten een loer te draaien.
Laatste tien winnaars Ronde van Lombardije
2020: Jakob Fuglsang
2019: Bauke Mollema
2018: Thibaut Pinot
2017: Vincenzo Nibali
2016: Esteban Chaves
2015: Vincenzo Nibali
2014: Daniel Martin
2013: Joaquim Rodríguez
2012: Joaquim Rodríguez
2011: Oliver Zaugg
Vorig jaar
De Ronde van Lombardije levert normaal schitterende herfstplaatjes op, maar werd vorig jaar bij hoge uitzondering in de zomer verreden. Het was kenmerkend voor het knotsgekke coronaseizoen, waarin de kalendermakers overuren moesten draaien om de niet gesneuvelde wedstrijden een logische plek op de kalender te geven. Met als gevolg dat ‘Il Lombardia’ in 2020 werd gehouden op zaterdag 15 augustus, nog voor wedstrijden als Tirreno-Adriatico, de Tour de France en de Giro d’Italia. Meerdere toppers besloten om de klassieker, al dan niet met pijn in het hart, te skippen.
Tweevoudig winnaar Vincenzo Nibali, Jakob Fuglsang, titelverdediger Bauke Mollema, Maximilian Schachmann, Richard Carapaz, Mathieu van der Poel en Remco Evenepoel besloten wel de trip naar Bergamo te maken, waar de 114e editie van de Ronde van Lombardije op gang werd gebracht. De meeste ogen waren gericht op de nog altijd maar 20-jarige Evenepoel, die na de coronabreak met verve de Ronde van Burgos wist te winnen en de tegenstand aan gort wist te fietsen in de Ronde van Polen, een week voor de Ronde van Lombardije. Evenepoel liet ook al vrij snel zijn ambities doorschemeren.
De Belg gaf al vroeg in de koers aan zijn ploeggenoten van Deceuninck-Quick-Step het teken om op kop te rijden van het peloton. Enerzijds om de koers hard te maken, anderzijds om een kopgroep van elf renners binnen schootsafstand te houden. De voorste groep, bestaande uit onder meer Marco Frapporti, Andrea Pasqualon, James Piccoli, Joey Rosskopf en Petr Vakoč, werd zo vleugellam gemaakt en op de flanken van de Madonna del Ghisallo werden de laatste overlevers van de vroege vlucht bijgehaald. Op de Madonna del Ghisallo hielden de favorieten overigens nog wel hun kruit droog.
En dat was te begrijpen, gezien de daaropvolgende beklimming van de Colma di Sormano met zijn vreselijk steile uitloper, ook wel bekend als de Muro di Sormano. Een echte muur met stijgingspercentages tot wel 27%. Het was Aleksandr Vlasov die in dienst van zijn kopman Jakob Fuglsang het tempo verhoogde, waardoor er in de favorietengroep nog maar zeven renners overbleven: Vlasov, Fuglsang, Mollema, Nibali, Giulio Ciccone, George Bennett en Evenepoel. Voor renners als Schachmann, Van der Poel en Carapaz ging het dan weer te snel: zij werden al snel in het defensief gedwongen.
Met zeven matadoren begonnen we vervolgens aan de razendsnelle, zeer technische en daardoor verraderlijke afdaling van de Sormano. Nibali, in 2015 en 2017 al winnaar van de Ronde van Lombardije, besloot nog maar eens zijn daalkunsten te etaleren met als doel om zijn concurrenten onder druk te zetten. Foutjes zijn dan zeer snel gemaakt en helaas voor Evenepoel, Deceuninck-Quick-Step en de ganse Belgische natie beging de renner uit Schepdaal een cruciale fout. Evenepoel schatte een bocht compleet verkeerd in en viel over een muurtje de afgrond in. De paniek was compleet, een ijzige stilte volgde.
Even werd er gevreesd voor een gitzwart scenario, maar al vrij snel zagen we beelden van een bleek weggetrokken Evenepoel, bij bewustzijn maar niet in staat om op te staan. De renner werd met een brandcard uit het ravijn gehaald en moest worden afgevoerd naar het ziekenhuis. Daar constateerden de artsen een breuk in zijn bekken (op de plek waar de kop van de heup het dijbeen binnendringt) en een dubbele breuk van het schaambeen. Einde seizoen en het begin van een lange revalidatie. Voor het eerst in zijn carrière maakte Evenepoel op een wel heel brutale manier kennis met de pechduivel.
Zonder Evenepoel reden de zes overgebleven koplopers naar de volgende klim op het parcours, de steile Civiglio. Eenmaal op die klim nam Trek-Segafredo het heft in handen, maar zowel Mollema, Nibali als Ciccone moesten niet veel later passen bij een versnelling van de onvermoeibare Vlasov. Fuglsang en Bennett gingen wel mee met de beloftevolle Russische klimmer en zo bleven we met drie renners over aan kop van de koers. Voor Astana verliep de koers volgens plan, aangezien de Kazachse formatie nu kon spelen met een overtalsituatie. De voor Jumbo-Visma uitkomende Bennett moest daarentegen twee renners in de gaten houden.
De Nieuw-Zeelander besloot dan maar zelf de knuppel in het hoenderhok te gooien, in de hoop de twee blauwhemden af te schudden, door als eerste te versnellen op de San Fermo della Battaglia. Bennett gooide met zijn aanval Vlasov overboord, maar slaagde er niet in om Fuglsang te lossen. Sterker, Bennett werd vlak na zijn aanval gecounterd door de Deen en dit bleek de juiste move. Fuglsang reed weg van Bennett en wist de resterende kilometers naar Como solo af te werken. In Como kon de Deen na Luik-Bastenaken-Luik zijn tweede monumentale overwinning in iets meer dan een jaar tijd vieren.
Bennett werd na een sterke wedstrijd tweede, Vlasov maakte het feestje van Astana compleet door als derde te finishen. Titelverdediger Mollema moest dit keer vrede nemen met een vierde stek, Ciccone eindigde als vijfde. Ben Hermans was de beste Belg op de negende plaats, Mathieu van der Poel (tiende) wist ondanks zijn mindere vorm en wat zwaardere lichaamsbouw een top 10-notering uit de brand te slepen.
Uitslag Ronde van Lombardije 2020
1. Jakob Fuglsang (Astana Pro Team) in 5u32m54s
2. George Bennett (Jumbo-Visma) op 31s
3. Aleksandr Vlasov (Astana Pro Team) op 51s
4. Bauke Mollema (Trek-Segafredo) op 1m19s
5. Giulio Ciccone (Trek-Segafredo) op 1m40s
Parcours
Na de augustuseditie van vorig jaar vindt de ‘Koers van de Vallende Bladeren’ nu weer als vanouds in het najaar plaats, maar verder is alles anders. In de laatste vier edities trokken de renners van Bergamo naar Como, nu gaat de route van Como naar Bergamo. Het is echter niet zo dat de renners ook het parcours in tegengestelde richting fietsen. Nee, de organisatie heeft besloten om de route eens flink op de schop te nemen, waardoor we een compleet hertekende wedstrijd krijgen. Alleen de Madonna del Ghisallo maakt ook dit jaar weer zijn opwachting, maar dan wel via een andere, niet klassieke, zijde.
Na de start in Como gaat het via het oude stadje Cantù naar Asso, gelegen aan de voet van de Madonna del Ghisallo. Normaal trekken de renners via Bellagio over de top van deze vermaarde beklimming, maar dat is dit jaar dus niet het geval. De Madonna del Ghisallo, vroeger een absolute scherprechter in de koers, is nu niet meer dan een opwarmertje voor wat komen gaat. Na de afdaling van de Ghisallo volgt de route kilometerslang het Comomeer en vervolgens krijgen we een passage langs het Meer van Garlate. Als ze in Almenno San Bartolomeo weer noordwaarts gaan, zien ze al bijna Bergamo in de verte liggen.
De renners maken echter nog een serieuze omweg over meerdere pittige beklimmingen. De eerste klim, die naar Roncola, is 9,4 kilometer lang aan 6,6%. Na een eerste kilometer aan amper 3% volgt er een middenstuk van goed vijf kilometer aan 8%, met al snel een piek tot 17%. Vervolgens vlakt de weg weer af richting de top, waarna de duik naar beneden wordt ingezet richting de volgende klim. De weg naar Berbenno stijgt voor een zevental kilometer aan net geen 5% en kan worden gezien als een niet al te pittig intermezzo tussen de Roncola-klim en die naar Dossena, die al vrij snel opdoemt.
Na de afdaling van de Berbenno-klim volgen de renners het dal van de Brembo, een zijrivier van de Adda, stroomopwaarts op weg naar San Pellegrino Terme. Vlak na dit stadje begint met de Zambla Alta de langste klim van de dag. De Passo di Zambla is in totaal 24 kilometer lang en is bijzonder onregelmatig. De klim bestaat in feite uit meerdere delen. Het eerste stuk naar het bergdorpje Dossena is elf kilometer lang aan een slordige 6% en kan worden gekwalificeerd als een echte loper. Na het verlaten van Dossenna volgt een korte afdaling, een oplopende strook van ruim 7% en een nagenoeg vlakke sectie van een vijftal kilometer.
De laatste 2,5 kilometer van de Passo di Zambla zijn niet van de poes, het wegdek stijgt weer aan 7%, en geeft misschien de ruimte voor aanvallers om iets te ondernemen. Eenmaal op de top van de Zamblapas is het nog goed 65 kilometer tot de finish. Het venijn zit hem echter in de staart, want na een snelle afdaling naar de vallei van de Serio beginnen de renners vrijwel meteen aan de zwaarste klim van deze Ronde van Lombardije. De Passo di Ganda is met een lengte van 9,2 kilometer zeker niet de langste beklimming, maar kent wel een gemiddelde van 7,3%, met in de slotkilometers stroken tot wel 15%.
Wie vervolgens Bergamo wil bereiken, moet de afdaling nemen richting de hoofdstad van de gelijknamige provincie. Eenmaal beneden had de organisatie ervoor kunnen kiezen om direct door te rijden richting de finish op de Viale Papa Giovanni XXIII in Bergamo, maar RCS Sport kiest zeker niet voor de makkelijkste weg. Men kiest voor een extra lusje boven de stad langs, door de Città Alta, met op goed vijf kilometer van de meet nog een laatste helling om het verschil te maken. De Colle Aperto is een klimmetje van 1,6 kilometer aan net geen 8%, met een maximale strook van 12%, deels over keitjes, wat de klim extra lastig maakt.
Dat de koers nog een verrassende wending kan krijgen op de Colle Aperto, liet Esteban Chaves zien tijdens de editie van 2016. De Colombiaan wist toen met een ultieme versnelling Romain Bardet nog uit de wielen te rijden. De Colombiaan trok daarna in een sprint aan het langste eind door Diego Rosa en Rigoberto Urán te verslaan. Toen kwamen ze overigens niet aan op de Viale Papa Giovanni XXIII, maar op een parallelstraat. De Viale Papa Giovanni XXIII wordt overigens bereikt na een afdaling van om en nabij de drie kilometer. Wie zien we vervolgens na bijna 240 kilometer het zegegebaar maken?
Datum: zaterdag 9 oktober
Start: 10.30 uur in Como
Finish: tussen 16.36 en 17.22 uur in Bergamo
Afstand: 239 kilometer
Favorieten
De Ronde van Lombardije kan zaterdag rekenen op diverse klinkende namen aan het vertrek. Wat heet, zeker in vergelijking met vorig jaar is het een deelnemersveld om duimen en vingers bij af te likken. De huidige wereldkampioen is van de partij en ook de regerende winnaars van de Tour de France en Vuelta a España geven acte de présence. Verder staan er maar liefst vier oud-winnaars aan de start, stiekem hopend op een nieuwe zege in de herfstklassieker.
Naast alle mogelijke WorldTeams hebben ook Alpecin-Fenix, Androni Giocattoli-Sidermec, Bardiani-CSF-Faizanè, EOLO-Kometa, Arkéa-Samsic en Vini Zabú een uitnodiging ontvangen. Het peloton bestaat aankomende zaterdag kortom uit 25 ploegen, goed voor in totaal 177 deelnemers.
Van de renners die zaterdag aan de start staan, is Julian Alaphilippe misschien wel de grootste favoriet voor de zege. De Fransman zal zijn seizoen maar wat graag met een knal willen afsluiten, al zal de druk wel van de ketel zijn nu hij zijn tweede wereldtitel binnen heeft. Alaphilippe was op het WK in en rond Leuven ongenaakbaar en speelde met de tegenstand. De explosieve renner kon naar hartenlust aanvallen en wist zo de concurrentie volledig af te matten. De grote vraag is of Alaphilippe, twee weken na zijn triomf, nog over dezelfde benen beschikt. Is er sprake van enige decompressie, of is zijn honger nog niet gestild?
Voor de concurrenten van Alaphilippe is het simpel: ze moeten de Fransman zien kwijt te spelen voor het laatste klimmetje van de dag. Lukt dat niet, en begint Alaphilippe in een kansrijke positie aan de laatste klim, dan is de kans groot dat hij van de tegenstand wegknalt op weg naar de zege. Dat de Ronde van Lombardije te zwaar zou zijn voor Alaphilippe, kunnen we ook naar het rijk der fabelen verwijzen. De renner van Deceuninck-Quick-Step werd vier jaar geleden al eens tweede in de klassieker, achter Vincenzo Nibali, en dat na een nog zwaardere wedstrijd met onder meer de Muro di Sormano.
Alaphilippe kwam afgelopen woensdag al in actie in Milaan-Turijn, maar voelde zich na een periode van ziekte nog niet opperbest en reed in dienst van Almeida. Ziet de wereld er over een paar dagen totaal anders uit voor Juju?
Binnen het kamp van Deceuninck-Quick-Step rekenen ze echter niet alleen op Alaphilippe. De Belgische formatie heeft met Remco Evenepoel ook nog een serieuze kaart om mee te spelen. De Belg zal het, in tegenstelling tot Alaphilippe, wel moeten hebben van een langere solo. Maar als iemand in staat is om op tijd weg te rijden en weg te blijven, dan is het wel Evenepoel. In de Coppa Bernocchi probeerde hij het op een dergelijke manier en slaagde hij met vlag en wimpel. Zien we zaterdag een blauwdruk van deze koers? Met een goede prestatie kan hij ook definitief een streep zetten onder die vermaledijde editie van 2020.
Alaphilippe, Evenepoel en João Almeida vormen de drie musketiers van Deceuninck-Quick-Step. Ook de Portugees is een gevaarlijke klant voor de overwinning, zeker als Alaphilippe en Evenepoel onderweg als bliksemafleiders dienen. Almeida liet een week voor de Ronde van Lombardije nog zien in topvorm te verkeren. In de Giro dell’Emilia deed hij nadrukkelijk een gooi naar de zege, maar bleek hij niet opgewassen tegen de veel explosievere Primož Roglič. In Milaan-Turijn mocht hij als nummer drie ook mee het podium op. Nieuwe ronde, nieuwe kansen? Ook de jonge Italiaan Andrea Bagioli is een potentiële dark horse binnen het kamp van Deceuninck-Quick-Step.
Deceuninck-Quick-Step trekt kortom met grof geschut naar de Ronde van Lombardije, maar onderschat ook Jumbo-Visma niet. De Nederlandse formatie heeft met Primož Roglič de topfavoriet in de gelederen die zeker niet hoeft onder te doen voor Alaphilippe en Evenepoel. Sterker, in de Giro dell’Emilia wist de Sloveen Deceuninck-Quick-Step nog vakkundig af te troeven in de strijd om de overwinning en ook in Milaan-Turijn was hij imponerend sterk. Roglič liet op de beklimmingen van San Luca en Superga zijn blakende vorm zien en zal zaterdag nog één keer willen uithalen vooraleer hij een punt zet achter het wielerseizoen 2021.
Roglič, twee jaar geleden al eens zevende in Il Lombardia, zal in de finale normaal gesproken kunnen rekenen op steun van onder meer Jonas Vingegaard, George Bennett, Sam Oomen, Koen Bouwman en Steven Kruijswijk. Over een sterke ploeg gesproken! Vergeet niet dat Bennett vorig jaar tweede werd in de Ronde van Lombardije, al lijkt de Nieuw-Zeelander nu niet in de vorm om een dergelijk huzarenstukje te herhalen.
Er verschijnen zaterdag meerdere sterke blokken aan de start. Denk aan INEOS Grenadiers. De Britse sterrenformatie kan met Adam Yates, Gianni Moscon, Tao Geoghegan Hart en Pavel Sivakov wel iets ondernemen richting Bergamo. Yates werd vierde in de Giro del’Emilia en tweede in Milaan-Turijn en lijkt klaar voor de laatste grote klassieker van het seizoen. Ook Moscon is een man om in de gaten te houden, zeker na zijn indrukwekkende optreden in Parijs-Roubaix. De Italiaan kan op goede dagen boven zichzelf uitstijgen, zo ook in Lombardije, wat hij vier jaar geleden nog liet zien door als derde te finishen achter Nibali en Alaphilippe.
Er staan zaterdag vier oud-winnaars aan het vertrek van de Ronde van Lombardije. Bauke Mollema hoort bij dit selecte clubje. De ervaren Nederlander won twee jaar geleden zijn eerste wielermonument na een hele fraaie solo richting Como, toen nog de aankomstplaats van de Ronde van Lombardije. Twee jaar later is Mollema er uiteraard weer bij en het is zeker niet denkbeeldig dat hij andermaal als overwinnaar uit de bus komt. In de Giro dell’Emilia, toch een belangrijke testcase richting Lombardije, werd Mollema keurig zevende. Als de topfavorieten naar elkaar loeren, is Mollema de eerste om toe te slaan.
Mollema deelt het kopmanschap met Vincenzo Nibali, die zaterdag zijn laatste koers rijdt voor Trek-Segafredo, alvorens hij definitief zal worden ingeschreven bij Astana-Premier Tech. Op de imposante erelijst van Nibali prijken onder meer twee zeges in de Ronde van Lombardije. De Siciliaan won in 2015 en 2017 na een solo en werd in 2018 ook nog eens tweede achter Thibaut Pinot. De jaren beginnen echter te tellen bij Nibali, al was hij onlangs nog wel succesvol in de Giro di Sicilia, na een droogte van ruim twee jaar. De Ronde van Lombardije is echter nog wel andere koek, maar een kampioen als Nibali mogen we nooit helemaal uitvlakken.
Israel Start-Up Nation mikt met Michael Woods en/of Dan Martin op een goed resultaat. Woods was twee jaar geleden al eens vijfde in deze wedstrijd en deed in de Giro dell’Emilia (derde) en Milaan-Turijn (vijfde) het nodige vertrouwen op. Voor Martin is het na zondag gedaan: de Ierse klimmer zet na de Ronde van Lombardije een punt achter een succesvolle carrière. Martin is een oud-winnaar van de klimklassieker. In 2014 wist hij zijn concurrenten te verrassen met een lepe aanval in de laatste kilometer. Neemt hij afscheid met een overwinning? Ook Ben Hermans, negende in Emilia, kan wellicht verrassen.
Normaal noteren we de naam van Tadej Pogačar met stip in onze favorietenlijstje, maar het is aan het einde van het seizoen toch een beetje gissen naar zijn vorm. Het moge duidelijk zijn dat de Sloveen al een tijdje niet meer in zijn Tourvorm verkeert, maar dat wil niet zeggen dat de renner van UAE Emirates bij voorbaat kansloos is voor de overwinning. Zo werd hij derde in Tre Valli Varesine en vierde in Milaan-Turijn. Een leuk weetje: mocht Pogačar zaterdag als eerste over de streep komen, dan is hij de eerste renner sinds Moreno Argentin in 1987 die in één jaar tijd zowel Luik-Bastenaken-Luik als de Ronde van Lombardije weet te winnen.
Groupama-FDJ trekt ook met een sterke ploeg naar Como. Met David Gaudu beschikt de ploeg over de nummer drie van de voorbije Luik-Bastenaken-Luik. De ranke klimmer bonkt steeds nadrukkelijk op de deur, maar het is nog altijd wachten op die verlossende grote overwinning. Misschien staan zaterdag de sterren wel goed voor Gaudu. Zijn ploeg- en landgenoot Thibaut Pinot was drie jaar geleden al eens de beste in Lombardije, na een beklijvend duel met Nibali. De aanvalslustige Pinot heeft een moeilijke periode achter de rug, maar lijkt eindelijk verlost van zijn rugproblemen. Hij zal naar eigen zeggen knechten voor zijn landgenoot Gaudu.
Onze laatste ster gaat naar een man die al vele zeeën heeft bevaren, meerdere klassiekerzeges op zijn palmares heeft staan, maar nog nooit de Ronde van Lombardije heeft gewonnen. Voor de 41-jarige Valverde begint de tijd te dringen, ook al lijkt El Imbatido de eeuwige jeugd te hebben. In de beginjaren van zijn carrière stond Valverde vaak niet eens aan de start van de Ronde van Lombardije, maar de kopman van Movistar heeft sinds enkele jaren de liefde voor Italiaanse koersen ontdekt en werd in 2013, 2014 en 2019 tweede in de najaarswedstrijd. Is het dit jaar dan eindelijk raak voor de Murciaan?
In een koers als de Ronde van Lombardije is de kans klein dat een outsider er met de zege vandoor gaat, al liet Oliver Zaugg in 2011 zien dat je als renner nooit moet stoppen met dromen. Nu staan er nog wel meer schaduwfavorieten aan het vertrek. Denk aan Simon Yates namens Team BikeExchange. Romain Bardet, in 2016 vierde in Lombardije, is de kopman van Team DSM. Bardet was onlangs nog goed op dreef in de Giro di Sicilia. De formatie van Iwan Spekenbrink heeft ook Tiesj Benoot en Thymen Arensman opgenomen in de selectie. Voor Arensman is het zijn eerste Ronde van Lombardije.
Mocht Pogačar om wat voor reden dan ook door de mand vallen, dan heeft UAE Emirates met Davide Formolo, Brandon McNulty, Marc Hirschi, Rafal Majka (derde in 2013) en Diego Ulissi heel wat pionnen om mee te spelen. Bahrain Victorious rekent, bij afwezigheid van Parijs-Roubaix-winnaar Sonny Colbrelli, op Mikel Landa, Matej Mohoric, Dylan Teuns (stond al een keer op het podium) en man-in-vorm Stephen Williams. En wat mogen we verwachten van Emanuel Buchmann, Matteo Fabbro en Patrick Konrad namens BORA-hansgrohe? Ook de jonge Giovanni Aleotti kan ver komen.
Clément Champoussin, Aurélien Paret-Peintre en Benoît Cosnefroy zijn de vooruitgeschoven renners bij AG2R Citroën en Cofidis hoopt op een sportieve uitschieter van Guillaume Martin. Aleksandr Vlasov, de nummer drie van vorig jaar, is er weer bij voor Astana-Premier Tech, net als zijn Kazachse ploegmaat Alexey Lutsenko. EF Education-Nippo staat ook met drie sterke renners aan de start: Neilson Powless, Sergio Higuita en Rigoberto Urán. Die laatste was al eens derde in 2008, 2012 en 2016. Powless kende dit seizoen dan weer zijn definitieve doorbraak met winst in de Clásica San Sebastián en een vijfde stek op het WK.
Tot slot is het uitkijken naar Tim Wellens (Lotto Soudal), Nairo Quintana (Arkéa-Samsic), Domenico Pozzovivo (Qhubeka NextHash), Odd Christian Eiking, Louis Meintjes en Lorenzo Rota (allen Intermarché-Wanty-Gobert) en Lorenzo Fortunato, dit seizoen toch wel de uitblinker bij EOLO-Kometa. En wat kan de piepjonge Ben Tulett, volgend jaar in dienst van INEOS Grenadiers, in zijn laatste koers voor Alpecin-Fenix?
Favorieten volgens WielerFlits
**** Primož Roglič
*** Remco Evenepoel, Julian Alaphilippe
** João Almeida, Adam Yates, Tadej Pogačar
* Michael Woods, David Gaudu, Gianni Moscon, Alejandro Valverde
Website organisatie
Deelnemerslijst
Weer en TV
In Parijs-Roubaix werden de renners niet gespaard door de weergoden, maar komende zaterdag blijft het wel droog. De temperatuur zal schommelen rond de zeventien graden Celsius en tussen de wolken door is er af en toe ruimte voor de zon. De wind waait zeer zwak vanuit het zuidwesten en zal verder geen rol van betekenis spelen. De Ronde van Lombardije is van bij de start live te volgen op Eurosport 1 en via de Eurosport Player. WielerFlits komt uiteraard ook met een Volg Hier.
Denk dat het DQS-blok een harde noot is voor TJV om te kraken, maar het moet uiteindelijk te doen zijn. Zeker met een ijzersterke Roglic. Daarnaast vind ik DQS op tactisch vlak toch wel eens een steek laten vallen. Gisteren ook, met zes man aan de kop van de koers op een gegeven moment maar uiteindelijk met lege handen. Meerdere favorieten hebben is een papieren voordeel; in de koers zelf is het lastig lakens uitdelen.
het is eerder andersom, Roglic gaat voor DSQ een harde noot zijn om te kraken. Zij moeten Roglic kwijt spelen en zoals Roglic al vaker heeft laten zien is dat hij het ook kan zonder ploeggenoten.
dan ook maar uit andere jobs weren en dan maar best uit het openbare leven?
opsluiten die gast
Type Van Baarle een beetje hè. Ik houd er wel van. Net als Simmons, die druistige rooie.
En dat maakt het zo dubbel, aangezien het gewoon een renner is die qua koersen echt wel "leuk koerst". Vaak actief mee in de aanval, etc. Maar waar je normaal gesproken de aanvaller de winst gunt, vind ik dat bij Moscon net wat moeilijker.
Maar goed Zeverepoel gun ik ook niks. Net als de rest van DQS zolang Zatlef aan het roer staat.
ik kan je gedachtengang goed begrijpen, maar je hoeft de honden niet meteen af te maken omdat ze een vervelende baas hebben.
ik zie bij Patlef echt wel renners die een stuk leuker en sympathieker zijn dan hun baas. Stybar, Devenyns, Alaphillipe en Lampie om er maar een paar te noemen. Maar helaas zijn er ook een paar die de vervelende trekjes van de baas hebben overgenomen (of al hadden voordat ze bij Lefevere kwamen fietsen).
EDIT: enige vervelende is dat bij een overwinning van een van deze sympathieke renners patje weer in de media verschijnt met een een verhaal vol zelfbevlekking. En dat maakt inderdaad dat je misschien toch wat harder juicht voor iemand in een ander shirt.
Van mij mag Moscon winnen na alle ellende van afgelopen zondag, maar ik denk iedereen die PR gereden heeft einde seizoen is qua topprestaties.
het is eerder andersom, Roglic gaat voor DSQ een harde noot zijn om te kraken. Zij moeten Roglic kwijt spelen en zoals Roglic al vaker heeft laten zien is dat hij het ook kan zonder ploeggenoten.
Zou een bijzonder knap staaltje zijn als Roglic het drieluik Emilia, Milaan - Turijn en Lombardije kan vervolledigen. Ik hoop het enorm.
Met 'vroeg' bedoel ik overigens halfkoers.
***** Roglic
**** Pogacar
*** Alaphilippe, Almeida
* Evenepoel, Vingegaard, Mollema
hoeveel WT top 10? Of is dat niet relevant in de bepaling of het ""te vroeg"" zou zijn om een 4de te winnen?
Het is m.i. helemaal geen probleem dat Evenepoel fans hun favoriet graag als torenhoge favoriet zien, maar het schiet vaak een beetje door, alsof het not done is om een handvol renners als grotere favoriet te zien (met ook nog eens argumenten waarom dat is). Het gebrek aan respect voor Evenepoel dat 'criticasters' vaak verweten wordt slaat volledig door naar disrespect voor de gevestigde wereldtop die welgeteld 0x op hun nummer zijn gezet door de talentvolle Belg.
mede omdat ik zelf bitter weinig om sterverdeling geef, de topfavoriet kunne we wel aanduiden maar 2 of 1 ster, jaahh..
alleen vind ik dat "te vroeg" geen enkele waarde hebben. Was vorig jaar mee, in deze Italiaanse najaarsklassiekers bij de beste 7 dus why not?
Tis nooit te vroeg voor om een renner om om het even welk niveau wedstrijd te winnen.
maar kijk naar die ouwe Valverde in Lombardije
kon al heel vaak gelukt zijn
maar is al heel vaak net niet gelukt
wat voor rol speelt leeftijd of ervaring dan
tis de benen dat telt en o.a. Evenepoel eeft hele goeie benen momenteel.
Uiteraard is het een hele mooie wedstrijd om op je palmares te hebben, 90% van het peloton komt nooit in aanmerking om zo'n wedstrijd te kunnen winnen al helemaal niet op je 19e. Pogacar heeft 26 profzeges waarvan 20 WT (76%), Evenepoel heeft 20 profzeges waarvan 3 WT (15%). Dat Evenepoel nog een slag moet maken om tot de absolute top te horen (top-10 van de wereld) is een feit. Dat hij er nu dicht tegenaan schuurt en ieder moment dat laatste stapje kan gaan zetten daar bestaat ook weinig twijfel over. Maar tussen de verwachting die laatste stap te zullen zetten en hem ook daadwerkelijk zetten, daar zitten de benen van Evenepoel tussen, die benen moeten het kunnen en vervolgens laten zien.
Overigens verwacht ik dat zaterdag net iets teveel van het goede voor hem is. Als de koers op dat laatste korte maar vinnige klimmetje beslist wordt en Alaphilippe, Roglic of Pogacar demarreren dan kan ie daar denk ik niet antwoorden. Eerder solo vertrekken gaat in dit veld niet gebeuren denk ik.
de laatste 10 edities van de CSS won een renner uit de Tour 9 keer. Remco was de enige uitzondering. Lijkt me toch een aanwijzing dat de Tourrenners een streepje voor hebben.
Evenepoel is een verhaal apart, zowel als je die wedstrijd bekijkt als de renner zelf. Wat Evenepoel extra interessant maakt is dat het een renner is die over het hele jaar goed is (hoog basisniveau) en niet zo zeer piekt. Valverde had dat ook in zijn beste jaren en Roglic lijkt dat ook te hebben. Dat zijn veelwinnaars.
Tja, zo kun je de halve kalender devalueren.
Algemeen wordt aangenomen dat de renners die zich op de OS hebben voorbereid zonder de Tour, in het nadeel waren tijdens de wegrit. De top 3 kwam dan ook uit de Tour, net als de meesten uit de kopgroep. De OS vonden net na de Tour plaats. Echter, wanneer Evenepoel San Sebstian won, die ook net na de Tour plaatsvond, was het peloton moe en uitgeblust. Ook al blijkt uit het verleden dat de winnaar ook daar vaak uit de Tour komt. Enkel "net niet" toen Evenepoel won, toen had niemand zin om te rijden en net dat jaar waren ze *echt* moe, nog meer dan in andere jaren, toen Evenepoel niet won. Dat spreekt voor zich.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Cognitieve_dissonantie
Cognitieve dissonantie is de onaangename spanning die iemand ervaart bij tegenstrijdige overtuigingen, ideeën of opvattingen of bij handelen in strijd met de eigen overtuiging.
Alleen al om te zien in welke bochten sommige leden zich zullen wringen, hoop ik op een overwinning van Evenepoel.
Al zal je altijd zien bij de meest halstarigge deniers, lijdend aan stevige bijziendheid, dat ze hun eigen latje weer verleggen naar:
"ja maar nog niet ... gewonnen"
Tis niet dat mensen gedwongen Evenepoel leuk moeten vinden hoor. Heb je alleen zelf wel in de gaten dat je eigen grensje steeds dichter naar je toe trekt?
Aan jou een vraag en voor de discussie is het goed als je daarop antwoord: stel dat je als renner San Sebastián wilt winnen, hoe zou je dat aanpakken? Je wilt je vormpiek 100% hebben op die dag. Is dan een klassement rijden in de Tour de juiste weg? Of past het perfect in de opbouw naar een klassement in de Vuelta? Nee lijkt mij het enige eerlijke antwoord. Alle renners die top waren in de Tour of top willen zijn in de Vuelta zijn maar op 95% in San Sebastiaan. Daar winnen is knap maar makkelijker dan in Luik waar de wereldtop tot de tanden bewapend en scherp aantreedt.
Daarnaast denk ik dat de hele wielerwereld een zege uit een lange ontsnapping zaterdag hoger waardeert dan San Sebastián juist omdat de truc speciaal van Evenepoel inmiddels bekend is. De uitvoering op het hoogste niveau met succesvolle afronding is véél moeilijker dan op de verrassing spelen of tegen een relatief zwak deelnemersveld. Ik verwacht dan ook dat Remco niet gaat winnen (niet in de vorm van misgunnen maar in de vorm dat hij weinig wapens heeft en enkele anderen gewoon sterker/completer zijn).
De Tourrenners wouden "PIEKEN" naar de Tour en geen van hen waren te laat in de beste vorm waardoor ze heel goed zouden zijn in san sebastian.
Dat weten we ook gewoon zeker omdat we dat zeker weten.
Pieken worden maanden van tevoren gelegd en renners zijn meestal ook exact op die gekozen dag op hun best. Zo precies kan dat gewoon. Kuch kuch
Zitten we op dezelfde lijn Panache?
Je logica gaat onderuit wanneer je de vergelijking trekt met de Olympische wegrit. Of wil je beweren dat mensen niet naar de OS piekten? Ga je ons proberen overtuigen dat Carapaz, een renner die nog maar weinig getoond had in ééndagskoersen, "ondanks" de Tour, Olympisch kampioen werd, dat het hele podium "ondanks" de Tour, uit de Tour kwam? Volgens jouw logica waren dit gewoon de betere renners, want die rijden nu ook eenmaal de Tour. Toch?
Sommigen van de meest genoemde favorieten die ook in het artikel hierboven sterren kregen voor de overwinning in Lombardije, reden de Tour niet (of amper), en speelden een bijrol in de Olympische wegrit. Roglic, Evenepoel, Vlasov, Almeida, Yates... Toch opmerkelijk dat renners die intrinsiek in staat geacht worden Lombardije te winnen, slechts een figurantenrol speelden op de OS, waar zij "toevallig" niet uit de Tour kwamen, in tegenstelling tot diegenen die daar "toevallig" wel het mooie weer maakten.
De OS hebben bewezen dat het fabeltje dat je vlak na de Tour niet in een ééndagswedstrijd kan presteren, de vuilbak in kan. Maar blijf gerust rond de hete brij dansen, vermakelijk is het wel.
Jij maakt eigenlijk een beetje zijn punt met jouw uitleg. Yates, Vlasov (die zeker geen favoriet is voor de Lombardije) focusten zich op de vuelta. Roglic ook en die had in de wegrit zelf last van blessure. Evenepoel was totaal niet in vorm tijdens de spelen dat zag jij duidelijk in de tijdrit. Hij was nog niet klaar na zijn val.
Over Carapaz. Carapaz doel tijdens het seizoen was de tour en dat heeft hij een heel seizoen duidelijk gemaakt. Hij was al verschrikkelijk sterk in Zwitserland en leek zelfs een beetje te vroeg in vorm. Het feit dat hij op de OS een goede dag verandert daar niets aan. Kijk bv naar Pogacar die rijdt in de tour iedereen naar de vaantjes bergop, maar wordt bergop door redelijk veel renners gevolgd en kan niet echt wegrijden van WVA (dat kon hij wel in de tirreno). Hij wordt uiteindelijk nog wel derde, maar een top Pogacar maakt kipkap van iedereen behalve Roglic.
Jij zag het ook tijdens de tijdrit. WVA en Asgreen werden na een zware tour weggereden, Dumoulin, Dennis en Roglic reden ver weg door een goede voorbereiding. Zij konden perfect pieken naar die wedstrijd. Iemand die in topvorm wil zijn tijdens een wedstrijd is toch vaker beter dan een renner die een vorm aan het einde van een GR nog wil rekken.
De nog altijd pas 21-jarige Pidcock zag Van der Poel schitteren in de Tour, maar geeft tegelijkertijd aan dat het niet de meest ideale voorbereiding was op de Spelen voor de Nederlander. 'Het was een sponsorverplichting voor Mathieu, dus hij had niet echt een keuze. Het feit dat hij na één week uitstapte geeft aan dat het geen ideale voorbereiding is op de Olympische Spelen.'
Van Aert 'Ik zal daar ook wel een paar dagen nodig hebben om aan het weer te wennen. Wat dat betreft zijn de jongens die niet in deze Tour zitten in het voordeel.'
Van Aert 'Het was wel plesant om te voelen dat ik steeds goed herstel. Het is de bedoeling om met deze benen richting Tokio te gaan. Dat is moeilijk als je nog zes dagen volle bak moet gaan.'
Vanthourenhout 'In theorie zijn renners die uit de Tour komen in het nadeel. Laat je het over aan de inspanningsfysiologen, dan zeggen die dat het beter is om twee weken van tevoren in Tokio te zijn, voor een betere aanpassing aan de temperatuur en om het tijdverschil te verwerken.'
Nibali ' Misschien stap ik in de Tour wel eerder af. Ik wil in topvorm zijn in Tokio. Het is mijn droom om daar te winnen, al wordt dat natuurlijk niet makkelijk.'
Dat betreffende seizoen was San Sebastian 1 van de hoofddoelen van Evenepoel. Kijk de berichtgeving van destijds er nog maar even op na.
Slimme keuze, want zoals hierboven gesteld zijn er heel weinig anderen die daar top aan de start staan. In tegenstelling tot de OS is San Sebastian eigenijk een nietszeggende wedstrijd; niemand in de TdF zal zich in de laatste week gaan inhouden voor San Sebastian, terwijl er juist heel veel renners in de afgelopen TdF met Tokyo in hun achterhoofd rond reden. Goede benen, een beetje onderschatting, en alles viel daar in San Sebastian in zijn plooi voor ketje.
Verder denk ik dat iedereen er wel van overtuigd is dat hij de finales in grote klassiekers kan kleuren, en zonder problemen top 10 gaat rijden in Lombardije. Maar er is een groot verschil tussen de finale kunnen rijden, de finale kunnen kleuren, en uiteindelijk winnen van een klassieker. Vraag maar eens aan pakweg Boogerd, die heeft ook al heel veel finales gekleurd. En ook die werd ondanks zijn beperkte erelijst echt wel geviseerd in grote koersen.
Weg: Van de top 20, reden er 19 renners de Tour en ze bereikten alle 19 Parijs.
5 renners uit die top 20 hadden top 10 gereden in de Tour.
Tijdrit: Van de top 10 reden 8 renners de Tour, 3 van hen bereikten Parijs niet.
De Tour eindigde op zondag 24 juli; de Olympische koersen werden op zaterdag 6 (weg) en woensdag 10 (tijdrit) augustus afgewerkt.
Nibali, die ten val kwam in de Olympische wegrit en moest opgeven, reed de Tour 2016 gewoon uit, ofschoon hij geen zicht had op een ereplaats.
Van de top-10 Rio heeft niemand een topklassement in de Tour gereden. De nummer 7 en 8, de rest reed geen klassement. Topfavoriet Nibali reed dat jaar de Giro voor klassement en de Tour als voorbereiding. In de tijdrit (Cancellara, Dumoulin, Froome) was het Cancellara die eerder uit Frankrijk vertrok vanwege die gewenste ideale voorbereiding.
De kilometers van de Tour kunnen heel goed als training dienen, maar je 21 dagen uit elkaar trekken en zeer diep in de reserves tasten dat bouwt niet op maar breekt af. Dat is geen persoonlijke mening maar basic trainingsleer.
Vorig jaar werd MvdP 6e in Luik, de dag na een 50 km lange solo in Binckbank. Dat is ook zo’n voorbeeld van ‘ondanks’ en niet ‘dankzij’ (buiten de corona puinhoop die weken). De absolute wereldtop kan op 95% conditie wedstrijden winnen en daar tegenstanders verslaan die op hun eigen 99% qua vorm zitten. Een groot deel van de wereldtop rijdt de Tour.
wat Dumoulin betreft: de 18de etappe van die Tour was de tijdrit van Sallanches naar Mégève
jonges jonges, argumenten van ...
Jij haalt citaten aan van personen die stellen dat renners die uit de Tour komen in het nadeel zijn op de OS. Ik lees geen verdere specificaties, dus of het om rittenjagers, klassementsmannen of sprinters gaat blijft ongewis. Ook niet in hoeverre ze zich uit elkaar hebben moeten trekken tijdens de drie weken.
Conclusie die ik trek is dat blijkbaar veel renners baat hebben bij het rijden van de Tour, op welke manier dan ook, om goed voor de dag te komen op de OS. Een algemeenheid als “In theorie zijn renners die uit de Tour komen in het nadeel” zegt mij daarom niet zoveel.
Gezien het Olympisch podium dit jaar lijkt mij zelfs enige inspanning tijdens de Tour niet zo’n groot probleem, ondanks dat ze alle 3 tot de buitencategorie behoren.
Dat het mogelijk is hoogvorm door te trekken na een bepaald doel naar een volgend mikpunt niet veel later mag als bekend worden verondersteld.
Het is al lang duidelijk dat je geen kennis hebt van trainingsopbouw en dat is absoluut geen schande dat geldt voor een groot deel van het forum, maar wat basis is wel handig binnen deze discussie.
“Jij haalt citaten aan van personen die stellen dat renners die uit de Tour komen in het nadeel zijn op de OS”
Niet helemaal. Wat ik zeg is dat Pogacar, Carapaz als hoofddoel de Tour hadden en de OS slechts als subdoel. Hun vorm heeft in de Tour de 100% aangetikt en was op de OS lager. Gedachte experiment: indien er een kloon van Pogacar bestond die in mei 2021 gefabriceerd was en die klaargestoomd werd voor de OS als hoofddoel, dan had deze kloon de Tour niet op deze wijze kunnen rijden omdat het een afbraakinspanning is. De kloon had de intensiteit opgebouwd richting Tokio en misschien wel goud gehaald.
Edit: deze post is in het verlengde van adelaar van antwerpen, komt op hetzelfde neer.
doet er gewoon niet toe om die uitslag erbij te halen. Cancellara kon weg, die andere 2 niet. Maar of dat het verschil gemaakt heeft? Cancellara won nagenoeg alles in de TT. Al die trainertjes en zelf met licht overgewicht kampende voedingsspecialistjes willen graag geloven dat ze met exacte wetenschap bezig zijn en als ik me zoals jou mag baseren op uitspraken van renners, hier heb je er een:
"aaa yeah aaa hopefully the legs are good ... yeah we see aaaa"
die kunnen helemaal niet "PIEKEN" naar 1 dag joh, dat is give or take 2 weken topvorm met enkele slechte dagen ertussen en ze zitten er vaak naast (eerste 2 week GT goed, 3de week pas goed+San seb, OS)
die slechte dagen kan je niet kiezen en die dag superbenen ook niet
achteraf pochen "jaa we naar deze dag gepiekt" ...
ik vind het zo'n jomanda geleuter
"Hun vorm heeft in de Tour de 100% aangetikt en was op de OS lager."
Hoe kun je dat nu beweren? Jij hebt niks van die gasten hun data.
Je hebt best iets van verstand maar poneert de zaken hier alsof je de waarheid in pacht hebt. Tot in de kleinste details. Lachwekkend gewoon.
Maar dat geldt zowel voor de 'tegenstanders' als de 'voorstanders' van Evenepoel.
Waar de tegenstanders elke overwinning van hem weten te nuanceren (tot in den treure) weten voorstanders alle 'vervelende' trekjes of mindere uitslagen recht te praten, terwijl dat ook niet hoeft (en volgens mij ben jij daar 1 van).
Al bij al snap ik niet dat 'wij' als allemaal zijnde wielerliefhebbers niet gewoon kunnen genieten van prachtige prestaties, of dat nu Roglic, Pogacar, Evenepoel, Van Aert of Van der Poel is.
@ Insbruck: iemands reactie "lachwekkend" noemen, komt niet echt geloofwaardig / ter zake doende over als je zelf de volgende termen bezigt:
"Al die trainertjes en zelf met licht overgewicht kampende voedingsspecialistjes"
Daarmee plaats je jezelf boven deze 'professionals' en ik heb niet het idee dat dat jouw plaats is.
Mensen zijn gelukkig en enthousiast na indrukwekkende wielershows. Normaal volgens mij.
panache, michelangelo ea. weten van een feestje op 100km van hun deur en komen af om te zeuren dat de muziek te hard staat. Vanwaar de roeping om het enthousiasme te temperen?
Ik vind dat niet normaal.
Mij is het echt om het even of dat Evenepoel, een andere Belg, een Nederlander, Sloveen of Keniaan is.
Jij begint opeens over een hele andere discussie, die ik niet aanzwengel.
Maar de manier waarop jij op andermans mening / gedachte reageert komt nogal badinerend en arrogant over en volgens mij heb je dat helemaal niet nodig.
Dat is overigens alleen mijn mening, of je daar iets mee doet of niet is helemaal aan jou.
Ik vind het vooral jammer dat deze site een soort bash is geworden tussen anti en pro Evenepoel.
Dat is absoluut niet (alleen) door jou, maar met jouw reacties draag je hier wel aan bij. Ik heb niet de illusie dat ik dit ga oplossen, maar probeer toch enige nuance te brengen bij sommige regeerders in de hoop dat men in het vervolg beide kanten van het verhaal probeert te begrijpen en dat in hun reacties terug laat komen.
Ik lees het over MVDP ook. En dan is zie je ze niet op de rem trappen.
Waarom zou je ook? Zo zijn fans/liefhebbers toch? Met enige zin voor overdrijving een voorspelling maken. Is toch onschuldig? Ik denk dat de meeste het niet eens menen. En dan hebben we het over hoop en al 5 'overenthousiaste' posts.
Voorts, ga maar na: ik maak er geen sport van om renners af te breken en vooral - ik geniet van deze mooie sport, of ze nu Roglic of Van der Hoorn heten. We leven in gouden wielertijden, misschien wel de meest interessante die ik ooit heb mogen zien (sinds ik het volg vanaf eind jaren '80).
@Djerkson, ik kan de renner en de persoon niet los zien van elkaar. Het zijn geen twee verschillende poppetjes, maar gewoon 1 mens. Het zijn geen anonieme zwift-poppetjes op een playstation. En dat maakt dat Evenepoel zowel een aantrekkelijke renner is alsook een naar mannetje, alles in 1 persoon. En ik beoordeel het geheel. Het meest vervelende is dat je dan wordt weggezet als 'feestverstoorders' zoals in 1 van de posts van innsbruck / harrogate hierboven. Alsof je enkel wat mag vinden van zijn fietsprestaties, en het moet ook nog eens positief zijn.
Je zult dan altijd zien ook : 'Ik heb eens met Gianni geouwehoerd en het is toch best een toffe peer!' Dan kan je het even goed overslaan.
ik geloof niet in dat procenten geneuzel,of een renner op de fiets en een renner naast de fiets.
Evenepoel demarreert (wielrenactie) op het WK op 180 km van de streep, omdat hij zich (vanuit zijn persoonlijkheid) niet neer wilde leggen bij de opdrachten die hij mee kreeg. Als hij een dienstbare en betrouwbare persoonlijkheid was, dan had hij nooit op dat moment op die manier in de koers gezeten.
Wat ik wil zeggen: zonder zijn persoonlijkheid geen "Remcootjes'. En helaas is het te vaak zo dat zijn in basis mooie acties in de koers worden ingegeven door eigenschappen als egoisme, geen boodschap hebben aan afspraken, zelf in de spotlight willen staan, de bovenste aap op de rots willen zijn, etc. Allemaal zaken die ten koste gaan van een ander. De een vindt het prachtig dat hij in de Giro 2 boniseconden pakt om net boven zijn ploegmaat te staan, ik vind het een teken van disrespect richting je ploeggenoot. De een zit te genieten als hij op het WK op 180 km van de streep al in de aanval gaat, ik vind het een dikke middelvinger naar al zijn ploegmaats. Het levert hem successen op en een horde fans, maar het heeft ook gewoon een hele duidelijke keerzijde.
Daar mag jij wat vinden, en ik ook. Allemaal prima, en mooi discussievoer. Helaas is het posten van een opinie als deze bijna een garantie om een berg nare op de man gespeelde reacties terug te krijgen....
als je gewoon geen koeievla in de ogen had tijdens het EK en WK gezien hebt dat Evenepoel klaar is om mee te dingen naar WT koersen met de beste renners van de wereld aan het vertrek.
Het is geen springveer, maar ook geen stijkijzer à la Bardet. Misschien meer een type Nibali, (waar hij qua palmares of koersintellect nog niet aan de enkels komt.) Dat was ook een goeie tijdrijder vroeger. En als Nibali niet kon winnen lag dat niett aan "te vroeg". Kan gewoon niet rekenen op zijn sprint tegen de 4 meest explosieve klimmers maar wel bv tegen een Mollema, Vlasov, Schachmann etc..
De Slovenen hier de topfavorieten. Pogi aan het komen en was in het voorjaar in LBL een pak beter dan Roglic, dus voor mij nog geen uitgemaakte zaak. Kan hem ook pakken in de sprint.
Voor Evenepoel wordt dit denk ik heel moeilijk. Moet alleen aankomen en om de allerbeste renners ter wereld te lossen, dan gaat hij wel héél goed moeten zijn. Alaphilippe en Almeida schat ik hier toch ook net iets minder hoog in dan de Slovenen, dus om ‘het ploegenspel’ te spelen is ook niet altijd zo evident als de kopman van een andere ploeg beter is.
Woods zie ik hier ook wel weer meespelen vooraan en ook benieuwd wat Abuelo Valverde nog kan.
En vwb Evenepoel / DQS: "moeilijk gaat ook" (aldus Laurens TD). Alleen lijkt Almeida structureel niet sterk genoeg tegen Roglic, lijkt Flip (de enige die sterk genoeg is in een 1op1) iets te veel decompressie te hebben na het WK, en is Evenepoel kansloos in de eindsprint. Die zal ergens alleen weg moeten komen, maar waar en hoe...??
Daar zullen dus heel veel puzzelstukjes op de goede plek moeten vallen, en her en der ook ego's opzij gezet moeten worden. Evenepoel is daar niet goed in gebleken in het lichtblauw van de nationale ploeg, maar wie weet dat het donkerblauw van DQS een iets andere uitwerkingheeft.
Wie weet wel ergens een vierde of een vijfde hond die er met het been vandoor gaat, dat lijkt me nog bijna waarschijnlijker dan Roglic of iemand in het blauw....
Vwb de uitslagen van de afgelopen Italiaanse 'voorbereidingskoersen', zegt dat mi niet zoveel. Elke renner en team hebben zo hun eigen aanpak, agenda, motivatie etc. De kans dat Roglic wint is als hij solo aankomt...zie Luik bijvoorbeeld vorig seizoen. Daar waren Flip en Pogi sterker in de sprint. Gok op een outsider: Woods, Valverde, Mollema, Moscon of Nibali!!
Minder episch dan een solo zoals in de Druivenkoers of de grote prijs Gnocchi, maar wel een stuk realistischer. Zeker als ook Almeida en Alaphillipe nog in de buurt zijn.
Geen enkele Bahrein-Merida man bij de WF-favorieten, dat is: superieur verstoppertje spelen…