Interview Remco Evenepoel is dé winnaar van de Baloise Belgium Tour editie 2019. Maar ook Victor Campenaerts mag morgen met opgeheven hoofd naar huis. Hij bekroonde zijn sterke ronde met winst in de koninginnenrit. “Dat spurtje moést ik wel winnen”, lacht hij. “Niet alleen voor mezelf, maar ook voor Tim Wellens.”

Campenaerts was er naar eigen zeggen niet goed van. Toen hij op de uitloper van de Roche-aux-Faucons in het wiel van Evenpoel terug kwam aansluiten bij zijn ontsnapte ploegmaat Tim Wellens, wilde hij Evenpoel verrassen met een fikse demarrage. “Op de klim had Remco de kloof naar Tim zelf overbrugd”, redeneerde Campenaerts. “Dus ik dacht: dit is hét moment om hem te doen kraken.”

Excuses tegenover Wellens
Foutje in de redenering. Evenepoel kraakte niet. Zijn ploegmaat daarentegen wel. “Dat viel tegen, ja. Ik voelde me zowaar wat schuldig. Daarom heb ik me na afloop tegenover Tim ook geëxcuseerd – al vond hij dat overbodig. Maar er restte me daarna maar één ding meer. Het wiel van Evenpoel houden in die laatste vijftien kilometer en zowel hem als Andreas Kron kloppen in de sprint. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor Tim.”

Daar slaagde Campenaerts al bij al vlot in. “Logisch, hé. Remco bleef vol rijden om Tim verder op achterstand te zetten. Terwijl ik amper moest trappen. Zeker op de vele stukken bergaf kon ik recupereren. Die Kron kon ik wel aan, had ik onderweg al gemerkt.” Zo pakte Lotto Soudal toch een tweede ritzege in evenveel dagen. Een mooie troostprijs na slokop Evenepoel.

Sterke Serry
Ook het uitgekiende plan van Campenaerts en co om Evenepoel alsnog te verschalken in het klassement, viel lange tijd in de juiste plooi. “Enige fout was dat we iets te explosief in de aanval gegaan zijn. Hadden we dat iets rustiger aangepakt, kregen we misschien nog een paar extra mannen mee en konden we het Deceuninck-Quick-Step nog moeilijker maken. Nu hielden ze het gemakkelijker onder controle dan ik vooraf ingeschat had. Met dank aan een sterke Serry, vind ik. Beter was geweest dat Remco zelf iets sneller vol aan de bak moest.”