Team DSM bijt van zich af: “Onze manier van werken is de toekomst”
Interview Te strenge regels. Tegenvallende resultaten. Renners die willen opstappen. Materiaal dat niet in orde is. Team DSM krijgt het al maanden zwaar te verduren. Maar de ploeg bijt van zich af. In een exclusief interview met WielerFlits geven hoofdcoach Rudi Kemna (53) en ploegleider Matt Winston (34) tekst en uitleg. “Misschien doen we dat te weinig. Team DSM staat nochtans voor transparantie.” Vandaag het eerste deel van het gesprek.
13 juli van vorig jaar. De toen 23-jarige Michael Storer, een Australisch talent, moet onmiddellijk het Team Sunweb-trainingskamp in het Oostenrijkse Kühtai verlaten. De brave jongen was in een plaatselijke shop een bus shampoo gaan kopen. Het nieuws haalt alle media. ‘Geen toeval dat dit gebeurt bij de ploeg van manager Iwan Spekenbrink’, klinkt het. ‘Daar zijn de regeltjes immers bijzonder strikt en streng.’
Parijs-Nice dit jaar. Søren Kragh Andersen wil voor de start van een etappe zijn zadelhoogte laten aanpassen. Een paar millimeter maar. Maar de Deen krijgt een ‘njet’ van de ploegleiding. Het zijn maar twee voorbeeldjes waaruit blijkt dat de leiding van Team DSM, zoals de ploeg vandaag heet, met behoorlijk harde hand regeert. Tenminste, zo zien wij – de buitenwereld – dat toch.
Matt Winston, sinds eind 2018 ploegleider bij het team, is een beetje lastig als hij er naar gevraagd wordt. Winston bevestigt trouwens het verhaal. “Team DSM werkt met meerdere experts. De juiste mensen op de juiste plaats. Onder hen een bikefitter (gespecialiseerd in fietspositie, red.). Vóór het seizoen gaat de renner bij hem langs om alles op te meten. Dat gebeurt in overleg, waarna akkoord wordt gegaan met alle afmetingen en de positie op de fiets”, doet de Brit zijn verhaal.
‘Geen impulsiviteit’
“En dan is het seizoen aan de gang. Renners worden nerveus. We naderen bepaalde doelen. Er komen twijfels. En plots beslist een renner in z’n eentje om het zadel twee millimeter te laten verhogen. ’s Morgens, net voor de rit, notabene. Daarmee sluit de renner in kwestie niet alleen onze expert uit en toont hij geen respect voor hem, maar maakt hij de mecaniciens nerveus, enzovoort. Bovendien heeft elke renner zes fietsen en een tijdritfiets. Die zijn dan niét aangepast. En de renner loopt ook nog eens het risico dat spieren overbelast worden en rugklachten ontstaan. Dus nee, dat doen we niet impulsief.”
Kemna vult aan. “Stel je de ochtend voor een monument voor. Dan moet een topsporter gefocust zijn, niet aan de zadelpositie denken. Precies daarin willen wij het verschil maken. Zelfvertrouwen hebben, plezier beleven aan de uitdaging. Niet aan alles gaan twijfelen. We hebben renners die zich daar graag in laten begeleiden en snel ontwikkelen. Anderen zeggen ‘ja’, maar staan er minder voor open en durven de confrontatie met zichzelf niet aangaan.”
Mag een renner dan geen andere zadelhoogte willen? “Natuurlijk wel”, zegt Winston. “Buiten de wedstrijden kan hij contact opnemen met de bikefitter en het probleem bespreken. De kans dat er een aanpassing komt, is groot. Dan wordt dat in alle logboeken aangepast en alle fietsen worden aangepakt. Dat kan. Maar wij willen niet dat een renner slechte keuzes maakt. Gaan wij daarmee in de fout? Ik denk het niet. Maar de buitenwereld krijgt jammer genoeg maar één kant van het verhaal te horen. Waarom word ik niet gebeld om dit te duiden?”
“Weet je, voor de start van elke wedstrijd wordt de fiets exact gemeten. De bandendruk wordt vooraf bepaald. Ook op advies van een expert. De avond voor elke wedstrijd of rit krijgt elke renner een document met dat advies. Als er opmerkingen zijn, kan dat besproken worden. Als er niet gereageerd wordt, dan is het dát. Maar laat dan net voor de wedstrijd niet op eigen initiatief wat lucht uit de banden ontsnappen. Wielrennen is topsport. Het hoogste niveau en geen ‘old school’ meer zoals vroeger.”
“Ook het verhaal Storer in Kühtai lijkt me de logica zelve”, gaat Winston voort. “Toen (juli 2020, red) wisten we amper wat Covid-19 was. Maar we wisten wel dat het serieus was. Organisatoren vertelden ons dat, als er corona uitbrak in meerdere teams, er niet snel weer gekoerst zou worden. De Tour de France stond op het spel. Dan hebben alle partijen hun verantwoordelijkheden. Ook de teams. Sunweb, toen onze hoofdpartner, zorgde voor een fantastisch hotel op de top van een berg, in de middle of nowhere.”
“Maar de regels waren inderdaad streng. Vooraf kreeg iedereen een mail met onze intenties. ‘Alsjeblief, breng alles wat je nodig hebt mee van thuis, want ter plekke verlaten we onze bubbel niét.‘ Bij het begin van de stage is dat tijdens een meeting nog eens duidelijk herhaald. Zelfs alle medewerkers van het plaatselijke hotel hebben zes weken lang ín het hotel geleefd. Na de werkuren gingen ze niet naar huis, om geen risico’s te nemen.”
“En dan gaat er eentje snel een bus shampoo kopen… Wat moet je dan doen? Het door de vingers zien? Wat als hij drie dagen later positief test? Dan ga je andere dingen in de media lezen. Akkoord of niet? Trouwens, we zagen dit ook niet als straf! Het corona-gebeuren was een nieuwe ervaring voor iedereen. Eigenlijk moeten we het zien alsof Michael zijn verantwoordelijkheid nam.”
Wat deze voorbeelden betreft, akkoord. Maar ook de laatste maanden volgen de geruchten elkaar op. Meerdere renners willen opstappen bij Team DSM. Daar hebben jullie tot nu nooit op gereageerd, terwijl jullie beklemtonen een transparant team te zijn.
Kemna: “Dat zijn we ook! We willen heel graag onze doelen en de manier waarop we daar naartoe werken delen met de buitenwereld. Anderzijds vinden we ook integriteit belangrijk. De geruchten waar jij het nu over hebt, die gaan hoofdzakelijk over interne dingen. Dingen die niet naar buiten hoeven te komen. En daar gaan we uiteraard niet onmiddellijk op reageren in de media. Eén van onze kernwoorden is ‘cooperation‘. Samenwerking. Respect is een belangrijke pijler daarin. We verwachten van onze medewerkers en renners dan ook dat ze bepaalde ‘issues’ niet met de media delen.”
Door niet te reageren, voeden en versterken jullie de geruchten.
Kemna: “Als jullie horen dat renners willen opstappen, dan kan je bij ons wel om een reactie vragen. Maar ik heb de volledige Tour de France gedaan, ik heb een pak negatieve berichten over ons team zien verschijnen, maar niemand is me in de Tour ooit iets komen vragen. Natuurlijk heeft de media een observerende rol en moeten jullie nieuws brengen. Dat lijkt me fair, maar wij zijn betrokken partij. Dan kan je bij ons checken of het klopt.”
Uit ervaring weten we dat betrokken teams over zulke dingen de waarheid al eens durven te verdraaien. En als we vanuit andere ploegen horen dat Ilan Van Wilder er wordt aangeboden, dan gaan we er vanuit dat het klopt dat hij ontevreden is bij Team DSM…
Kemna: “Het spel van liegen willen wij niet spelen. Ik weet hoe het werkt in de wereld. Wij houden daar ook niet van en dat hou je op termijn ook niet vol. Als je hier vandaag één moment het gevoel hebt dat ik lieg, dan hoop ik dat je me dat vertelt.”
Afgesproken. Laten we beginnen met Van Wilder. Nemen jullie afscheid van hem?
Kemna: “Die vraag zal ik straks beantwoorden. Ik wil eerst nog even de filosofie van Team DSM uitleggen. Want die geeft je een antwoord op veel vragen. Kijk, we weten hoe we een topteam moeten maken. Door heel hard te werken, in combinatie met onze passie en overgave. En met cooperation, samenwerking, als sleutelwoord. Dat laatste is ontzettend belangrijk. Een groep uitermate gedreven en kundige mensen, op en naast de fiets, die met een gezamenlijke aanpak hetzelfde doel nastreven.”
“Jonge rennertjes koersen individueel. Ouders kopen een fiets, zoon- of dochterlief probeert wedstrijden te winnen. Dat is de normale weg. Maar naarmate je ouder wordt, evolueer je naar een teamsport, waarin je moet leren samenwerken. En die samenwerking – cooperation – is ons doel, dat is de sleutel tot succes bij Team DSM. Daarom hebben we overigens ook een Development Team opgericht. Over dat leren samenwerken wordt bij elke sollicitatie uitgebreid gepraat. En daar horen nu eenmaal afspraken bij. Afspraken tussen renners, coaches, experts. Dat is onze structuur, wat we doen en wat we ook gaan blijven doen.”
Winston: “We creëren een topsportomgeving. Straks vertrek ik naar de Vuelta. We zijn drie dagen vooraf ter plaatse en bespreken alles tot in de details. Daarna kunnen we met een heldere geest van start en spreken we alleen nog over koers. Ik kom van British Cycling, waar we ook zo werkten, weliswaar met de Olympische Spelen als hoofddoel. Ook bij Team DSM willen we in perfecte omstandigheden naar onze doelen toeleven.”
Maar dat lukt niet altijd even goed?
Kemna: “Wat we net vertellen, dat is de ideale wereld. Maar niet alle karakters zijn dezelfde. En daar loopt het bij ons soms nog fout. Dat is een proces waar we door moeten. Waar we aan werken. Dat ‘samenwerken’ betekent ook dat iedereen zich aan zijn rol houdt. Zoals een mecanicien zich niet moeit met de tactiek, zo moeten ook renners zich tot hun rol beperken. En aanvaarden dat hen verteld wordt dat iets beter is…”
“Wat dat betreft, hebben we nog werk voor de boeg. Nog niet elke renner in de ploeg zit vandaag op dat niveau. En dat leidt tot issues, kleine conflicten. Dat mogen wij, ploegleiders, onszelf verwijten. Opvoeden is een deel van onze job. Praten, motiveren, maar ook bekritiseren. Zo maak je elkaar beter en heb je een goede werkomgeving. Die balans van ‘cooperation’ missen we momenteel een beetje. Als een sprinter niet wint, moet hij niet alleen naar de prestatie van zijn lead-out, maar ook naar zijn eigen prestatie kijken. Iedereen is betrokken.”
Ilan Van Wilder… In februari vertelde jij me dat jullie met hem naar een grote ronde toewerken. Uiteindelijk rijdt hij er geen. Ook niet de Vuelta.
Kemna: “Klopt. Ilan is een talent. Een goede jongen. Maar hij heeft nog grote stappen te zetten in de factor ‘cooperation’. Dat is nog niet op het niveau dat we willen en dat is een reden om hem niet te selecteren voor de Vuelta. Fysiek was hij er klaar voor. Maar ook de onderlinge samenwerking is noodzakelijk om de ploeg boven zichzelf te laten uitstijgen. Beide aspecten zijn even belangrijk. Voor iedereen binnen Team DSM.”
Winston: “Het is een coaching proces. Off-bike en on-bike. Elke renner heeft een development plan. Op lange en op korte termijn. Maar dat kan uiteraard aangepast worden. Wat het off-bike plan betreft, heeft Ilan nog stappen te zetten.”
Hij werd niet vrolijk van die niet-selectie.
Kemna: “Alle begrip! Ik had ook niet verwacht dat hij blij zou zijn. Maar de selectie maken, is onze rol. En die is gebaseerd op zijn evolutie.”
Een jaar geleden stelden jullie hem wel op voor diezelfde Ronde van Spanje, ondanks een knieblessure.
Kemna: “Gezien de medische vertrouwelijkheid kunnen we daar niet dieper op ingaan, maar feit is dat we hem niet meer konden vervangen omdat – mede door de corona-omstandigheden en verplichtingen – dat praktisch onhaalbaar was. We konden niet zomaar switchen. Belangrijk: wat vorig jaar gebeurd is, heeft geen enkele invloed op zijn niet-selectie van dit seizoen.”
“Maar blijkbaar zijn intussen wat frustraties geuit die de buitenwereld bereikt hebben. Dat hij wilde vertrekken, wist ik persoonlijk niet, tot ik het las op WielerFlits. Uiteraard was ik verwonderd… Team DSM heeft de naam streng te zijn. Wel, eigenlijk zijn we nog niet streng genoeg. Ik hoop wel dat je dat optekent met ook onze kant van het verhaal. Wat erachter zit, namelijk iedereen beter maken. Maar dat gaan we niet versoepelen. Ik ben overtuigd dat onze manier van werken de toekomst is.”
Intussen kampen jullie wel met renners die willen opstappen.
Kemna: “Over Van Wilder: je hebt het antwoord zelf gegeven. Teams gaven aan dat hij aangeboden werd. Zijn management speelt daar uiteraard een belangrijke rol in. Als ik Ilan zijn resultaten zie, zou ik ook interesse hebben. Als je dan een manager hebt die hem aanbiedt… Zo werkt het normaal niet, hé. Meer zelfs, het is totaal niet toegestaan. En dát is het verhaal dat hier echt relevant is. Dan vind je het gek dat er wat wrijvingen ontstaan?”
“Wij zijn ook niet zinnens Ilan Van Wilder te laten vertrekken (hij ligt nog onder contract tot eind 2022, red). Wij willen met hem verder werken. Maar zijn management maakt het moeilijk en dat zorgt voor extra druk. Dat is geen voordeel voor hen. Zeker niet voor Ilan. Maar wij zijn gemotiveerd om hem verder op te leiden. Het is een talent dat iets meer tijd nodig heeft omdat zijn ‘cooperation’ nog niet op punt staat. We werken daaraan.”
Wat dat opstappen betreft, jullie hebben in het verleden uiteraard wel gemakkelijk afscheid genomen van een aantal renners. En zo een beeld gecreëerd dat een scheiding vlot mogelijk is.
Kemna: “We hebben bij al die renners wel een overeenkomst gemaakt om onder het contract uit te komen. Telkens met wederzijds akkoord. Maar ergens klopt wat je zegt. Misschien was dat fout. We hebben de naam dat dat mogelijk is in ons team. Daar leren we dan ook weer van richting de toekomst.”
Donderdag volgt het tweede deel. Over het ontstane imagoprobleem, het al dan niet vertrekken van een aantal renners, de kwesties Leknessund, Matthews en Hirschi, etc…
Getallen zijn heel belangrijk maar het gevoel van eigen regie ook.
Vaak gaat het om minimale verschillen of je wint of net niet. Of je een goeie prestatie neerzet of een gemiddelde. En dat het mentale aspect daar een grote rol in speelt. ‘Had ik niet nog net kunnen aanhaken?’, ‘Was ik niet 3 seconden sneller geweest met een betere positie?’, etc.
De meeste renners leveren maar een paar topprestaties in een seizoen, dus die zoektocht en vertwijfeling is vrijwel constant. Hoe kan ik optimaal presteren?
Een ‘jij moet niet denken, het leger denkt wel voor u’-mentaliteit werkt dan in de praktijk ook vaak niet helemaal in het wielrennen vermoed ik. Lijkt me dat de ploegleiding van DSM dan nog beter moet worden om op de juiste manier om te gaan met de twijfels van hun renners en/of beter scouten op renners die passen binnen deze rigide manier van werken.
Het is wel goed om de andere kant van het verhaal een keer te zien, maar ik denk dat dit wel een gemiste kans is van de heer Kemna om het beeld te verbeteren.
En dan geen enkel zinnetje als: ‘we hadden vorig jaar Iwan beter in bescherming moeten nemen’, of: ‘we hadden achteraf Storer beter in het trainingskamp kunnen isoleren, zodat bij een eventuele besmetting er verder geen verspreiding mogelijk zou zijn geweest.’
Maar: hulde aan Nico voor het verhaal losweken!
Cooperation wordt uitgelegd als 'samenwerken', maar het klinkt in de praktijk veel meer als 'meewerken'. 'Werk nou toch een beetje mee jongens!'. Een wezenlijk verschil.
Is er dan nog wel ruimte voor autonomie? Is de renner zelf niet ook een expert in zijn eigen ontwikkeling? Is het misschien niet goed voor zijn ontwikkeling om zelf een fout te maken en zo te leren hoe belangrijk de andere expert zijn?
Ik ben benieuwd naar de voorbeelden van hoe ze dat 'samenwerken' als leiding zelf doen. Over de momenten dat ze zelf inschikken en luisteren naar de 'expert'. Want goed voorbeeld doet volgen. Het is net als met kinderen, die luisteren ook niet naar wat je zegt, maar kijken vooral naar wat je doet.
In Nederland stuit je vooral op onbegrip als je met dit soort "ouderwetse" aanpakken aan komt zetten. En dan komen ze met zelfontplooiing, fouten mogen maken, etc...
Tja, zie het als voedingsexperts bijvoorbeeld. Dat is iets wat in de topsport iets heel normaals en geaccepteerd is: Iemand die héél goed in een sport is is niet per definitie héél goed in 'voeding'. Hetzelfde kan je natuurlijk ook concluderen over veel meer dingen; gezondheid, zadelhoogte, trainingsschema's, koffers inpakken etc. Dus ja, ik denk dat iemand die heel hard kan fietsen niet persé een expert is in zijn eigen ontwikkeling.
Wat ik verder uit het verhaal lees is dat fouten maken, meedenken, ervaren etc prima kan en mag, en ook gebruikt wordt, maar wél op daarvoor geschikte momenten. Dat vlak voor de start van een wedstrijd alles perfect moet zijn en hier géén ruimte voor is, is iets waar ik me persoonlijk wel in kan vinden. Maar het moet wel bij je passen als persoon. Je geeft namelijk de controle uit handen en moet er op vertrouwen dat die experts het ook écht beter weten. Dat is niet eenvoudig en past niet bij iedereen.
Kemna zegt gewoon constant hetzelfde en de vraag over Kemna is nog steeds niet duidelijk uitgelegd. De vraag was nemen jullie afscheid. Het uiteindelijke antwoord. Hij ligt nog tot eind 2022 vast en we willen wel met hem door. Maar is dat nu dan een ja of nee?
Tegelijk is het ook een gegeven dat er op élk gebied altijd wel iemand is die net iets meer weet dan jij. Wat DSM doet is hier toegang toe bieden met het oog op ontwikkeling. De vereiste daarvoor is wel dat je die experts het vertrouwen geeft. Als je je eigen plan vaart is de toegevoegde waarde van die experts nihil. Als je de touwtjes kan loslaten en er op vertrouwt dat de kennis- en ervaringsbronnen die de werkgever jouw aanbied inderdaad van toegevoegde waarde zijn, dan is het juist een 'geweldige werkgever dat hij dit allemaal zo aanbied'.
En ja, iedereen in het team de ruimte te geven om vanuit zijn eigen expertise iets aan het geheel toe te voegen zie ik als een vorm van 'samenwerken'. Wanneer een renner tegen een bikefitter zegt: 'joh, lul maar raak, ik doe wat ik wil' zet hij de bikefitter eigenlijk buitenspel. De bikefitter moet andersom ook niet zeggen tegen de renner: 'joh, koekwous, ik fiets die berg wel op!'.
Dan is het beeld van een ploeg die dan keihard 'nee' verkoopt aan een vedette al weer heel anders.
Feit is dat de aanpak van DSM niet door iedereen begrepen en gewaardeerd wordt. De oplossing lijkt mij is om nóg beter te screenen aan de poort en slechts te werken met renners die in die werkwijze geloven.
Dat gezegd hebben kunnen ze natuurlijk wel eea , genoeg successen behaald. Met geen ketonen vreten (+vergelijkbare schimmige extra’s) en minder doekoe hebben maken ze het zichzelf ook niet makkelijker.
Als ze zo ook echt de sfeer neerzetten dan houd je dat idd niet lang vol en of niet veel mensen passen daarin. Lijkt een beetje zoals vroeger bij het leger, om de een of andere reden was een bed uiterst strak opmaken van levensbelang. Alsof je daar een oorlog mee wint.
Trouwens we horen ook al anderhalf jaar allerlei experts van alles zeggen over Corona en dat gaat ook diverse kanten op. Het zijn inzichten, vaak (wat) beter onderbouwd, maar geen absolute waarheden.
“We hebben renners die zich daar graag in laten begeleiden en snel ontwikkelen. Anderen zeggen ‘ja’, maar staan er minder voor open en durven de confrontatie met zichzelf niet aangaan.”
“Team DSM heeft de naam streng te zijn. Wel, eigenlijk zijn we nog niet streng genoeg. Ik hoop wel dat je dat optekent met ook onze kant van het verhaal. Wat erachter zit, namelijk iedereen beter maken. Maar dat gaan we niet versoepelen. Ik ben overtuigd dat onze manier van werken de toekomst is.”
“zo moeten ook renners zich tot hun rol beperken. En aanvaarden dat hen verteld wordt dat iets beter is… Wat dat betreft, hebben we nog werk voor de boeg. Nog niet elke renner in de ploeg zit vandaag op dat niveau. En dat leidt tot issues, kleine conflicten. Dat mogen wij, ploegleiders, onszelf verwijten. Opvoeden is een deel van onze job. Praten, motiveren, maar ook bekritiseren. Zo maak je elkaar beter en heb je een goede werkomgeving.”
Verder een hele leuke ploeg....
Dit soort warme associaties schieten mij te binnen als ik dit interview lees.
Zoiets dergelijks.. Hangt voor mij een heel naargeestig calvinistisch spruitjesluchtje aan.
Kreeg na drie alinea’s al haast last puberaal rebels gedrag, en dat als veertiger..
Wil niet weten hoe de DSM renners zich dan moeten voelen.
Snap niet waarom alle reacties hier zo negatief zijn. Ze hebben een hierarchische manier van werken, waar specialisten het voor het zeggen hebben over hun vakgebied.
Prima dat die stijl je niet ligt, maar begin er dan ook niet aan. Dat is een keuze, en renners / managers kunnen dat dondersgoed weten voordat ze erin stappen. Dan moet je achteraf ook niet gaan zitten klagen.
Dat hiërarchische & die taakverdeling onder experts is is denk ik nog niet zozeer het probleem; wel hoe het uit- en ingevoerd wordt. Ik hoor er wat in door dat ze de aanpak van British Cycling (had ook een nauwe samenwerking met team Sky) overgenomen hebben. Punt is natuurlijk wel dat je met experts die allemaal voor een deelgebied verantwoordelijk zijn je renners diezelfde experts wel moeten vertrouwen én er mee moeten communiceren. Vertrouwen kan je niet afdwingen met hiërarchie of stalorders, daarvoor moet je veel samenwerken, daar heb je een cultuur voor nodig waarbij je advies krijgt maar niet gedwongen wordt. Ik heb de indruk dat dat soort zaken bij team Sky (zadel van Froome ging echt wel tijdens de Tour omhoog en omlaag) of bij DQS (cultuur: een voor allen, allen voor een) veel beter lopen dan bij DSM, juist door een cultuurverschil.
Kuddo's aan Wielerflits trouwens dat ze ook zorgen voor hoor- en wederhoor!
1. Van Wilder wordt overal aangeboden, terwijl DSM aangeeft hem graag te behouden. Ze doen er vervolgens wel vrij weinig aan om hem voor het team te behouden. Het niet selecteren voor de Vuelta zal niet in DSM's voordeel werken. Die is dus uiterlijk eind 2022 vertrokken.
[quote]Daar hebben jullie tot nu nooit op gereageerd, terwijl jullie beklemtonen een transparant team te zijn.
Kemna: “Dat zijn we ook! [/quote]
2. Hier kun je toch alleen maar om lachen? Er moet dus door een journalist tijdens de TdF gevraagd worden naar een situatie rond een renner die daar niet eens aan de start staat? Ik meen mij ook te herrineren dat er bij de onrust-berichten op WF vaak genoeg onderaan de pagina heeft gestaan: "Wielerflits heeft getracht een reactie te krijgen van DSM, maar het team was niet bereikbaar voor commentaar".
3. Het zadelverhaal van Kragh-Andersen. Dit is een van de vedettes binnen het team, met nota bene etappezeges in de Tour op zijn naam. Als K-A zijn zadel 2mm wil verzetten, doe dat dan gewoon. Dat kan toch naderhand met de fiets-specialist worden afgestemd en op de andere 6 fietsen worden aangepast? Dat hoeft toch niet direct diezelfde morgen? Die 2 seconden die hij mogelijk verliest in de tijdrit door een niet-perfecte houding kunnen weggestreept worden tegen het voordeel dat het voor K-A mentaal oplevert: dat er naar hem geluisterd wordt en dat zijn mening er toe doet.
Ik vind deze situatie bij DSM echt vervelend. Ik ben echt een supporter van dit team, meer dan van welk ander World Tour team dan ook. De route die zij met bijvoorbeeld Degenkolb, Kittel, Hindley, Hirschi, Dumoulin et cetera hebben afgelegd is echt bewonderingswaardig. Maar regelmatig staat iets te veel de theorie op de eerste plaats, en niet de menselijke kant. En Kemna lijkt overduidelijk veel te koppig om dit toe te geven en aan te passen.
Beste heer Kemna, fouten maken is menselijk. Ze toegeven en je strategie aanpassen zou je wellicht veel verder kunnen brengen. Dit zeg ik van buiten af, zonder het team door en door te kennen. Makkelijk praten als je aan de zijlijn staat, dat begrijp ik. Maar de status die het team zo zorgvuldig heeft opgebouwd over de jaren heen brokkelt wel heel erg hard af op deze manier. En zeker als de resultaten dan ook nog uitblijven en er ineens wel van de strategie afgeweken wordt om bijvoorbeeld Degenkolb aan te trekken.
Tjongejonge, wat een droefnis. Ik krijg toch het idee dat ze beiden een halve eierschaal op hun hoofd hadden met het interview.
Kijk, het is DSM zeker te prijzen dat ze een helder doel- en een heldere werkwijze voor ogen hebben. Je hebt als ploeg die onder een vergrootglas ligt wel altijd te maken met deze 3 zaken:
1. Het plan moet concreet, helder en een duidelijk einddoel aangeven.
2. Het allerbelangrijkste in mijn ogen, de manier waarop het plan wordt uitgevoerd en dan vooral de menselijke factor. Hoe empathisch is de ploegleiding? Hoe flexibel zijn ze? Hoe kunnen ze meebewegen met veranderingen die nou eenmaal plaatsvinden? Hoe is de kwaliteit van de uitvoering van het plan? (onder het mom van, je kunt beter een slecht plan heel goed uitvoeren, dan een goed plan heel slecht uitvoeren)
3. De beeldvorming. Je hebt te maken met media en publiciteit in z'n algemeen. Je hebt ook te maken met een sponsor en dus is beeldvorming enorm belangrijk. Hoe treed je naar buiten, op welke manier communiceer je?
Als ik als wielervolger van een afstand naar deze ploeg kijk dan geloof ik echt wel in de werkzaamheid van het plan. Echter punt 2 en 3 zijn gewoon onvoldoende en dan kom je in een situatie terecht waar ze zich nu in bevinden.