Interview Mede door het uitvallen van kopmannen Thymen Arensman en Kevin Inkelaar valt de Tour de l’Avenir tot dusver flink tegen voor de Nederlandse selectie. De 21-jarige Lars van den Berg lijkt bij het ingaan van het slotweekend de meubelen te redden voor de selectie van Adriaan Helmantel. Na acht etappes vindt de Metec-TKH-coureur zichzelf terug op de veertiende plaats in het klassement.

In de luwte van toprenners als Tobias Foss, Mauri Vansevenant en Clément Champoussin weet de klimmer (bijna) elke etappe weer een aantal plaatsen op te schuiven in het klassement. Zo ook in de etappe van donderdag, waar Van den Berg als vijftiende bovenkwam in La Giettaz, op slechts elf seconden van een groepje klassementsrenners met daarbij Foss. Het gevolg: een reuzensprong in het klassement. Van den Berg klom van plaats negentien naar plek twaalf.

Een dag later zakte de 21-jarige coureur twee plekken in het klassement. Toch was Van den Berg niet ontevreden. “Ik voelde me vandaag nog weer wat beter in de etappe”, zo legt hij uit. “Door de steilere, onregelmatigere klim moest ik gewoon wat toegeven. Ik ben nog niet helemaal naar de klote in ieder geval.”

“Of ik trots ben op mijn Tour de l’Avenir? Trots ben ik niet per se, want ik heb een aantal keer wat laten liggen (Van den Berg kwam in de eerste etappe ten val en verloor wat tijd voor de rustdag, red), dus het had allemaal wat beter gekund. Het is tot nu best redelijk, maar die uitschieter is er nog niet van gekomen. Ik ben ook niet in mijn topvorm”, vertelt het talent nuchter.

Niet verrassend
Verrassend zijn de prestaties van de Metec-TKH-renner niet te noemen. In mei eindigde Van den Berg namelijk op de tiende plaats in het klassement van de Vredeskoers, nadat hij in de koninginnenrit op de loodzware Dlouhé Strané als zesde zijn wiel over de meet drukte. Het was voor Van den Berg dé ontdekking als klimmer. “Daar was ik wél in topvorm”, lacht hij.

Destijds gaf de Nederlander aan zich verder te willen ontwikkelen als klimmer: “Volgend jaar hoop ik vaker op trainingskamp in de bergen te kunnen en dat we met de ploeg nog een extra klimwedstrijd zullen rijden.”

Het liefst nog even bij Metec-TKH, want prof worden zit er naar eigen zeggen voor hem nog niet in. “Ik hoop binnenkort toch een keer iets te winnen, want ik ben nu iedere keer goed, maar er moet een uitschieter gaan komen. Als ik prof wil worden, dan moet ik het nu laten zien”, waren toen zijn woorden.

Ambities voor het slotweekend
Eerst staat het slotweekend in de Tour de l’Avenir nog op het programma voor Van den Berg. Een mooie kans voor de Nederlander om zijn visitekaartje aan de profteams af te geven. Zelf hoopt hij nog een aantal plaatsen te kunnen stijgen in het klassement en een korte daguitslag te rijden. “Ik hoop met de besten mee omhoog te kunnen en een mooie daguitslag te rijden. Ik hoop op een etappeoverwinning, maar dat is misschien niet realistisch. Als ik een korte daguitslag rijd, dan kom ik vanzelf ook nog hoger in het klassement”, sluit hij af met ambitie.