Jasper Philipsen sprint naar tweede zege in de Scheldeprijs, Dylan Groenewegen vierde
Jasper Philipsen (Alpecin-Deceuninck) heeft de Scheldeprijs 2023 gewonnen. Na ruim 205 kilometer tussen Terneuzen en Schoten draaide de Belgische voorjaarskoers, zoals verwacht, uit op een massasprint. In een nerveuze slotfase wurmde Philipsen zich naar de overwinning, voor Sam Welsford (Team DSM) en Mark Cavendish (Astana Qazaqstan).
Niet lang na de start ontstond de kopgroep van de dag al. Ceriel Desal (Bingoal-WB) en Ruben Apers (Team Flanders-Baloise) waren de Belgen van dienst en Bram Dissel en Vincent Hoppezak (beiden BEAT Cycling) vertegenwoordigden Nederland. Josh Kench (Bolton Equities Black Spoke), Giulio Masotto (Corratec) en Filippo Ridolfo (Novo Nordisk) maakten de vluchtersgroep compleet.
Peloton houdt de controle
In het peloton waren het sprintersploegen als Soudal Quick-Step, Lotto Dstny, Alpecin-Deceuninck en Team DSM die de controle in handen hielden na de start in Terneuzen. De renners passeerden onder meer de Westerscheldetunnel, Kapelle, Reimerswaal en Woensdrecht voordat bij Essen de grens gepasseerd werd. De kopgroep pakte in die fase drie minuten voorsprong.
De ploegen van de rappe mannen hielden het verschil vakkundig in stand. Naarmate Schoten naderde, waren al twee minuten van de voorsprong afgesnoept. In de finishplaats stonden vervolgens vier lokale rondes van 16,9 kilometer, met daarin de 1,7 kilometer lange Broekstraat, op het programma.
Desal, Apers, Dissel en Ridolfo bleven het langst over aan kop. Onder meer Mathieu van der Poel, die eerder in koers nog getroffen werd door vogelpoep, meldde zich in de slotfase op kop om zijn sprinter Jasper Philipsen goed gepositioneerd te houden. De trein van Alpecin-Deceuninck bleef zo uit de nervositeit.
Spannende finale
Vier kilometer voor de streep werden de laatste vluchters dan toch ingerekend door Van der Poel, die standhield tot de boog van de 2 kilometer. Daarna was het Lotto Dstny dat zich vooraan melden en op kop de slotkilometer binnen reed. Caleb Ewan kon echter geen rol van betekenis spelen.
Philipsen leek in de laatste rechte lijn ingesloten te raken door Edward Theuns, maar hij zag een gaatje, ging daar doorheen en wist met een sterke sprint nog de zege te behalen. Sam Welsford en Mark Cavendish mochten mee het podium op. Dylan Groenewegen strandde net naast het podium op de vierde plek.
Europees kampioen Fabio Jakobsen speelde geen rol van betekenis in de sprint door mechanische pech en eindigde zo niet in de top-10.
In de tour kan het weer heel anders zijn.
Zo'n sprint met alle toppers bij elkaar, moet je maar net het goede wiel pakken.
Ook is het verschil niet zo heel groot, vroeger zag je nog echte sprint treinen met de beste lead-outs van de wereld.
Nu is het meer ieder voor zich en een MvdP die als laatste wagonnetje, daarvoor is hij niet opgeleidt :p
Geeft ook wel een kanttekening aan of hij kan dat vresselijk goed of het is meer ieder voor zich in het peloton.
En zit het met de vorm van zijn belgische ploegmaat wel snor.
Ik was wel erg gechameerd van een Renshaw of Morkov dan was 1 + 1 = 3
Of de treintjes van een Cav, Cipo of Peta
Vorig jaar de winst van Kristoff op 28%.
In 2018 winst voor Jakobsen op 19,4%, in 2019 voor diezelfde Jakobsen op 86%.
In 2021 winst voor Philipsen ingeschat op amper 12,8 %, dit jaar op 95,2%.
Hij maakt het dan nog waar ook, en hoe… Lijkt me duidelijk wie de sprintscepter heeft overgenomen.
Verreweg het beste koppel is Robbie McEwen en Carlton Kirby, een combinatie van deskundig commentaar, humor en British understatement.