Greg Van Avermaet was afgelopen jaar te vroeg in vorm te komen en om herhaling te voorkomen heeft de regerend olympische kampioen in het najaar wat gas terug genomen. Het moet hem in de koersen waarin het er echt te doet voor Van Avermaet succes brengen. In gesprek met Belgische media noemt hij het voorjaar, de Tour en de olympische wegrit als grootste doelen. “Er zullen mensen zijn die vinden dat het parcours in Tokio te zwaar is, maar dat was in Rio ook zo.”

“Deze ploeg is mee voor mij gebouwd. Ik voelde me te veel verantwoordelijk en wilde te veel doen”, blikt Van Avermaet in Het Laatste Nieuws terug op het afgelopen wielerjaar. Hij sloot het jaar weliswaar af als beste eendagsrenner op de UCI-ranglijst, maar de grote uitschieter ontbrak. “Ik was al te goed in Valencia en Oman. De Omloop Het Nieuwsblad was mijn beste koers van het jaar.”

Het is net hierom dat hij zijn voorbereiding op zijn boerenjaar 2017 heeft gekopieerd. Hij heeft weliswaar zijn enkel niet gebroken, maar hij heeft wel een rustperiode van zes weken ingelast. Dit werpt zijn vruchten af, want dat Van Avermaet kon onlangs bij een inspanningstest nog niet zijn vertrouwde wattages trappen. “Ik heb naar mijn trainingen uit 2016 gekeken en heb mezelf verplicht om af en toe een keer niets te doen.”

In januari gaat hij dik twee weken naar Tenerife om zich daar verder op hoogte voor te bereiden op het seizoen. Daarna rijdt Van Avermaet niet zoals gebruikelijk de Ronde van Oman, maar in de plaats daarvan zal hij de Ronde van de Algarve betwisten, die dichter op het openingsweekend zit. Ook het mentale aspect heeft een rol gespeeld in deze keuze: “Ik wil het wat spannend houden voor mezelf. Ik ga niet zeggen dat het een sleur werd, maar een keer op een andere plaats zijn of een andere koers rijden, kan plezant zijn.”

Greg van Avermaet – foto: Cor Vos

Tokio
Wat niet verandert is de verdere opbouw van zijn seizoen. Na het klassieke voorjaar zal Van Avermaet toewerken naar de Tour, met aansluitend de Olympische Spelen. Daar hoopt hij zijn titel te kunnen verdedigen. “Wat in Rio is gelukt, kan in Tokio ook”, stelt de CCC-kopman. “Er zullen mensen zijn die vinden dat het parcours in Tokio te zwaar is, maar dat was in Rio ook zo. De laatste beklimming is heel zwaar, tien kilometer klimmen, maar daarna zijn er nog 30 kilometer tot de finish over wegen die op en af gaan: dat is iets voor mij. Ik heb uitgerekend dat ik daar nog anderhalve minuut kan goedmaken.”

“De grootste uitdaging wordt de jetlag”, vervolgt Van Avermaet. “De vochtigheid en de hitte zijn ook extreem, maar ik presteer goed in de warmte. Ik hoop dat het uurverschil meevalt. Misschien kan ik al wat gas terugnemen in de laatste dagen van de Tour en dan al beginnen met recupereren. Een week vroeger stoppen zou ook een optie zijn, maar ik denk dat de sponsors daar niet voor te vinden zullen zijn.”

“In monumenten heb ik een streepje voor”
Een laatste grote verandering dan. Volgend jaar is Van Avermaet niet meer de enige kopman binnen CCC. “Ik heb dit seizoen te vaak alleen gezeten in de finale. Als enige van je ploeg in een groep met veertig man: dat is niet te managen.” Volgend jaar zal vice-wereldkampioen Matteo Trentin de ploeg versterken.

Ondanks dat beide renners in dezelfde vijver vissen verwacht GVA niet dat het gaat botsen tussen hem en de Italiaan. “Ik zie Trentin meer als iemand voor de massaspurts. Ik ben iemand voor aankomsten met een sprint bergop en voor de klassiekers. Ik blijf de kopman”, stelt hij tot besluit. “Zeker in de monumenten heb ik een streepje voor. Op dat vlak heb ik al iets meer bewezen.”