Eind november kwam de Franse krant La Voix du Nord met het nieuws dat er mogelijk gesleuteld zal worden aan het Bos van Wallers. Om het aantal valpartijen terug te dringen, wil men het gras tussen de kasseien verwijderen. “Geen slechte beslissing”, zo tekent Cyclingnews op uit de mond van John Degenkolb.

Het idee komt uit de koker van vrijwilligersorganisatie Les Amis de Paris-Roubaix, die zich bezighoudt met het onderhouden én behouden van de kasseistroken uit de Franse klassieker. “Als we het niet doen, dan zullen er in een regenachtige editie veel meer valpartijen zijn”, is voorzitter François Soulcier van mening.

Wat de organisatie wil doen? Met een hogedrukspuit het gras tussen de stenen verwijderen, om vervolgens mortel (een soort beton) tussen de keien te gieten. Het kan worden gezien als een noodoplossing, aangezien ze in het Bos van Wallers geen chemicaliën mogen gebruiken om gras te verdelgen.

Er is de laatste tijd veel te doen over het gevreesde Bos van Wallers – foto: Sirotti

Regenachtige editie 
Het is een methode die zeker niet onomstreden is. Sommigen spreken namelijk van heiligschennis. Degenkolb – drie jaar geleden nog winnaar van Parijs-Roubaix – is het hier niet mee eens. “Het is niet dat ze er een laag asfalt overheen gooien. De keien zullen er niet opeens anders bij liggen. Ik denk niet dat – eenmaal je op de strook zit – het anders zal aanvoelen.”

De renner van Trek-Segafredo kijkt vooral naar de voordelen. “Het maakt het vooral veiliger. Als we nu namelijk een regenachtige editie hebben, is het bijna onmogelijk om er overheen te rijden. Ik geef dan ook de voorkeur aan cement, aangezien we dan altijd het Bos van Wallers kunnen aandoen. De wedstrijd kan hierdoor juist veiliger worden.”