De beste sprinter van 2020
Eindejaarslijstjes In de maand december blikt WielerFlits traditioneel terug op het afgelopen wielerseizoen met de reeks Eindejaarslijstjes. Elke werkdag is er een nieuwe lijst met bijbehorende poll. Vandaag staat centraal: de beste sprinter van 2020.
Arnaud Démare
2020 is in heel veel opzichten een tamelijk krankjorum wielerjaar gebleken. Een mooi voorbeeld zien we als we kijken naar de renner die dit jaar de meeste koersen won: Arnaud Démare. Hij pakte veertien zeges, hetgeen één zege minder is dan Dylan Groenewegen vorig jaar. Maar begin augustus stond de zegeteller bij de rappe Fransman nog op nul. Normaal misschien reden tot paniek.
Démare boekte zijn overwinningen allemaal ná de coronabreak. Voor het eerst schoot hij raak op 5 augustus. De organisatie van Milaan-Turijn had de slotklim naar de basiliek van Superga uit het parcours geschrapt en dat veranderde het karakter van de koers volledig. De wedstrijd werd een kolfje naar de hand van de sprinters. In de sprint versloeg Démare Caleb Ewan en Wout van Aert en daarmee beloonde hij het werk van zijn ploeg Groupama-FDJ. Zijn team speelde ook een belangrijke rol bij zijn zeges in de Tour de Wallonie. Démare pakte twee etappes en graaide terloops ook nog het eindklassement mee.
En de maand augustus werd nog mooier voor Nono. Op het Europees kampioenschap in eigen land moest hij weliswaar de duimen leggen voor Giacomo Nizzolo, maar een paar dagen daarvoor had hij zich al wel tot Frans kampioen gekroond. In de dagen na het EK liep de teller ook nog op met drie ritten en het klassement in de Tour Poitou-Charentes. Negen overwinningen in één maand. Niet slecht.
Gezien zijn goede vorm en overtuigende overwinningen was Démare een van de topfavorieten voor het groen in de Tour de France, maar deze wedstrijd reed hij niet. Via de Tour de Luxembourg, waar hij eveneens een etappezege meepikte, werkte Démare namelijk toe naar de Giro d’Italia. Ook hier gold hij als een van de favorieten voor het puntenklassement, een rol die hij met verve vervulde.
De Fransman bleek veruit de snelste sprinter in de Italiaanse etappewedstrijd. In de eerste sprinterskans, op Sicilië, greep hij direct zijn kans; hij won de vierde etappe naar Villafranca Tirrena. Op het Italiaanse vasteland won hij ritten in Matera, Brindisi en Rimini – opnieuw mede met dank aan goed ploegenspel. Hij sleepte zich ook nog over de bergen, wat voldoende was om met ruime voorsprong de paarse puntentrui binnen te harken. Maar wint Démare ook de prijs voor dé sprinter van het jaar?
Overwinningen Arnaud Démare in 2020
- Milaan-Turijn
- 2e etappe Tour de Wallonie
- 4e etappe Tour de Wallonie
- eindklassement Tour de Wallonie
- Frans kampioenschap op de weg
- 1e etappe Tour Poitou-Charentes
- 2e etappe Tour Poitou-Charentes
- 4e etappe Tour Poitou-Charentes
- eindklassement Tour Poitou-Charentes
- 2e etappe Tour de Luxembourg
- 4e etappe Giro d’Italia
- 6e etappe Giro d’Italia
- 7e etappe Giro d’Italia
- 11e etappe Giro d’Italia
Sam Bennett
Sam Bennett was niet de meest productieve renner van Deceuninck-Quick Step, daarvoor tekende met negen overwinningen Remco Evenepoel. Maar dat wil niet zeggen dat Bennett een matig seizoen kende. Integendeel. Voor hem kwamen heel wat grote sprintersdromen uit.
Helemaal aan het begin van het seizoen wist Bennett al tweemaal te winnen. Hij opende de Tour Down Under met een overwinning, waardoor hij het vertrouwen van zijn nieuwe ploeg direct terugbetaalde. Ook de 1.1-koers Race Torquay won de razendsnelle Ier in een sprint.
Deelnames aan de UAE Tour en Parijs-Nice volgden, maar pas eind juli mocht Bennett opnieuw de handen in de lucht steken. Ritzeges in de Vuelta a Burgos en de Ronde van Wallonië bleken een mooie opmaat naar een Tour de France die hij niet snel meer zal vergeten.
Bennett was er al een aantal keer dichtbij geweest, maar pas op de tiende dag mocht hij juichen. Op het eiland Île de Ré won hij zijn allereerste Touretappe. Op het podium mocht hij tevens de groene trui in ontvangst nemen. Dit tricot zou hij gedurende de rest van de Ronde van Frankrijk dragen. En op de Champs-Élysées werd het nog mooier. Terwijl Tadej Pogačar zijn eindoverwinning vierde, wist Bennett wereldkampioen Mads Pedersen en Peter Sagan af te troeven op de heilige keitjes van de beroemdste laan van Frankrijk.
Bennett zou in de Vuelta a España nog een rit winnen. Dat hadden er twee kunnen zijn, ware het niet dat hij in de negende etappe naar Aguilar de Campoo werd gedeklasseerd vanwege onreglementair sprinten. Zijn overwinning in Ejea de los Caballeros zou zijn zevende en laatste seizoenszege zijn. Voldoende om zich bij de beste sprinters van het jaar te mogen scharen.
Overwinningen Sam Bennett in 2020
- 1e etappe Santos Tour Down Under
- Race Torquay
- 4e etappe Vuelta a Burgos
- 3e etappe VOO-Tour de Wallonie
- 10e etappe Tour de France
- 21e etappe Tour de France
- 4e etappe Vuelta a España
Pascal Ackermann
Met acht overwinningen mag Pascal Ackermann zich ook een van de meest succesvolle renners van het seizoen noemen. Hij boekte zijn eerste zeges ook al voordat de wielerwereld op slot ging. Zowel in de Clásica de Almería als de openingsetappe van de UAE Tour was de snelle snaak van BORA-hansgrohe aan het feest.
Ackermann hervatte zijn seizoen na de lockdown in de Sibiu Cycling Tour. Roemenië bleek hem gunstig gezind, want hij won daar liefst twee etappes. Goed, de concurrentie was niet zo moordend als in een gemiddelde Touretappe, maar je moet het toch altijd maar weer waarmaken en dat deed de Duitser met verve. Hij won twee keer met overmacht.
Zowel in het Europese als het Duitse wegkampioenschap stond Ackermann op het podium, maar kwam hij tekort om een felbegeerd truitje over te houden aan dit malle seizoen. De 26-jarige spurtbom zat echter niet bij de pakken neer, want in Tirreno-Adriatico mocht hij weer juichen. Zowel in Lido di Camaiore als een dag later in Follonica bleek hij Fernando Gaviria te snel af. Mooie overwinningen voor Ackermann, die nog niet eens zo gek lang bij de sprintelite hoort.
Ackermanns laatste wedstrijd van het jaar was de Vuelta a España. Na een reeks Belgische wedstrijden waarin hij geen voorname rol van betekenis kon spelen moest hij even op gang komen, maar op de negende dag was het raak. In Aguilar de Campoo was er een diskwalificatie van Sam Bennett voor nodig om hem te laten winnen, maar de overwinning kwam hem zeker toe. In Pueblo de Sanabria werd hij afgetroefd door Jasper Philipsen, maar Ackermann zou toch nog eens als eerste over de meet komen.
Tijdens het afsluitende criterium in Madrid was het verschil met Sam Bennett niet meer dan een banddikte, maar dat was genoeg voor Ackermann om het seizoen in stijl af te sluiten. Hij hoort definitief bij de beste sprinters ter wereld en dus is zijn plaats in deze lijst niet meer dan terecht.
Overwinningen Pascal Ackermann in 2020
- Clásica de Almería
- 1e etappe UAE Tour
- 2e etappe Sibiu Cycling Tour
- 3e etappe (B) Sibiu Cycling Tour
- 1e etappe Tirreno-Adriatico
- 2e etappe Tirreno-Adriatico
- 9e etappe Vuelta a España
- 18e etappe Vuelta a España
Caleb Ewan
Er zijn drie wedstrijden die thuishoren op het palmares van ’s werelds grootste sprinters: Milaan-San Remo, de rit met aankomst op de Champs-Élysées en de Scheldeprijs. Caleb Ewan haalde de voorbije seizoenen twee van de drie binnen. De overwinning op de beroemdste straat van Parijs harkte de kleine sprinter vorig jaar binnen, dit jaar kwam er de Scheldeprijs, ook wel eens het officieuze WK voor sprinters genoemd, bij.
Maar die wedstrijd kwam pas helemaal op het einde van het seizoen. Daarvoor vierde Ewan ook al zes successen. Te beginnen in de Tour Down Under, waar hij liefst twee keer mocht juichen. In de UAE Tour schoot Ewan nogmaals raak, waardoor hij het eerste deel van het seizoen afsloot met drie overwinningen.
Met een tweede plaats in Milaan-Turijn en een zege in de openingsrit van de Ronde van Wallonië op zak trok Ewan na de lockdown naar de Ronde van Frankrijk. Hierin zette de 26-jarige renner uit Sydney twee ritten naar zijn hand. Op dag drie won hij de rit naar Sisteron door op het laatste moment uit het wiel van Sam Bennett te knallen. In Poitiers schreef hij de elfde etappe bij op zijn palmares. Een sprint die jammer genoeg werd ontsierd door de schouderduw van Peter Sagan. Ewan had hier echter weinig mee van doen. Hij sprintte op reglementaire wijze naar de zege.
Na de Ronde van Frankrijk reed de pocketsprinter nog slechts één keer een wedstrijd uit. In Gent-Wevelgem en de Driedaagse Brugge-De Panne haalde hij de finish dan weliswaar niet, maar de koers die hij wel voltooide won hij ook gelijk. Dankzij een manoeuvre van Pascal Ackermann werd het wederom een sprint met slachtoffers, maar Ewan was op dat moment al lang en breed vertrokken. Ackermann kwam op op twee fietslengtes als tweede over de lijn. Een overtuigende overwinning, en de definitieve bevestiging dat Ewan bij de beste vijf sprinters van het jaar hoort.
Overwinningen Caleb Ewan in 2020
- 2e etappe Santos Tour Down Under
- 4e etappe Santos Tour Down Under
- 2e etappe UAE Tour
- 1e etappe VOO-Tour de Wallonie
- 3e etappe Tour de France
- 11e etappe Tour de France
- Scheldeprijs
Wout van Aert
Cynici zouden kunnen zeggen dat Wout van Aert niet in het rijtje met beste sprinters van het jaar thuishoort. Hij kon aan het einde van het seizoen, in de Ronde van Vlaanderen, niet eens een sprintje winnen tegen een pro-continentale renner. Maar dat zou een beetje flauw zijn. Van Aert hoort zonder meer thuis in dit rijtje, ook al is hij veel meer dan een sprinter.
Zeges in Strade Bianche, Milaan-San Remo en in mindere mate het BK Tijdrijden waren fraai, maar deze werden niet in een massasprint behaald. De eerste sprintoverwinning kwam er in het Critérium du Dauphiné. Het was geen aankomst waar de Mario Cipollini’s van deze wereld hun vingers bij aflikten, want het was een sprint bergop na een klimmetje. Op weg naar Saint-Christo-en-Jarez leverde Jumbo-Visma beulswerk op maat, waarna Van Aert het karwei overtuigend afmaakte.
Twee nòg prestigieuzere zeges zouden volgen in die andere etappekoers in Frankrijk. De Tourrit naar Privas was voor de gemiddelde TV-kijker niet om aan te gluren, maar dat mag de pret voor de Belgische alleskunner niet drukken. Na een technische finale nam hij in de slotmeters de maat van alle sprinters. Cees Bol kreeg een fraaie lead-out van Team Sunweb, maar ook de Nederlander kon niet voorkomen dat Van Aert hem met een paar efficiënte lendenrukken voorbij stoof.
Een paar dagen later was het in Lavaur wederom prijs. Het was een door waaiers gekruide etappe waarin Primož Roglič een belangrijke stap richting de eindzege leek te zetten. Van Aert was een van de motoren van de voorste groep, maar hij had nog voldoende over om in de laatste hectometers Edvald Boasson Hagen en Bryan Coquard klop te geven. Genoeg adelbrieven om de concurrerende sprinters voorbij te kunnen streven in deze verkiezing? Misschien niet direct, maar met deze zeges en diverse ereplaatsen is een plaats in dit elitegezelschap meer dan terecht.
Overwinningen Wout van Aert in 2020
- Strade Bianche
- Milaan-San Remo
- 1e etappe Critérium du Dauphiné
- BK Tijdrijden
- 5e etappe Tour de France
- 6e etappe Tour de France
Als er wordt gekeken naar het aantal overwinningen per gereden wedstrijd zou Jakobsen de beste zijn (wint 4 van de 13 ritten waar hij start).
En vwb Bennett: qua prestaties doet hij het heel goed. Maar hij is ook heel regelmatig in een rechtstreeks duel gekopt door een ander.
Maar wat verder in zijn nadeel speelt (mbt mijn stemgedrag) is dat ik meerdere malen unfair/onreglementair/gevaarlijk sprintgedrag gezien heb. Niet altijd bestraft door de jury (o.a. TdF) en ook nog eens goedgepraat door zijn ploegleider. Terwijl hij een ploeggenoot heeft die vanwege unfair/unreglementair/gevaarlijk sprinten aan een hele lange revalidatie bezig is. En dan kun je wel de groene trui winnen, maar niet mijn stem....
maar Ewan gaf ook heel vaak "niet thuis" omdat hij gelost was op een viaduct.
Als je dan gaat kijken dan is Harrie Lavreysen de beste sprinter. Oersterk en de snelste ter wereld...
En dat de chocolade medailles van Démare mogen smaken. Altijd lekker.
Bennett is niet mijn type spurter meer, nu echt een schuimbekkend naar de meet hakkende dikbilstier, net zoals Groenewegen er een is. Van Aert vind ik geen echte massaspurter maar iemand die het moet hebben van de koers er voor.
Ewan dan maar, qua virtuositeit komt er niemand in de buurt.
Op basis van PCS is het:
1. Bennett
2. Ackermann
3. Démare
4. Ewan
5. Sagan
...
11. Van Aert
Opvallend overigens dat Nizzolo zelfs geen keuzemogelijkheid was.
Niet dat hij de verkiezing zou winnen, maar toch Italiaans en Europees kampioen geworden en ritten in Down Under en Parijs-Nice, terwijl hij de anderen in dit rijtje versloeg daar. Hij had natuurlijk de pech dat hij uitviel in de Tour en nadien niet meer wedstrijdfit is geraakt om nog te kunnen aantreden.
Maar Ewan (en misschien ook nog Groenewegen) komt in het huidige peloton inderdaad het dichtst in de buurt van het type spurtbom. Alleen niet met de versmachtende snelheid van bovengenoemde heren.
Milaan-San-Remo en zeker Gent-Wevelgem hebben recent een stevige gedaanteverandering ondergaan. In het verleden werden beide koersen bijna steevast beslist in een massaspurt en waren er weinig hindernissen onderweg, met nog voldoende tijd erna om te reorganiseren. Enkel Cipollini's derde winst in Gent-Wevelgem in 2002 was vanuit het offensief en won hij na een sprint met 5.
Dat WK dat Cipo won was in Zolder op het autocircuit, waar nog geen molshoop inzat.
Dat parcours was eigenlijk WK-onwaardig en is toen ook behoorlijk wat gedoe over geweest.
Denk niet dat er veel andere WK's zijn geweest waar meer dan 100 renners binnen de 2 minuten van de winnaar zijn geëindigd.
Niet toevallig is de editie van Cavendish de enige andere in de laatste 20 jaar bv.
Maar Demare is wel de enige in dit lijstje die echt heeft gedomineerd, als in alles waar hij stond gewonnen. De rest komt ook niet verder dan 2 ritzeges per grote ronde (m.i. het predikaat beste sprinter 'onwaardig') en zijn meerdere malen gewoon op waarde geklopt.
Ik vond de mooiste overwinning die slalom sprint van Ewan, maar hij wint eigenlijk ook maar 2 sprints op topniveau in de Tour. De rest van zijn overwinningen zijn ook niet in de hoogst aangeschreven races (ik doe dus niet mee aan het Scheldeprijs is het WK voor sprinters gelul ;) )
Ook al is het lastig te vergelijken omdat ze niet altijd rechtstreeks met elkaar geduelleerd hebben. Demare won overal waar hij was. Hij won kwantiteit en kwaliteit, en heb hem geen supersmerige dingen zien flikken.
Bennett: voor mij een no-go vanwege zijn kopstoten. Ondanks zijn zeges in Spanje en groen in de TdF
KwAckermann: niet de resultaten van de anderen, en daarbij de Scheldeprijs
Ewan: heeft te vaak ook "niet-thuis" gegeven, al heeft hij wel ook hele mooie dingen laten zien.
En Wout... da's voor mij geen sprinter, maar iemand die aan het eind van een wedstrijd nog heel hard kan fietsen.
Hopelijk volgend jaar weer Jakobsen en Groenewegen in deze lijst!!
Voor mij staat Groenewegen terecht niet in het rijtje van dit jaar. Maar volgend jaar zijn er nieuwe rondes en nieuwe kansen. En resultaten van dit jaar tellen dan in die verkiezing niet meer mee (tenminste bij mij).
En als dan een fair sprintende en niet kopstotende Bennett alle belangrijke overwinningen pakt, dan ben ik de eerste om hem volgend jaar bovenaan dit lijstje te zetten. En hetzelfde geldt voor Ackermann. En ook gewoon voor Groenewegen.
Persoonlijk had ik dit jaar een hele sterke Groenewegen verwacht, en Jakobsen die nog een stap gezet zou hebben. En ook dat die twee op een hoger niveau zouden fietsen dan wat ik dit seizoen heb gezien van bijvoorbeeld Bennett, Demare of Ackermann.
En hij kondigde het zelf aan begin van het jaar: https://www.wielerflits.nl/nieuws/demare-zet-klassiekers-op-een-lager-pitje-ik-wil-meer-potentiele-overwinningen/
“Ik heb mezelf verteld dat ik me minder moet richten op mijn lievelingswedstrijden, zoals de Omloop het Nieuwsblad en de Ronde van Vlaanderen, en mezelf meer moet focussen op het sprinten."
"Ik ben verder gegaan met de specifieke sprinttrainingen. Ik voel dat ik weer een stap heb gezet deze winter, want ik heb mijn explosiviteit weer terug. Die ben ik de afgelopen jaren misschien wat kwijtgeraakt door krachttrainingen. Nu ik me weer op het sprinten richt, weet ik dat ik ervoor moet gaan en mezelf niet teveel vragen moet stellen."
Voor mij waren daarom Ewan en Bennett de beste sprinters dit jaar. Ik geef de lichte voorkeur aan Ewan. Na de coronabreak waren ze aan elkaar gewaagd, maar voorheen was Ewan de betere.
Gaviria had inderdaad de grootste concurrent van Demare moeten worden in de sprint. Er moet echt iets gescheeld hebben met hem tijdens de Giro want hij was heel matig.
En dan Viviani... tja, konden we hem echt serieus nemen dit jaar als sprinter? Het is niet ongewoon dat een renner minder goede resultaten behaalt als ze DQS verlaten, maar bij hem was het toch wel zeer dramatisch.
Er is een reden dat deze renners niet tussen de keuzes staan in de poll. En itt Jakobsen en Groenewegen is het niet omdat ze niet reden.