Dauphiné: Wout van Aert wint geanimeerde openingsrit
Wout van Aert heeft de openingsrit van het Critérium du Dauphiné gewonnen. In Saint-Christo-en-Jarez, waar de aankomst lag na een klimmetje, bekroonde hij het beulswerk van Jumbo-Visma.
In de openingsetappe van de 72e Dauphiné koerste het peloton over net geen 220 kilometer van Clermont-Ferrand naar Saint-Christo-en-Jarez. De eerste 128 kilometer ging gelijk op met de 14e etappe van de Tour de France. Het peloton kon zo alvast kennismaken met de Côte du Château d’Aulteribe, de Col du Béal en de Côte du Courreau, die ook hier al ver voor de streep lagen. Dan volgden nog vier hellingen van de vierde categorie tot aan de aankomst.
Vijf vroege vluchters
Toms Skujiņš en Jelle Wallays waren de eerste aanvallers deze dag, maar werden snel ingelopen. Een nieuwe vluchtpoging na tien kilometer had meer succes. Brent Van Moer, Niccolò Bonifazio, Michael Schär, Quinten Hermans en Tom-Jelte Slagter sloegen de handen ineen, waarna het pak zich even later neerlegde bij samenstelling van de kopgroep. De vroege vlucht had bij de enige tussensprint na 38 kilometer al meer dan vijf minuten te pakken.
Daarachter hielden Deceuninck-Quick Step met Tim Declercq en Jumbo-Visma (Tony Martin) de voorsprong van de vijf vluchters stabiel. In het peloton viel dan de eerste uitvaller te noteren, Jan Hirt. De Tsjech van CCC moest de strijd staken omdat hij te veel hinder had van de gevolgen van een valpartij in de Tour de l’Ain. Na de Col du Béal moest de kopgroep verder zonder Bonifazio. De Italiaan loste eerst en werd door rugproblemen even later de tweede uitvaller.
Valpartij in de kopgroep
En uiteindelijk moesten Schär en Slagter samen verder nadat Van Moer en Hermans in de afdaling van de Côte du Courreau, de derde klim, waren gevallen. Net als Hirt en Bonifazio moesten zij de wedstrijd verlaten. Mede door het verdwijnen van drie vluchters, was de marge van de kopgroep halfkoers teruggelopen. Daarop werden de verschillen door het peloton constant tussen de drie en drieënhalve minuut gehouden.
In het peloton kwam ook de nummer drie van vorig jaar Emanuel Buchmann ten val. De Duitser, die voor het eerst in actie kwam sinds de coronabreak, ging onderuit maar kon snel weer op zijn fiets klimmen en met de hulp van zijn BORA-ploeg terugkeren. Op 54 kilometer van de streep, op de vierde klim, liet Slagter Schär rijden vooraan. De kersverse aanwinst van de AG2R-ploeg van Vincent Lavenu ging met drie minuten voorsprong solo verder.
Jacht op Schär
Op zowel de Côte de Saint-Héand en de Montée Andreï Kiviliev kwam hij vervolgens als eerste boven, waarmee hij zich verzekerde van de eerste bergtrui. Bij het aansnijden van de plaatselijke omloop rond Saint-Christo-en-Jarez, op 35 kilometer van de aankomst, gingen Rémi Cavagna en Søren Kragh Andersen op jacht naar de enig overgebleven koploper. Ook Quentin Pacher ging in de achtervolging en ging daarbij erop en erover bij Cavagna en Kragh Andersen.
Schär zag op de lokale ronde zijn voorsprong verdampen en op 25 kilometer van de streep werd hij ingelopen door Pacher, waarna de Fransman meteen de kop nam. In een bocht naar rechts verloor hij echter de controle over zijn fiets en schoof onderuit. Schär bleef overeind en kreeg dan toch weer versterking met Cavagna en Kragh Andersen. De CCC-renner probeerde het nog even solo, maar moest uiteindelijk toch het hoofd buigen.
Jumbo-Visma brengt alles samen
Dan zag Cavagna zijn kans schoon en begon met twaalf tellen voorsprong aan de laatste vijftien kilometer, waarin nog twee klimmetjes van vierde categorie lagen. Maar toen Jumbo-Visma’s Robert Gesink eenmaal het tempo opvoerde op de eerste klim, was ook Cavagna bijgehaald. De Nederlandse formatie had met Primož Roglič en Wout van Aert twee belangrijke kanshebbers in huis voor deze etappe.
Toen het werk van Gesink erop zat, leidde zijn ploegmaat Sepp Kuss het peloton naar de laatste klim. Daar wrongen ook de andere favorieten zich naar voren. Op 2,9 kilometer van de aankomst opende Rigoberto Urán de debatten, waarna Roglič reageerde. Maar ook de anderen gingen mee. Ook Pierre Latour en Tiesj Benoot schoten een pijl af. Jumbo-Visma herstelde met Tom Dumoulin echter de orde.
Alles bleef bij elkaar, waardoor een sprint in Saint-Christo-en-Jarez de beslissing moest brengen. Wout van Aert ging van ver aan en versloeg Daryl Impey en Egan Bernal op de macht. Na Strade Bianche en Milaan-San Remo is dit al zijn derde overwinning sinds de coronabreak.
Bernal pakt vier seconden
Van de klassementsrenners nam Bernal als enige een kleine voorsprong op de concurrentie. Via de bonificatieseconden aan de streep liep hij vier seconden uit op de anderen favorieten, die over het algemeen in het peloton over de finish kwamen. De meest opvallende renners op achterstand waren Chris Froome en Marc Soler. De viervoudige Tourwinnaar liet het in de finale lopen en kwam op 5:23 over de streep. Voor de klimmer van Movistar was de achterstand groter, 10:28.
+1 voor jou ;)
Toch nog maar eens naar de oogarts gaan, en een nieuwe bril aanschaffen.
Los daarvan is er verder niets mis mee om meer vertrouwen te hebben in de renners van Ineos in explosieve situaties. Maar dat gevoel moet niet moeilijk te combineren zijn met een rationele overweging, die een eenvoudig te isoleren Roglic (met 4-1 verhoudingen) makkelijk uit kan sluiten. Behalve dat dan ruimte voor 'we gaan het zien' natuurlijk, maar een realistische inschatting is het niet.
Eén zwaluw maakt nog geen zomer. Andersom is dat ook zo. In Tour de l'Ain reed de TJV heel Ineos aan gort. Het kan dus vriezen of dooien. Dat zegt daarmee nog niets over hoe dat zo meteen in de Tour de France gaat zijn.
Uiteindelijk kan niemand schuilen als je bergop rijdt. Ploegmakers zijn alleen nuttig aan de voet van de klim, om bidons te halen of als er vlakke delen of dalen tussen zitten om tempo te maken. Uiteindelijk draait het toch uit op een man tegen man-gevecht.
Daarnaast heb je met Tom Dumoulin, Steven Kruijswijk, Robert Gesink, Sepp Kuss en George Bennett voldoende renners die bergop even meegaan. Ook een Tony Martin en Wout van Aert rijd je er niet als eerste af. Een betere ondersteuning kan je haast niet wensen.
Ik verwacht overigens zeker van Kruijswijk dat hij lang meegaat met de rest. Hij werd per slot van rekening vorig jaar derde. Dumoulin zou dat in principe ook kunnen als hij net zo goed was als tijdens de Giro die hij won. Echter verwacht ik dat hij te wisselvallig zal zijn om vol voor het klassement te gaan. Hij kan dan beter in dienst rijden van het team. Met Gesink en Dumoulin heb je twee tempobeulen op de steile kilometers. En dan heb je nog Bennett en eventueel Kuss die hun mannetje kunnen staan. Zeker Bennett verkeert in bloedvorm en heeft duidelijk een stap gezet om mee te doen met de besten.
Bernal wel boni's gepakt...
Dus TJV vs DQS: 2-2
En Bernal pakt toch 4s
Leven de vrijbuiters!
Uit je reactie begrijp ik dat de hegemonie van INEOS saai vond. Nu er, zoals jij zegt, een sterker team is, zullen alleen de namen en het kleur shirtje veranderen. Hoe wordt het volgens jou dan minder saai?
Bizar om de gespierde Van Aert tussen al die klimmers te zien.
Vandaag wint hij dankzij zijn positionering en zijn team want Impey kwam van veel verder gevaarlijk opzetten.
Roglic ook verstandig om niet volle bak te sprinten met de komende dagen voor de boeg.
Fantastische teamoverwinning!